De Redmagic 7S Pro was al beschikbaar in China, maar is nu ook voor de Europese markt aangekondigd. De smartphone moet vanaf augustus ook hier verkrijgbaar zijn. Het topmodel krijgt 18GB ram en gaat 950 euro kosten.
Nubia Technology brengt zijn smartphones doorgaans eerst in eigen land uit, voordat de smartphones buiten China beschikbaar worden. Dat geldt ook voor de Redmagic 7S Pro. Het model is een krachtigere versie van de Redmagic 7 Pro en uitgerust met een Qualcomm Snapdragon 8+ Gen1-processor.
Opvallend is dat de smartphone is uitgerust met actieve koeling. Een kleine fan moet de telefoon van extra koeling voorzien. Daar voegt de fabrikant ook nog een vaporchamber en een liquid cooling heatsink aan toe. Al deze extra koeling moet de smartphone extra geschikt maken voor gamers volgens de fabrikant.
Om deze reden zijn er ook extra knoppen aan de zijkant van de telefoon toegevoegd, die kunnen worden gebruikt als schouderknoppen tijdens het gamen in de horizontale stand. Verder heeft de Redmagic 7S Pro een 6,8"-amoleddisplay met een resolutie van 1080x2400. De verversingssnelheid van het scherm is 120hz. De 5000mAh-accu kan met 65W worden opgeladen via de usb-type-c-connector. De Redmagic 7S Pro kan niet draadloos worden opgeladen.
De smartphone heeft verschillende uitvoeringen. De goedkoopste variant heeft 12GB ram en 256GB opslagruimte en kost 780 euro. Het duurste model met 18GB ram kost 950 euro. De telefoon komt beschikbaar in zilver en zwart.
Meta verhoogt vanaf augustus de prijs van de Meta Quest 2. De VR-bril gaat 100 dollar meer kosten in de VS. Meta noemt de prijsstijging noodzakelijk, omdat de kosten om de bril te produceren en te verschepen ook zijn gestegen.
Meta kondigt de prijsstijging aan voor de Verenigde Staten. De 128GB-versie van de VR-bril gaat 400 dollar kosten. Voor de 256GB-versie moet straks 500 dollar worden neergelegd. Dat is voor beide versies 100 dollar meer dan de huidige prijs. De prijsstijging gaat in vanaf augustus. Het is niet bekend wat de nieuwe prijs in de Benelux wordt. De 128GB-versie van de Meta Quest 2 kost hier momenteel 350 euro. Voor de versie met 256GB is de adviesprijs 450 euro.
De VR-bril van Meta werd in 2020 op de markt gebracht door het bedrijf dat toen nog de naam Facebook droeg. Toen Tweakers de VR-bril bij release reviewde heette deze nog de Oculus Quest 2. Bij de naamsverandering van het bedrijf naar Meta, kreeg de VR-bril ook een nieuwe naam.
De prijs van de Meta Quest 2 is niet het enige dat vanaf augustus gaat veranderen. Gebruikers van de VR-bril hoeven vanaf volgende maand geen Facebook-account meer te hebben. In plaats daarvan kunnen gebruikers inloggen met een Meta-account. Dit account kan wel worden gekoppeld aan een Facebook-account, maar dat is niet verplicht.
Meta werkt ook al aan een opvolger van de Quest 2. Volgens de laatste geruchten zou deze VR-bril de naam Quest Pro krijgen. De VR-bril zou later dit jaar moeten verschijnen.
Razer kondigt drie nieuwe toetsenborden aan onder de Deathstalker-naam. Het is tien jaar geleden dat er voor het laatst een nieuw model werd toegevoegd aan de Deathstalker-lijn van Razer. De toetsenborden hebben een laag profiel en optische mechanische switches.
De toetsenborden van Razer krijgen alle drie de titel Deathstalker V2 mee. De Deathstalker V2 Pro is het meest complete model en kan draadloos worden verbonden met een apparaat via bluetooth of een USB-dongel. Via bluetooth kunnen die verschillende apparaten tegelijk gekoppeld worden aan het toetsenbord, zodat gebruikers snel kunnen wisselen tussen devices. De Deathstalker V2 Pro Tenkeyless is nagenoeg hetzelfde op het formaat na. Bij de Tenkeyless-versie ontbreekt de numpad en daardoor heeft deze versie een kleinere vormfactor.
