De Raad van de Europese Unie is akkoord met de invoering van de digitale euro. Daarmee is een nieuwe stap gezet in de richting van zo'n centralebankmunt, die door de Europese Centrale Bank wordt uitgebaat als digitale tegenhanger van cash. Dat de Raad akkoord is, is niet onverwacht.
De Raad van de Europese Unie, die bestaat uit ministers uit alle landen in de EU, is vrijdag akkoord gegaan met de introductie van de digitale euro. In het voorstel heeft de Raad ook bepaald wat de juridische status van zo'n munt moet zijn. De Raad dwingt in haar akkoord af dat de digitale euro ook offline beschikbaar moet zijn, altijd naast private betaalmethoden zoals die van banken moet bestaan, en dat betalingen en overschrijvingen 'een hoge mate van privacy' moeten bevatten.
Wat is een digitale euro en wat zijn de voor- en nadelen ervan?
De digitale euro is een digitale tegenhanger van cash, ofwel chartaal geld. Dat is iets anders dan het huidige 'digitale geld' zoals dat op je bankrekening staat. Dat is in feite een lening die een bank heeft bij de Europese Centrale Bank. De ECB wil al jaren een digitale munt. Dat heeft meerdere redenen. Cash geld, waar de ECB controle over heeft, neemt steeds vaker af. Bovendien bieden grote techbedrijven en cryptovalutaplatformen alternatieve betaalmethodes, maar die zijn privaat. Een digitale munt kan daarmee concurreren, maar er is ook kritiek en scepcis.
Tweakers schreef in 2022 al een artikel over wat de digitale euro is en wat de voor- en nadelen ervan zijn.
Andere nieuwe regels zijn dat betaaldiensten geen geld mogen rekenen als burgers een account openen of sluiten of als ze geld willen overmaken. Ze mogen wel geld vragen voor 'diensten die waarde toevoegen', maar niet voor essentiële diensten.
Opvallend is dat de Raad ook heeft toegevoegd dat er een limiet moet komen op de hoeveelheid geld die op accounts mag staan. De limiet op geld is een onderdeel waar critici altijd bang voor waren. Volgens de Raad zijn de limieten bedoeld om 'te voorkomen dat digitale euro's worden gebruikt als een store of value en om de financiële stabiliteit van het monetaire stelsel te garanderen. Critici vrezen echter dat de ECB met de munt kan afdwingen hoeveel geld iemand kan hebben.
Het stellen van limieten is daarentegen een van de belangrijkste redenen dat de ECB een eigen, digitale munt wil. De uitgifte van geld is, naast het aanpassen van de rente, het belangrijkste instrument dat de centrale bank heeft om inflatie aan te wakkeren of juist te temmen. Door een limiet te stellen aan het geld dat iemand kan houden, kan de bank in feite afdwingen dat burgers geld gaan uitgeven.
De limieten worden gesteld en bepaald door de Europese Centrale Bank, maar dat moet op basis van richtlijnen van de Raad. Verder moeten die richtlijnen minimaal elke twee jaar opnieuw worden beoordeeld, stelt de Raad.
In de tekst is verder opgeschreven dat fysieke euro's altijd moeten worden blijven geaccepteerd als wettige betaalmiddelen. Dat is een wens die in ieder geval in Nederland bij de meeste politieke partijen ook leeft. De Raad dwingt daarnaast af dat betaalproviders geen data mogen analyseren buiten wat nodig is voor dienstverlening en dat wetgeving de digitale euro moet behandelen 'met hetzelfde niveau van privacy als cash'.
Het akkoord van de Raad is niet onverwacht. Die zei in september al eind dit jaar een akkoord te willen sluiten. Het voorstel gaat nu naar het Europees Parlement. Daar zitten veel beleidsmakers, met name ter rechterzijde, die erg sceptisch zijn over het plan en dat helemaal niet willen doorvoeren. Als het voorstel door het Parlement wordt goedgekeurd, kan de ECB de munt invoeren. Dat gebeurt naar verwachting in 2029.