De uitlevering van WikiLeaks-oprichter Julian Assange aan de Verenigde Staten wordt uitgesteld. Dat heeft het Hooggerechtshof in Londen op dinsdag bepaald. De rechtbank wil eerst garanties van de VS over de behandeling van Assange en voor een eerlijk proces.
Het Britse Hooggerechtshof wil onder meer garanties van de Verenigde Staten dat Assange niet de doodstraf krijgt als hij wordt veroordeeld. Ook moet de vrijheid van meningsuiting van Assange gewaarborgd worden. De VS krijgt tot 16 april de tijd om die garanties te geven. Als dat niet gebeurt, dan mag Assange definitief in hoger beroep gaan tegen zijn uitlevering. Op 20 mei staat een nieuwe hoorzitting gepland.
WikiLeaks-oprichter Assange probeert zijn uitlevering aan de Verenigde Staten al sinds zijn arrestatie in 2019 te verwerpen. In 2021 oordeelde een Britse rechtbank dat hij niet uitgeleverd mag worden vanwege zijn mentale gezondheid, maar dat besluit werd in 2022 teruggedraaid. Assange wilde tegen dat besluit in hoger beroep. Het Hooggerechtshof boog zich in februari over dat verzoek en besloot op dinsdag het besluit uit te stellen. Als Assange hierin ongelijk krijgt, dan gaat de uitlevering vrijwel zeker door.
Assange wordt in de Verenigde Staten beschuldigd van vermeende computerinbraak in een Amerikaanse staatscomputer en overtredingen van de Amerikaanse spionagewet, onder meer vanwege het publiceren van geheime documenten. Op basis van de beschuldigingen zou hij in de VS veroordeeld kunnen worden tot maximaal 175 jaar cel. De WikiLeaks-oprichter heeft zich altijd beroepen op persvrijheid.