Dan is er nog de Deathstalker V2 zonder de 'pro'-toevoeging. Dit is een bedrade versie van de Deathstalker. Alle drie de toetsenborden zijn uitgerust met Razer's eigen optische switches. Deze switches hebben een lager profiel dan de reguliere mechanische switches, waardoor de Deathstalker-toetsenborden minder hoog zijn. Er is keuze uit zowel lineaire als clicky switches.
Verder zijn alle drie de Razer-toetsenborden voorzien van rgb-verlichting. De draadloze versies hebben een batterij die bij de Pro-versie 40 uur moet meegaan. Bij de Tenkeyless-versie moet de batterij het 50 uur uithouden. De toetsenborden worden geleverd met abs-plastic keycaps.
De nieuwe Deathstalker-toetsenborden verschijnen ook in de Benelux. De bedrade Deathstalker V2 kost 200 euro, de Deathstalker V2 Pro Tenkeyless kost 220 euro en voor degenen die de numpad niet kunnen missen, komt de prijs uit op 250 euro. Alleen de Deathstalker Pro is momenteel al verkrijgbaar. De andere twee versies moeten later in het derde kwartaal verschijnen.
PlayStation heeft meer informatie gegeven over verschillende functionaliteiten van de PS VR2 in een uitgebreide blogpost. De VR-bril voor de PlayStation 5 krijgt onder andere de mogelijkheid om zowel gameplay als beelden van de drager van de bril te streamen.
PlayStation schrijft dat het op dit moment nog geen releasedatum of bijvoorbeeld adviesprijs kan delen voor de PS VR2. Wel laat het bedrijf meer los over de verschillende nieuwe functies die de tweede VR-bril van PlayStation krijgt. Het bedrijf toonde eerder al het ontwerp van de VR-bril.
PlayStation maakt bekend dat het mogelijk moet zijn om zowel de gameplay als je eigen lichaam te filmen en te streamen, tijdens het gebruik van de PS VR2. Voor het opnemen van de bewegingen van de speler moet een PS5 HD-camera worden gekoppeld aan de console. Het idee is dat kijkers dan zowel de gameplay als de bewegingen van de speler kunnen zien. In het voorbeeld dat PlayStation toont is te zien dat de speler als uitsnede over de beelden van de game is geplaatst.
De camera's in de bril zelf kunnen tijdens het dragen worden gebruikt om de omgeving te bekijken. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn om de controllers op te pakken. Ook kan met deze camera's het speelveld worden gemarkeerd in de kamer. Op die manier kan de speler aangeven hoeveel ruimte er beschikbaar is om vrij te bewegen. Als de drager van de VR-bril vervolgens de aangegeven grens toch overschrijdt, krijgt hij een melding.
Tot slot bespreekt PlayStation in zijn blog nog de functionaliteit om content die niet direct geschikt is voor virtualreality, te bekijken in Cinematic Mode. Deze modus laat de dragers van de VR-bril content bekijken op een virtueel bioscoopscherm. De content kan in 1080p worden getoond met een verversingssnelheid van maximaal 120hz. In VR Mode toont de bril een 360-gradenbeeld in een resolutie van 4000x2040 en met een verversingssnelheid van maximaal 120hz.
Nvidia-leaker kopite7kimi heeft specificaties van de mogelijke GeForce RTX 40-flagship gepubliceerd. De videokaart zou onder meer een tbp van 800W krijgen. Het is niet bekend wanneer en onder welke productnaam deze vermeende gpu uitkomt.
De mogelijke RTX 40-flagship krijgt een AD102-450-gpu met 142 streaming multiprocessors, voor een totaal van 18.176 CUDA-cores, claimt kopite7kimi. Deze leaker deelt vaker vroegtijdig juiste informatie over Nvidia-videokaarten; hij deelde in 2020 bijvoorbeeld maanden voor release de correcte specificaties van Nvidia's RTX 30-line-up.
