Het wordt voor fabrikanten niet mogelijk om Android voor smartwatches, televisies en de auto aan te passen met bijvoorbeeld een eigen skin. Volgens Google is de interface voor dergelijke toepassingen een belangrijk onderdeel van de gebruikerservaring.

Dat zei Google-topman David Burke in een gesprek met Arstechnica. De internetgigant wil ervoor zorgen dat Android op smartwatches, televisies en in de auto een consistente interface heeft. Daardoor houdt zijn bedrijf de controle over de gebruikersinterface, in plaats van dat het fabrikanten toestaat om aanpassingen door te voeren. Ook blijft het op deze manier voor Google mogelijk om zelf softwareupdates uit te brengen voor Android-apparaten.

Volgens Burke kunnen fabrikanten hun eigen branding en softwarediensten toevoegen, maar mag er aan de wijze waarop Android wordt bestuurd niets worden veranderd. De topman stelt dat bij Android op de smartwatch, tv of auto de interface meer onderdeel van het product is dan op smartphones en tablets. Op dergelijke mobiele apparaten staat het fabrikanten vrij om de interface aan te passen, wat de meeste grote fabrikanten dan ook doen.

Google kondigde Android voor op de televisie, onder de naam Android TV, en voor in de auto, met de naam Android Auto, aan op zijn ontwikkelaarsconferentie I/O. Eerder maakte het bedrijf al Android Wear, voor wearables zoals smartwatches, wereldkundig. Verscheidene fabrikanten hebben al aangegeven met Google in zee te gaan voor het uitbrengen van smartwatches, televisies en auto's met Android.

Volgens beveiligingsonderzoekers zit er een bug in KeyStore, het deel van Android waarin authenticatie-gegevens zoals cryptografische sleutels, pin's en unlockpatronen zijn opgeslagen. Kwaadwillenden zouden deze gegevens kunnen achterhalen en misbruiken.

Het onderzoek werd gepubliceerd door beveiligingsonderzoekers van IBM. Door een bug in Androids KeyStore kunnen kwaadwillenden authenticatie-gegevens achterhalen door middel van een stack buffer overflow. Op hun website leggen de onderzoekers gedetailleerd uit hoe de bug misbruikt kan worden.

Volgens de ontdekkers is gewacht met publicatie totdat Google de bug heeft gerepareerd, wat inmiddels het geval is. Met de release van Android KitKat, versienummers 4.4.x, zou de bug niet langer te misbruiken zijn, maar veel gebruikers beschikken nog over een oudere versie van het mobiele besturingssysteem. Daarvoor zijn nog veel Android-toestellen vatbaar.

Kwaadwillenden zouden door het misbruiken van de bug authenticatie-gegevens in handen kunnen krijgen voor diensten die op het bewuste Android-toestel worden gebruikt. Hackers zouden bijvoorbeeld authenticatie-gegevens voor betalingsdiensten en banken in handen kunnen krijgen. Wel moeten zij daarvoor eerst malware installeren op een kwetsbaar toestel: het is namelijk nodig om zelf code uit te kunnen voeren om de bug te kunnen misbruiken. Het is niet duidelijk of er al misbruik wordt gemaakt van de kwetsbaarheid in KeyStore.

De Indiase smartphonemaker Xolo heeft de Win Q900s aangekondigd, een Windows Phone 8.1-toestel dat de lichtste in zijn soort zou zijn. Het apparaat heeft een 4,7"-scherm en weegt 100 gram. Vooralsnog komt de smartphone alleen in India uit.

Xolo stelt dat het gaat om 's werelds lichtste smartphone met het Windows Phone 8.1-besturingssysteem en de lichtste smartphone met een 4,7"-scherm. Naast deze eigenschappen beschikt de Win Q900s over een low-end Snapdragon 200-soc en een schermresolutie van 1280x720 pixels. Er is 1GB ram en voor opslag is 8GB aanwezig, dat tevens kan worden uitgebreid met micro-sdkaartjes. Voor foto's is een 8-megapixelcamera ingebouwd.

Vooralsnog lijkt Xolo zijn nieuwe, lichte Windows Phone-smartphone alleen in India te gaan verkopen. Daar is het toestel inmiddels voor te bestellen voor een prijs van omgerekend 122 euro. Vanaf volgende maand wordt de Win Q900s geleverd. Volgens Xolo worden er aanvankelijk 5000 toestellen gemaakt. Er kwamen al geruchten naar buiten over het lichte Windows Phone-toestel van Xolo, waardoor de aankondiging niet als een verrassing komt.

Eerder bracht Xolo al als eerste een smartphone uit met een Intel-soc, eveneens in thuisland India. Het bedrijf legt zich met name toe op het uitbrengen van budgetsmartphones.

Oculus, maker van de populaire virtual reality-bril Oculus Rift, heeft te kennen gegeven dat het op termijn samenwerkingsverbanden wil aangaan. Daarmee wil het bedrijf de verkoop van virtual reality-brillen stuwen.

