Op Tweakers verschijnen dagelijks tientallen nieuwsberichten, maar bij het schrijven weten we zelden hoe het afloopt met de producten, technieken en ontwikkelingen die we bespreken. In deze rubriek lezen we oude berichten terug en kijken we hoe het verderging.
Voor deze 37e editie van Terug in de tijd kijken we naar wat we in oktober 2004, 2009 en 2014 schreven. We kijken onder meer naar de iTunes Music Store, de dood van Geocities en de productiestop van plasma-tv's.
Twintig jaar geleden: huishoudrobots, geen Google-browser en liedjes kopen in iTunes
Heb je een robotstofzuiger of een robotmaaier? Dat was twintig jaar geleden namelijk nog best bijzonder. De United Nations Economic Commission for Europe, onderdeel van de VN, zei destijds dat er 610.000 huishoudrobots rondreden. De verwachting was dat er binnen een paar jaar miljoenen exemplaren bij zouden komen.

Dat is wel uitgekomen. De Unece heeft het onderzoek, World Robotics Survey, na 2004 niet meer herhaald en heeft dus niet bijgehouden hoe het daarna ging. Wat er wel is veranderd, is de sfeer rond fysieke robots. Waar de tijdgeest toen nog beïnvloed leek door sciencefiction, zijn we nu gewend aan robotstofzuigers en robotmaaiers; het zijn in veel huishoudens dagelijkse producten geworden en we vrezen geen massale opstand van robotmaaiers. Een inmiddels anoniem account voorspelde precies hoe het zou gaan. "Net zoals de mobiele telefoon, de televisie, internet etc., begint het gebruik het eerste bij de nerds en de mensen die het geld ervoor over hebben. Wat later 'ontdekken' andere mensen hoe handig een mobiel of, in dit geval, bijvoorbeeld een robot die de afwas doet of voor je stofzuigt is. En schaffen ze er ook een aan. Vaak is het zelfs zo dat een hoop mensen er eerst nog een hoop kritiek op leveren en later toch moeten toegeven hoe handig het is en het toch maar gaan gebruiken."

Wat nooit is doorgebroken, is een tool voor vooral gluurders. Het artikel over de cameramodule voor een obscure Japanse telefoon die door kleren heen zou kunnen schieten, deed het goed op Tweakers met een, voor die tijd, hoog aantal van 72.000 views. Het was een module die via infrarood warmte vastlegde, maar de bijwerking was dat het mogelijk was in zekere zin door bepaalde kleding heen te kijken. Het bedrijf dat het maakte bestaat nog steeds, maar van de module zelf hebben we nooit meer iets gehoord.
Niet elke Japanse release vergeten we. Want in diezelfde tijd kwam een gadget uit die wel doorbrak in Nederland en België, of in elk geval bekend is geworden: de PlayStation Portable. Gamen op smartphones was nog geen ding, maar het was wel de tijd van grote releases van draagbare spelcomputers. De Nokia N-Gage en Nintendo DS kwamen in diezelfde tijd uit.
:strip_exif()/i/1240308820.jpeg?f=thumblarge)
De PSP werd relatief succesvol: Sony verkocht er rond 82 miljoen wereldwijd, waarvan rond 10 miljoen in Europa. De PSP kreeg in 2011 een opvolger in de vorm van de PS Vita, een nieuwer en krachtiger model. Die werd minder succesvol met ongeveer 15 miljoen verkochte exemplaren. Er is wel een draagbare PlayStation, maar de Portal is echt een ander apparaat, omdat het games streamt vanaf de PlayStation die je al hebt. De markt voor draagbaar gamen is overgenomen door smartphones, hoewel Nintendo met de Switch nog altijd succesvol is.