De RTX 40-flagship zou verder beschikken over 48GB aan GDDR6X-geheugen met een snelheid van 24Gbit/s. De total board power, oftewel hoeveel stroom de volledige videokaart maximaal verbruikt, ligt volgens de leaker rond de 800W. Ter illustratie: het huidige topmodel van Nvidia, de GeForce RTX 3090 Ti, heeft een tbp van 450W en 24GB aan 21Gbit/s-geheugen.
Verder krijgt de kaart mogelijk een nieuw boardontwerp, onder de naam PG137. Gezien de geheugenopstelling en de hoge tbp ligt het voor de hand dat Nvidia een nieuw pcb-ontwerp en een nieuwe referentiekoeler introduceert. Volgens eerdere geruchten werkt de gpu-ontwerper aan een referentiekaart met drie fans.
Kopite7kimi deelde eerder al mogelijke specificaties van de GeForce RTX 4090, RTX 4080 en RTX 4070. De flagshipvideokaart die de leaker nu noemt, zou boven die drie videokaarten gepositioneerd worden. De gpu heeft bijvoorbeeld meer cores en geheugen en een hogere tbp dan de RTX 4090, die later dit jaar moet verschijnen. Het is niet bekend onder welke productnaam Nvidia de flagshipvideokaart uitbrengt. De leaker zelf noemt geen naam voor de kaart. Mogelijk betreft het een RTX 4090 Ti of een nieuwe Titan-videokaart.
Een GGD-medewerker die de dossiers van honderden Nederlanders uit de coronatestsystemen haalde en online verkocht, heeft een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke celstraf van 120 dagen gekregen. De man maakte foto's van coronatesten en verkocht die op Telegram.
De 19-jarige man uit Den Haag werd al in januari veroordeeld, maar de veroordeling is nu pas openbaar geworden. De man heeft bekend dat hij als werknemer van de GGD tussen januari en februari van 2021 in het CoronIT-systeem keek. Hij zocht daar dossiers op van mensen en verkocht die voor een euro per stuk aan anderen. Dat deed hij via apps als Telegram en Snapchat.
De man bekeek de dossiers van 795 Nederlanders. Het is niet bekend hoeveel gegevens hij vervolgens online verkocht. Het Openbaar Ministerie eiste eerder een celstraf van acht maanden tegen de man.
De rechtbank hekelt niet alleen het strafbare feit van computervredebreuk, maar ook de impact die dat had op de maatschappij. "In een functie waarin verdachte een positieve bijdrage had kunnen leveren aan een maatschappelijk zeer ernstige situatie, heeft hij de keuze gemaakt om winstbejag te laten prevaleren boven de integriteit die van hem verwacht werd bij het vervullen van deze functie", schrijft de rechtbank in het vonnis. "Het effect van het handelen gaat verder dan schending van het vertrouwen van de personen van wie gegevens zijn overgenomen. De zaak heeft ook publiciteit getrokken."
Rusland zegt dat het heeft besloten om na 2024 te stoppen met het International Space Station. Daarover gingen al langer geruchten, maar de nieuwe baas van ruimteagentschap Roscosmos bevestigt dat nu. Het is echter maar de vraag of het land ook echt kan en gaat stoppen met het programma.
Rusland bluft al langer dat het wil stoppen met het ISS-programma. Rusland is, samen met Amerika, de grootste partner in het ISS. Verder doen Europa en Canada aan het programma mee. Experts namen de blufs lange tijd niet zo serieus, maar er zijn redenen om aan te nemen dat de situatie dit keer anders ligt. Dan volgt wel de vraag of Rusland een toekomst kan, wil en gaat hebben zonder het ISS: het is op dit moment het bestaansrecht van het Russische programma.
De uitspraak komt van Joeri Borisov, sinds enkele weken het nieuwe hoofd van het Russische ruimteagentschap Roscosmos. Het Russische staatspersbureau Tass schrijft dat Borisov met president Poetin over het onderwerp heeft gesproken. In dat gesprek zou hij voor het eerst bevestigen dat Rusland na 2024 stopt als partner van het International Space Station. Het land zou zich tot die tijd 'aan de gemaakte afspraken willen houden'. Een belangrijke kanttekening is dat de Russische autoriteiten, inclusief Roscosmos, het nieuws niet hebben bevestigd.