Volgens Oculus-ceo Brendan Iribe moeten er op termijn een miljard gebruikers virtual reality gaan gebruiken, zo zei hij in een gesprek met Bloomberg. Omdat Oculus niet verwacht op eigen houtje een miljard vr-brillen te kunnen verkopen is samenwerking met fabrikanten noodzakelijk. Momenteel is de markt voor virtual reality nog klein, maar Oculus hoopt hier verandering in te kunnen brengen.

Hoe die samenwerking er precies uit komt te zien is niet duidelijk, maar tegenover Bloomberg zei Iribe dat het eenzelfde strategie wil hanteren als Google met zijn Android-besturingssysteem. Daarmee verwijst de topman waarschijnlijk naar het feit dat Google de software beschikbaar stelt en hardwarefabrikanten dit vervolgens gebruiken voor hun apparaten.

Eerder kwamen er al geruchten naar buiten dat Oculus samenwerkt met Samsung bij het maken van een vr-bril. Daarbij zou Oculus de software leveren, terwijl Samsung oled-panelen met hoge resolutie beschikbaar stelt, die gebruikt kunnen worden om een vr-bril mee te maken. Iribe bevestigde deze geruchten niet, maar gaf wel aan dat er gesprekken zijn gevoerd met Sony, die onder de naam Project Morpheus al aan een vr-bril werkt. Er zijn echter nog geen concrete afspraken gemaakt met fabrikanten.

Facebook nam onlangs Oculus over voor een bedrag van 1,45 miljard euro. Vooralsnog heeft het bedrijf achter de sociale-netwerksite weinig aan de bedrijfsvoering veranderd.

Microsoft zou plannen hebben om de Surface-merknaam niet langer te gebruiken zodra het de rechten heeft vergaard om de merknamen van Nokia te gebruiken. In plaats van Surface zou Microsoft de Lumia-merknaam willen gebruiken.

De geruchten werden naar buiten gebracht door telecominsider Evan Blass. Microsoft zou nog aan het onderhandelen zijn met het resterende deel van Nokia voor een licentie op de merknamen van laatstgenoemde. De besprekingen zouden zich in de afrondende fase bevinden en daarna zou Microsoft afscheid willen nemen van de Surface-merknaam. In plaats daarvan lijkt het bedrijf de Lumia-merknaam te willen gebruiken, die de telefoondivisie van Nokia gebruikte voor zijn mobiele apparaten. Dat de Lumia-naam Surface vervangt is onderdeel van Microsofts strategie om zijn merknamen te 'streamlinen'.

Tevens stelt Blass dat Microsoft voor zijn smartphonereeks, waarvan volgens geruchten de eerste modellen in dit kwartaal uitkomen, de naam 'Nokia by Microsoft' gaan gebruiken. Hoe de eerste smartphones van Microsoft precies gaan heten is nog niet bekend; het is aannemelijk dat Microsoft de Lumia-naamgeving ook voor smartphones in stand houdt.

Microsoft nam enige tijd geleden de telefoontak van Nokia over voor een bedrag van bijna 5,5 miljard euro. De Finse mobieltjesfabrikant was lange tijd marktleider, maar had in de afgelopen jaren veel last van concurrentie van iOS en Android.

Facebook heeft een experiment uitgevoerd onder honderdduizenden gebruikers. Een team van medewerkers keek hoe mensen reageerden op een nieuwsfeed waar positieve of negatieve posts de boventoon voerden. De gebruikers waren niet op de hoogte van het experiment.

Een wetenschappelijke verslaglegging van het uitgevoerde experiment verscheen in het tijdschrift PNAS. Facebook deed zijn studie onder in totaal 689.003 personen, die daar niet van op de hoogte waren en willekeurig zijn geselecteerd. De medewerkers van Facebook experimenteerden met de weergave van posts in de nieuwsfeed van de gebruikers die in de studie waren opgenomen.

Er werden twee experimenten tegelijkertijd uitgevoerd: één waarbij de hoeveelheid negatieve posts in de nieuwsfeed van een individuele gebruiker werd verminderd en één waarbij de hoeveelheid positieve posts in de nieuwsfeed werd verminderd. Negativiteit en positiviteit werden gemeten aan de hand van steekwoorden, waarvoor speciale software werd gebruikt.

Beide experimenten kenden een controlegroep om een vergelijking te kunnen maken. Als uitkomstmaat werd de negativiteit of positiviteit genomen van de posts die de gebruiker zelf op Facebook plaatste. Zo wilden de onderzoekers kijken of er een verband bestaat tussen de emotie waaraan iemand wordt blootgesteld en het humeur van de desbetreffende persoon.

Uit de resultaten blijkt dat er sprake is van wat Facebook emotionele besmettelijkheid noemt. Als iemand wordt blootgesteld aan negatieve posts, die niet per se aan de gebruiker gericht hoeven zijn, dan is de kans groter dat die persoon zelf ook negatief reageert. Datzelfde effect treed omgekeerd ook op: bij meer positiviteit reageerde de gebruiker zelf ook positiever. Volgens Facebook toont het experiment aan dat emoties onbewust 'besmettelijk' kunnen werken.