Iets anders dat twintig jaar geleden een omwenteling was, maar inmiddels uit de tijd is, is het kopen van liedjes in iTunes. Destijds, zo vertelt opa, was er bij het kopen van muziek een keuze tussen singles van ongeveer vijf euro per stuk of een heel album voor rond de achttien euro. Het idee om liedjes te kopen voor iets minder dan een euro was echt afwijkend, hoewel dat eerst nog met het gehate drm was. Een paar jaar later verdween dat.
Ook was het de tijd van piraterij in de muziek, waarmee veel liefhebbers oneindig mp3's met elkaar deelden via diensten als Kazaa en Limewire. Het kunnen downloaden van liedjes op een legale manier tegen betaling was niet dé oplossing tegen het illegaal uitwisselen van muziek; die kwam pas een paar jaar later met muziekstreamingdiensten. Jaren later ging Apple ook overstag en begon met Apple Music als vervanging van de iTunes Music Store.
Een technologie die de tand des tijds wel heeft doorstaan, is rfid. Het op afstand kunnen uitlezen van tags was destijds al uitgevonden, maar de exacte toepassingen waren nog niet helemaal duidelijk. Paspoorten automatisch uitlezen aan de grens? De VS zag dat wel zitten en zette rfid-tags in paspoorten. Nokia zag het ook wel zitten en experimenteerde met rfid in telefoons.
Rfid is met zijn bereik van een meter of acht en eenwegscommunicatie misschien niet het beste idee, maar een toepassing van rfid is nfc en dat bleek wel snel beter toe te passen. Nfc heeft korter bereik en communicatie in beide richtingen, wat het veiliger maakt. Dat maakt het geschikt voor toepassingen zoals authenticeren van betalingen en ov-reizen.
De glazenbolaward gaat daarom naar het anonieme account met de hoogst gewaardeerde reactie onder het Nokia-artikel: "Tja, een heel praktische toepassing zou zijn zoals nu al jaren in Hongkong is het gebruik als ov-chipkaart of betaalkaart." En dat is precies wat nu kan. Zeker nfc om te betalen is anno 2024 totaal ingeburgerd.
Wat er sinds 2004 nauwelijks is veranderd, is lineaire tv. In een andere tijdlijn had dat anders kunnen gaan, want het idee voor gepersonaliseerde lineaire tv was wel echt in ontwikkeling. Dat heeft uiteindelijk niet geleid tot dat we nu massaal gepersonaliseerde tv kijken. Een bekend voorbeeld dat hier een beetje op lijkt, is de interactieve Netflix-film Bandersnatch. Intussen kun je wel een ander deel van de tv-ervaring laten personaliseren, namelijk reclame.
In 2004 kwamen we er ook achter dat Google helemaal niet aan een browser werkte. Voor zover we nu weten is dat ook waar: het werk aan de browser die Google zou uitbrengen onder de naam Chrome begon pas in 2006. Later werd ook bekend dat Eric Schmidt, toen ceo van Google, zich niet wilde mengen in de browserstrijd. De geruchten kwamen op in een tijd dat Mozilla op het punt stond om Firefox 1.0 uit te brengen. Google Chrome kwam uit in 2008 en groeide binnen enkele jaren uit tot de dominante browser wereldwijd.
Vijftien jaar geleden: Android is evil, e-readers met kleurenscherm en geweld in Modern Warfare 2
De vliegveldscène uit Call of Duty: Modern Warfare 2 zal veel gamers bekend voorkomen. Ontwikkelaar Infinity Ward waarschuwde voor de scène, die spelers niet eens hoefden te spelen. Een stagiair op de redactie van Tweakers vroeg aan een Tweede Kamerlid van het CDA wat hij ervan vond en schreef een artikel over de reactie. Het artikel, dat veel lezers vermoedelijk zijn vergeten, is op de redactie van Tweakers een legende, mede omdat de stagiair van toen nu een van de bekendste techjournalisten van het land is.