Lopende afspraken
Er is daarom veel onduidelijk over het plan. Zo is niet precies bekend waar Borisov naar refereert als hij het heeft over 'de gemaakte afspraken'. Op dit moment zijn er verschillende concrete zaken die Rusland moet aanbieden. Het crew swapping is een belangrijke. Sinds Amerika stopte met het spaceshuttleprogramma was het lange tijd genoodzaakt bij Rusland aan te kloppen voor bemenste vluchten naar het ISS. Dat ging een stuk verder dan een simpele transactie ('hier is zeventig miljoen voor één stoeltje en klaar'). Het leverde complexe afspraken op over financiële bijdrages en leveringen aan andere programma's. Dat veranderde helemaal nadat SpaceX ook Amerikaanse astronauten naar het ISS kon brengen. Sindsdien is een van de afspraken dat niet alleen Amerikaanse astronauten met Russische Sojoez-vluchten omhoog mogen, maar ook vice versa.
Eerder deze maand sloten NASA en Roscosmos een deal daarover. Volgens NASA is dat bedoeld voor de veiligheid. In noodgevallen zouden Russische kosmonauten dan een Amerikaans schip terug naar aarde kunnen nemen. Dat is althans de theorie, maar in de praktijk is er ook een diplomatieke ondertoon. Sinds de Russische invasie van Oekraïne zijn de spanningen tussen de landen hoog, dus dan zou een samenwerking op ruimtevaartgebied veel waard zijn. Andere afspraken waar Rusland aan kan refereren, zijn bijvoorbeeld het aantal ruimtewandelingen dat aan het Russische ISS-deel moet worden uitgevoerd om de veilige werking van het station en de wetenschappelijke experimenten erop te garanderen. Eerder deze maand voerden de Russische Sergei Korsakov en de Europese Samantha Cristoforetti een ruimtewandeling uit. Die was specifiek bedoeld om de Europese robotarm ERA klaar te maken voor gebruik. Hoewel Rusland eerder dreigde die niet in gebruik te nemen, voerden de twee toch de ruimtewandeling uit. Ook in de toekomst moeten er waarschijnlijk ruimtewandelingen worden gedaan voor de ingebruikname van de ERA. Tweakers schreef vorig jaar een achtergrondartikel over de European Robotic Arm.
Samantha Cristoforetti op een ruimtewandeling aan het Russische deel van het ISS
Uitgesproken stoppen
De toekomst van het International Space Station was al lang voor de Russische invasie onzeker. Toen de eerste delen van het station in 2000 werden gelanceerd, liep de voorspelde levensduur tot 2020. Dat werd later opgerekt naar 2022, toen 2024, en inmiddels willen de Amerikanen zelfs tot 2030 door met het station. Dat komt omdat NASA nog plannen met het station heeft. Het stelde in 2019 het ruimtestation open voor commerciële activiteiten. Zo kunnen reclame- of filmmakers naar het station, of ruimtetoeristen. Voorheen moest dat met toestemming van alle partners. De commercialisering van het station is steeds interessanter nu de Amerikaanse private industrie steeds groter wordt en ook bemenste lanceringen kan uitvoeren.
Rusland heeft lange tijd getwijfeld of het na 2024 door wil met het programma, alle Amerikaanse plannen ten spijt. Het Russische deel van het station begint steeds meer mankementen te vertonen. Rusland vraagt zich daardoor af of het wel veilig en de moeite waard is om in het ISS te blijven.
Trampoline
Na de oorlog in Oekraïne kwam de Russische wens voor afsplitsing in een stroomversnelling. Dat gebeurde vooral bij monde van Dmitry Rogozin, de opvallende baas van Roscosmos. Hij is fel aanhanger van Poetin en ging fel tekeer tegen de Amerikaanse ruimtevaartpartners. Dat is trouwens geen nieuw gedrag. Hij maakt NASA al jaren publiek belachelijk: in 2014 maakte hij grappen dat NASA maar met een trampoline naar de ruimte moest gaan. Dat deed hij nadat Amerika sancties oplegde aan Rusland vanwege de annexatie van de Krim. Rogozin wist precies het pijnpunt te raken: zonder Rusland had Amerika een probleem met het ISS. Nu is die situatie omgekeerd, maar dat weerhield Rogozin er niet van om door te trollen. Hij dreigde het ISS terug naar aarde te laten vallen door het station niet meer bij te stuwen.
In de ruimtevaartwereld werd Rogozin lang als een clown gezien. Hij is invloedrijk binnen Roscosmos, maar vooral iemand met een grote mond die zijn dreigementen nooit waarmaakte. Dat komt ook door de realiteit dat Roscosmos het Amerikaanse geld hard nodig heeft om in het ISS te blijven. Maar sinds vorige week is het exit voor Rogozin. Poetin heeft hem ontslagen. Het is niet helemaal bekend waarom. Rogozin zou onder andere de verbouwing van Ruslands lanceerbasis Vostochny uit de hand hebben laten lopen. Het project is aanzienlijk over het budget heen gegaan en heeft veel last van corruptie, die Rogozin niet aan wist te pakken.
Rogozin is vervangen door Joeri Borisov. Hij is voornamelijk bekend door zijn rol in de luchtmacht van het Sovjet-leger en zijn leidende rol in de Russische wapenindustrie. Borisov is dus duidelijk een militaire leider, in tegenstelling tot Rogozin.
Dat nu niet de bluffende en blaffende blaaskaak Rogozin, maar de militair leider Borisov officieel bevestigt te stoppen met het ISS, maakt de uitspraak een stuk serieuzer. Het zou kunnen betekenen dat Rusland niet langer bluft over het plan en daar zelfs de eerste stappen voor zet.
Maar wil Rusland dit wel?
Tass geeft niet veel details over wat het in de toekomst wil doen met het ISS. Het enige wat het agentschap zegt, is dat het 'een eigen ruimtestation wil bouwen'. Dat is geen verrassing. Dat plan heeft Rusland al zeker vijftien jaar. Er liggen al decennia plannen klaar voor het Russian Orbital Space Station, het ROSS, een nieuw puur Russisch ruimtestation. Maar de praktijk is een stuk weerbarstiger: alle plannen ten spijt bestaat dat station alleen nog op de tekentafel. Tweakers schreef eerder dit jaar al een uitgebreid achtergrondartikel over wat Rusland ná het ISS wil doen.
Een schets van het voorgestelde Russian Orbital Services Station
Het probleem is dat het Russische ruimtevaartprogramma zonder het ISS geen bestaansrecht heeft. Er is geen aardobservatieprogramma zoals ESA dat heeft, geen commerciële industrie zoals NASA die stimuleert en geen wetenschappelijke projecten zoals de James Webb-telescoop. Rusland heeft het ISS en het enige alternatief is dat kosmonauten rondjes om de aarde draaien in een Sojoez; dat is weinig aantrekkelijk.
Sancties werpen obstakels op
Het lijkt daarnaast onmogelijk voor Rusland om een nieuw ruimtestation te bouwen. Dat gaat miljarden kosten en die heeft het land zeker sinds de oorlog niet meer. De economische sancties die westerse landen hebben opgelegd raakten bovendien de hoogtechnologische industrie, en dus de ruimtevaartsector, het vroegst en het hardst. Het lijkt daarom uitgesloten dat Rusland die obstakels kan ontwijken en een functioneel ruimtestation kan bouwen. Als dat lukt, gaat het tientallen jaren duren. Tegen die tijd is de ruimtevaartsector, bij gebrek aan een alternatief, mogelijk ingestort.
Borisov lijkt een serieuzer persoon te zijn dan Rogozin. Zijn uitspraken over het stoppen met het ISS moeten daarom met een minder grote korrel zout worden genomen, maar daar staat de praktijk tegenover dat een Russisch ruimtestation onmogelijk lijkt. Of het land bereid is zichzelf zó in de vingers te snijden, is afwachten. Maar dat is momenteel met alles rondom de oorlog in Oekraïne het geval.
Amazon verhoogt de prijzen van zijn Prime-abonnement voor de meeste Europese gebruikers, maar niet voor Nederlanders. Duitse gebruikers betalen vanaf september jaarlijks 89,90 euro voor hun abonnement, een stijging van bijna dertig procent.