Die scène voelde misschien voor CDA-politici destijds kwaadaardig, maar Lee Williams, directeur van Symbian, destijds marktleidend besturingssysteem op de smartphonemarkt, zag een ander 'evil': Android. Hij vond Android kwaadaardiger dan iOS, destijds iPhone OS, vanwege Googles manier van geld verdienen. Android zou er vooral zijn zodat Google beter advertenties kan verkopen. Die redenering is vaker teruggekomen in de techsector en houdt vijftien jaar later in feite nog steeds stand.
Over Symbian gesproken: die opende het platform Horizon. Daarmee konden ontwikkelaars apps in de diverse downloadwinkels van fabrikanten zetten die Symbian-toestellen maakten, zoals Nokia, Samsung en Sony Ericsson. Een mooi initiatief, maar wel een aantal jaren te laat, want Symbian was toen nog marktleider, maar was de slag om de smartphone aan het verliezen.
:fill(white):strip_exif()/i/1269959807.jpeg?f=thumblarge)
Dat blijkt onder meer uit het feit dat Sony Ericsson overstapte op Android. Het is nu lastig voor te stellen, maar veel smartphonemakers mikten toen op meerdere besturingssystemen. Sony Ericsson had Symbian, Windows Mobile en begon met Android, maar besloot al snel om alleen met Android door te gaan. De Sony Ericsson Rachel werd de Xperia X10 en Xperia is nog steeds de naam die Sony gebruikt. Die naam stond ook al op de Xperia X1 met Windows Mobile en op een bijzondere telefoon, de Xperia Pureness met doorzichtig scherm.
Wat ook lastig voor te stellen is, is dat mobiel internet nog niet zo populair was als nu. Er was nog geen WhatsApp en mensen zeiden vaak dat 'een telefoon toch is om mee te bellen'. Jongeren waren het daar vaak niet mee eens, want ook toen gebruikte al bijna de helft mobiel internet. In de jaren erna zouden de smartphone en mobiel internet écht doorbreken naar het grote publiek.
Waar in 2009 28 procent van de Nederlanders met een smartphone online ging, is dat aantal inmiddels gestegen naar boven de 90 procent. Het steeg in de jaren erna snel: in 2011 was het 50 procent, in 2013 69 procent.
:strip_exif()/i/1276068109.png?f=thumblarge)
Een van de redenen om een smartphone te gaan gebruiken, is de veelzijdigheid. Een smartphone is een telefoon, een agenda, een chatapparaat en nog veel meer. Ook verving het vijftien jaar geleden voor veel mensen voor het eerst een navigatiekastje. Dat kwam mede door de komst van navigatie in Google Maps, wat de markt voor navigatie op zijn kop zette. De personal navigation devices, of pnd, bestaan nog wel, maar hebben een kleinere rol op de markt dan voorheen. Veel mensen navigeren met de telefoon of met de ingebouwde software in de auto.
Vijftien jaar geleden was ook de tijd dat de eerste smartphones oledschermen kregen. Dat gold niet alleen voor telefoons, ook verschenen de eerste tv's met deze schermtechnologie. In lijn met de trend van die tijd, 3d, kwam Samsung met een prototype van een 3d-oled-tv. Gebruikers hadden een bril nodig om de 3d-beelden te zien.
Tv-kijkers zaten duidelijk niet te wachten op 3d op hun tv, en die trend stierf na een aantal jaar een stille dood. Oled daarentegen maakte indruk en intussen is een groot deel van de duurdere tv's voorzien van oledschermen. Niet de diepte, maar de mooie kleurweergave en het hoge contrast zorgen kennelijk voor de extra dimensie.