Amazon verhoogt de prijzen niet alleen in Duitsland, maar ook in Frankrijk, Italië, Spanje en het Verenigd Koninkrijk. Het gaat om de prijzen voor een Prime-abonnement waarmee klanten snellere bezorgingen kunnen ontvangen en van de streamingdienst gebruik kunnen maken. De prijzen van het Nederlandse abonnement blijven gelijk, zegt het bedrijf in een verklaring. "Deze prijswijziging treft alleen Nederlandse klanten met een Amazon.de-Primelidmaatschap. De prijs voor klanten in Nederland met een Amazon.nl-Primelidmaatschap blijft ongewijzigd." Het bedrijf zegt niet of dat permanent beleid is of dat de prijzen op een later moment alsnog stijgen.
De prijzen stijgen vanaf 15 september, schrijft het bedrijf in een e-mail aan klanten. Het bedrijf zegt tegen Reuters dat het te maken heeft met hogere kosten en dat de prijzen vanwege de inflatie verhoogt. Ook zegt het bedrijf in de toekomst meer content aan te bieden en sneller te willen streamen.
De Nederlandse prijzen zijn nog steeds erg laag vergeleken met andere Europese landen. Nederlanders betalen 2,99 euro per maand, maar het Duitse abonnement stijgt van 6 euro naar 8,99 euro per maand, of 69 euro en 89,90 per jaar. Franse gebruikers gaan 6,99 euro per maand betalen, Spaanse en Italiaanse 4,99 euro.
T-Mobile heeft in Amerika een schikking getroffen met slachtoffers van een groot datalek in 2021. Het bedrijf trekt 350 miljoen dollar uit voor schadeclaims en nog eens 150 miljoen dollar voor het beveiligen van zijn netwerken.
De schikking draait om een groot datalek in 2021. In augustus van dat jaar maakte T-Mobile bekend dat gegevens van 48,7 miljoen klanten waren buitgemaakt door hackers. Van veel klanten werden niet alleen naw-gegevens gestolen, maar ook geboortedata en hun social security numbers of rijbewijs- of id-kaartinformatie. In de dagen en weken erna bleken er nog meer slachtoffers te zijn. Uiteindelijk zouden er 76,6 miljoen Amerikaanse burgers slachtoffer zijn geworden van het datalek. Dat waren niet alleen klanten, maar ook mensen die bijvoorbeeld informatie hadden ingewonnen over abonnementen.
T-Mobile heeft nu geschikt met advocaten over onder andere een schadevergoeding. Het bedrijf heeft daarvoor een voorstel ingediend bij de SEC, de markt- en aandelentoezichthouder in de VS. Het bedrijf zegt 350 miljoen dollar in een fonds te zetten waarmee slachtoffers kunnen worden gecompenseerd. Het gaat dan om slachtoffers die zichzelf melden voor individuele of collectieve schadeclaims. Er is geen minimum- of standaardbedrag afgesproken waar slachtoffers aanspraak op kunnen maken. Dat hangt deels af van hoeveel klanten dat zullen doen. Ook worden advocatenkosten en andere onkosten uit dat fonds betaald.
Naast de 350 miljoen dollar aan schadevergoedingen stopt T-Mobile ook 150 miljoen dollar in het fonds voor het verbeteren van zijn netwerkbeveiliging. Dat bedrag komt boven op het bedrag dat T-Mobile al jaarlijks in zijn boekhouding verwerkt.
T-Mobile zegt dat de schikking niet betekent dat het schuld heeft aan het datalek. "De schikking bevat geen bevestiging van aansprakelijkheid, wangedrag of verantwoordelijkheid", schrijft het bedrijf. Experts zetten daar vraagtekens bij: er zijn aanwijzingen dat het datalek kon ontstaan omdat de beveiliging van het bedrijf slecht op orde was. Ook zouden veel slachtoffers niet of veel te laat zijn ingelicht.
Apple maakt in de MacBooks met M2-chips voor het eerst nergens meer gebruik van Intel-hardware. Een teardown laat zien dat de laatste retimerchips voor USB4 zijn vervangen door onbekende nieuwe merken.
Een Twitter-gebruiker merkt op dat in de teardown van iFixit te zien is hoe de MacBook Air met Apples M2-chip het eerste Apple-model is dat nergens meer gebruikmaakt van Intel-hardware. Het gaat om een klein onderdeel: de Intel JHL8040R-retimer voor USB4 en Thunderbolt. In de MacBook Air zijn die twee chips vervangen door twee nieuwe chips met de codenaam U09PY3.
Over dat specifieke U09PY3-model is online niets te vinden en het is niet bekend wie die chips precies maakt. Het ontwerp wijst er mogelijk op dat Apple de chips heeft ontworpen, maar het bedrijf heeft dat nog niet bevestigd. Apple heeft ook niets publiek gezegd over het vervangen van de chips.
Retimers zijn componenten die het bereik van een signaal vergroten, door het signaal tussentijds te onderscheppen en te ontdoen van de ontstane ruis en daarnaast demping opnieuw te genereren. Apple gebruikte de retimers voor ondersteuning voor USB4 en Thunderbolt op de MacBooks. De JHL8040R-chips waren de laatste overgebleven onderdelen in Apple-laptops die nog door Intel werden gemaakt sinds Apple chips is gaan produceren.
The Lord of the Rings: Gollum van ontwikkelaar Daedalic Entertainment is met enkele maanden uitgesteld. De game zou oorspronkelijk op 1 september uitkomen, maar de makers zeggen meer tijd nodig te hebben voor de release.
Het is nog niet bekend wanneer de game precies uitkomt en of dat nog in 2022 gebeurt. Daedalic Entertainment schrijft op Twitter dat het uitstel 'nog enkele maanden' duurt. Het bedrijf komt binnenkort met een specifiekere tijdlijn. De makers zeggen een verhaal te maken dat 'de visie van J.R.R. Tolkien in ere houdt'. "Om de best mogelijke ervaring te bieden, hebben we besloten de release enkele maanden op te schuiven", zegt de ontwikkelaar.
Het is niet bekend waar de vertraging in de ontwikkeling precies zit. De makers zeggen bijvoorbeeld niet of die iets te maken heeft met de overname van Daedalic door uitgever Nacon, in februari van dit jaar.
The Lord of the Rings: Gollum vertelt het verhaal over het gelijknamige wezen uit de fantasyboeken. De game is een stealthspel waarin spelers Gollum door Mordor en andere bekende gebieden in Midden-Aarde moeten loodsen. In eerdere gameplaytrailers was ook te zien hoe bekende personages zoals tovenaar Gandalf en elfenkoning Thranduil in de game verschijnen. De game volgt niet het complete verhaal uit de Lord of the Rings-, Silmarillion- en Hobbit-boeken, maar voegt ook nieuwe locaties en verhaallijnen toe.
Satellietbedrijven OneWeb en Eutelsat hebben een intentieverklaring getekend om in de toekomst te fuseren tot een bedrijf. De Europese bedrijven hopen zo samen een satellietinternetaanbieder te kunnen worden die zowel via een lage als hoge aardbaan internet kan leveren.
In de praktijk betekent de overname dat het Franse Eutelsat nieuwe aandelen uitgeeft en het Britse OneWeb volledig overneemt van de bestaande aandeelhouders. Eutelsat bezat al 23 procent van OneWebs aandelen. Ook de Britse overheid was een belangrijke aandeelhouder van het bedrijf. Volgens een persbericht zullen de nieuwe aandeelhouders van Eutelsat en Oneweb van beide bedrijven vijftig procent van de aandelen behouden. Eutelsat sluit zijn 36 satellieten aan op de 428 actieve satellieten van OneWeb.
Met de nieuwe joint venture hopen de twee bedrijven samen een belangrijke speler te kunnen worden in de wereldwijde markt voor satellietinternet. Samen hebben de bedrijven een belangrijke troef in handen: de satellieten van OneWeb vliegen in een low Earth orbit op ongeveer 400 kilometer van de aarde, maar die van Eutelsat vliegen in een geostationaire baan op bijna 36.000 kilometer. Lage satellieten hebben minder latency, maar zijn over het algemeen kleiner en minder krachtig. Hoge satellieten zijn groter en krachtiger, maar hebben naast meer latency ook een slechter bereik op lagere breedtegraden.