:fill(white):strip_exif()/i/1256723073.jpeg?f=thumblarge)
Een ander prototype dat in die maand opdook, is een buigbaar kleurenscherm voor e-readers van Bridgestone. De e-reader was toen net in opkomst, een paar jaar na de eerste Kindle, en de categorie ging wellicht een grote toekomst tegemoet. De belofte van een kleurenscherm bleef jarenlang boven de markt van e-readers hangen. Inmiddels zijn er wel commercieel verkrijgbare e-readers met kleurenscherm, volop zelfs. Die maken geen gebruik van de technologie van Bridgestone, maar de beperkingen zijn dezelfde: de kleuren zijn niet zo mooi als bijvoorbeeld die van oledschermen.
Waarvoor zou je een scherm met mooie kleuren willen? Bijvoorbeeld voor je favoriete internetpagina's met draaiende elementen en blinktags. Dat was vijftien jaar geleden al nostalgie, want toen sloot hoster Geocities zijn digitale deuren. Geocities, dat stamt uit 1994 en sinds 1999 eigendom was van Yahoo, stond bekend als de plek van de ... opvallend vormgegeven websites. Omdat het een gratis hostingdienst was, ging het veelal om particuliere gebruikers en de sites die daarop verschenen waren vaak in het oog springend en afzichtelijk. Toch staat het voor veel mensen ook voor een onschuldigere, speelsere periode van het internettijdperk.
Tien jaar geleden
Wifi in de trein heeft nooit een goede naam gehad. Het zit de technologie ook niet mee: het leunt op een mobiel netwerk, maar mensen zien een wifi-icoon in beeld. Ook bood NS het in Nederland aan vanaf een moment dat het mobiele netwerk er niet klaar voor was en de bandbreedte vaak onvoldoende was.
Wat ook een doorn in het oog was, was dat wifi in de trein werkte via het toenmalige T-Mobile, terwijl KPN hotspots had op stations. Dat moest een aanbieder worden, vond NS. Dat gebeurde niet: in de jaren erna bleven beide soorten wifiverbindingen bij twee verschillende aanbieders. Het lijkt er nu op dat de hotspots rond de stations zijn verdwenen; wifi in de trein bestaat nog steeds.
:fill(white):strip_exif()/i/1268737136.jpeg?f=thumblarge)
Als je geen internet hebt, kun je in elk geval nog apparaten gebruiken die geen internetverbinding nodig hebben, zoals iPods. Tien jaar geleden waren iPods al uit de tijd en Apple verkocht de klassieke iPod, die apparaten met scrollwheel, al niet meer. Waarom niet? Tim Cook legde uit waarom: toeleveranciers maakten de onderdelen niet meer.
Als Apple aanklopt, zullen veel fabrikanten vast wel een onderdeel in productie willen houden, maar het zal hebben meegespeeld dat Apple ook niet meer veel van die oude iPods kon verkopen. Alles wat je laat produceren met lage oplagen, kan duurder en lastiger worden om te maken. Dus stopte Apple met het maken van de iconische mp3-speler.
Over het stoppen van iconische producten gesproken: LG stopte als laatste met de productie van schermen voor plasma-tv's. De plasmaschermen golden enige tijd als opvolgers van de beeldbuizen, in elk geval tot begin van deze eeuw. De technologie werkt met kleine cellen met gassen erin waar een spanning op gezet wordt om de eigenschappen van dat gas te veranderen. Door de gebruikte gassen in plasmaschermen, hoofdzakelijk xenon en neon, ontstaat voornamelijk onzichtbaar ultraviolet licht. Om dat licht zichtbaar te maken, zit er een fosforcoating op de randen van de plasmacellen. Die bepalen de kleuren.
Liefhebbers van plasma roemen vooral het hoge contrast, de grote kijkhoeken en de goede weergave van beweging. Nadelen zijn er ook: de pixels kunnen niet klein genoeg voor hoge resoluties, sommige mensen ervaren knipperingen of andere storende elementen door de gebruikte techniek, en plasma-tv's gebruiken meer energie dan lcd-tv's. Oled gold vanaf het begin als meest logische opvolger.