De bedrijven willen in de nabije toekomst gaan werken aan een platform waarin de diensten van beide satellieten worden aangeboden en aan terminals die verbindingen met beide satellieten kunnen leggen. De bedrijven denken na vier jaar een omzet van 150 miljoen te genereren. In 2030 zouden ze een gezamenlijke totale waarde moeten hebben van ongeveer 16 miljard euro, denken de bedrijven.
Zowel OneWeb als Eutelsat noemt nergens in hun aankondiging de naam Starlink, maar het is moeilijk de fusie daar los van te zien. SpaceX heeft inmiddels al 2700 Starlink-satellieten de ruimte in gebracht en levert zijn dienst inmiddels al op veel plekken commercieel aan. OneWeb heeft ook wel satellieten en actieve gebruikers, maar het bedrijf ging in 2020 failliet. Na een doorstart werd de Britse overheid een belangrijke aandeelhouder, maar die wilde dat de satellieten ook voor bijvoorbeeld navigatiedoelen zouden worden gebruikt. Door samen te gaan werken met Eutelsat kunnen de bedrijven ook commercieel opboksen tegen Starlink.
Het antiransomwareproject No More Ransom van politiediensten en beveiligingsbedrijven is zes jaar oud. Sinds de oprichting zijn de tools tien miljoen keer gedownload, een stijging van vier miljoen keer sinds een jaar. Er zijn nu 136 tools beschikbaar op de site.
No More Ransom werd op 26 juli 2016 opgericht door het Nederlandse Team High Tech Crime van de politie, Europol en beveiligingsbedrijven Kaspersky en McAfee. Het doel van het project is om voor slachtoffers van ransomware gratis decryptors beschikbaar te stellen. Die worden gebouwd door de beveiligingsbedrijven. Sommige decryptors maken gebruik van technische kwetsbaarheden in ransomware om bestanden te ontsleutelen, maar de politie levert na arrestaties ook inbeslaggenomen sleutels aan. Sinds de oprichting van het project zijn er volgens de initiatiefnemers 136 tools uitgebracht voor 165 verschillende soorten ransomware. Daar zitten beruchte namen bij, zoals Gandcrab en REvil. Oude decryptors werken niet gegarandeerd op die ransomware: de bendes veranderden vaak hun malware om decryptors en detectie te omzeilen.
De makers zeggen dat er inmiddels 188 partners zijn aangesloten bij het project. De afgelopen jaren zijn steeds meer nationale en lokale politie- en opsporingsdiensten en beveiligingsbedrijven bij het project aangehaakt. De makers zeggen niets over de verdeling van het aantal decryptietools, maar een jaar geleden was Emsisoft grootleverancier door 59 tools uit te brengen voor evenzoveel ransomwarefamilies. Die cijfers zijn wel scheef: andere bedrijven zoals Kaspersky maakten tools die voor meerdere ransomwarevarianten werkten.
Volgens de makers zouden de tools ruim tien miljoen keer zijn gedownload. Dat zou een enorme stap zijn ten opzichte van vorig jaar. Toen waren de tools nog maar zes miljoen keer gedownload. Anderhalf miljoen gebruikers zouden bestanden hebben teruggekregen door de tools te gebruiken, al zijn die cijfers moeilijk hard te maken. Niet alle tools verzamelen telemetrie en No More Ransom gebruikt schattingen om het totaal aantal gebruikers te berekenen.
De stijging in aantal downloads is opvallend, omdat het maar de vraag is hoe relevant het No More Ransom-project nog is. Bij de oprichting was ransomware nog een groot probleem voor individuele slachtoffers waarvan hun thuis-pc's werden geïnfecteerd. Zulke ransomware werd op grote schaal verspreid en losse decryptors werkten daar goed voor. Inmiddels is ransomware geëvolueerd naar een professionele misdaad en worden vooral bedrijven getroffen. Criminelen infecteren een dergelijk bedrijf op nauwkeurige wijze en weten zo in een netwerk te zitten dat een algemene decryptor zoals No More Ransom die aanbiedt daar weinig zin voor heeft.
Het No More Ransom-project werkte als blauwdruk voor meer publiek-private samenwerkingen tegen cybercrime. In de afgelopen jaren werd er bijvoorbeeld ook een No More Ddos-project opgericht en ging de politie op een andere manier samenwerken met gespecialiseerde beveiligingsbedrijven om cybercrime aan te pakken.