Hoe kijk je dan dingen op een tv? Tien jaar geleden zagen we voor het eerst HDMI-dongles om beelden te streamen. Google had al de Chromecast en Amazon kwam met de Fire TV Stick. Door de lage prijs was het voor veel mensen een impulsaankoop en een manier om een domme tv slim te maken.
De HDMI-dongles lijken een beetje uit de tijd te raken. Google is gestopt met Chromecast ten gunste van de duurdere TV Streamer, een kastje. Amazon heeft de laatste generatie Fire TV Stick, de 4K Max, drie jaar geleden uitgebracht. Of er nog een opvolger komt, is onduidelijk.
Hoe laag de prijs ook, een HDMI-dongle moet je nog steeds betalen. Tien jaar geleden had Apple al zijn nfc-betaalmethode Pay gepresenteerd, waarmee inmiddels miljoenen mensen in Nederland afrekenen. Of dat dominant zou worden, was toen nog geen gegeven. Diverse Amerikaanse winkelketens probeerden het zelf met een betaalmethode op basis van QR-codes.
Diverse retailers hebben toen betalen via nfc uitgezet, een vereiste voor het contract van de betaalmethode met de naam CurrentC. Retailers testten het systeem, maar nog voor de rest van de grond kwam, gingen retailers Apple Pay en Google Pay ondersteunen. De test is afgerond, maar een grote release van CurrentC kwam er nooit. Plannen voor de invoering ervan gingen in 2016 in de prullenbak.
:fill(black):strip_exif()/i/2000610456.jpeg?f=thumbmedium)
Sommige concepten halen het nu eenmaal niet, en dat geldt ook voor de Slowaakse vliegende auto. De AeroMobil was tien jaar geleden een sensatie en de oprichters waren ervan overtuigd dat het zou lukken de vliegende auto in productie te nemen. Toch ging het niet goed.
Een prototype crashte in 2015, maar het bedrijf probeerde het opnieuw met een nieuw prototype dat vanaf 2017 in productie zou gaan. Met preorders probeerde het bedrijf, dat sinds begin jaren negentig de droom een realiteit probeerde te maken, de financiering rond te krijgen.
De auto kon misschien wel echt vliegen, maar het bedrijf zelf kwam niet goed van de grond. Ondanks investeringen van 25 miljoen euro ging het bedrijf vorig jaar failliet. Een van de oprichters werkt inmiddels aan een nieuw bedrijf, dat ongeveer hetzelfde doet onder de naam AirCar.
Dan eindigen we met een ander luchtig onderwerp: geopolitiek. Nu zitten we volop in gespannen handelsrelaties tussen grote machtsblokken en China, maar tien jaar geleden waren daar de eerste tekenen van zichtbaar. De Indiase luchtmacht adviseerde om geen telefoons van het toen opkomende Xiaomi te gebruiken. De reden? Xiaomi-telefoons zouden ongevraagd data naar Chinese servers versturen.
India heeft intussen veel meer maatregelen genomen: zo nam het van Xiaomi 668 miljoen euro in beslag een paar jaar geleden. Ook verbood het TikTok en tientallen andere Chinese apps een aantal jaren geleden.
Over Chinese invloed gesproken: Huawei bracht tien jaar geleden zijn toenmalige dochtermerk Honor naar Nederland. Toen was het een dochtermerk gericht op jongeren, maar vijf jaar later werd het een reddingsboei voor een deel van Huawei. De Amerikaanse overheid besloot handel met Huawei en dochterbedrijven te verbieden, waardoor telefoons van Huawei geen Google-diensten meer konden krijgen.
Huawei spaarde dochtermerk Honor door het af te splitsen en te verkopen aan een consortium onder leiding van de overheid van de Chinese stad Shenzhen. Die eigenaar vertrouwen we in het westen natuurlijk volledig en daarom staan er op huidige Honor-telefoons nog steeds Google-diensten. Honor is onder meer druk bezig met het maken van de dunste vouwbare smartphones ter wereld.