De fpga-divisie van Intel wordt weer een zelfstandig bedrijf. De chipmaker nam in 2015 de fpga-fabrikant Altera over voor 16,7 miljard dollar en bracht die toen onder in zijn programmable solutions group. Die bedrijfstak wordt nu weer zelfstandig, hoewel Intel wel de eigenaar blijft.
Intels programmable solutions group, ook wel PSG, gaat vanaf 1 januari weer functioneren als een onafhankelijk bedrijf. Dat meldt Intel op woensdag in een persbericht. De chipmaker zal de financiën van PSG als een apart bedrijfsonderdeel rapporteren in zijn cijfers voor het eerste kwartaal van 2024. De chipmaker wil het voormalige Altera over twee tot drie jaar ook naar de beurs brengen en daarnaast de mogelijkheden voor private investeringen verkennen. Intel behoudt dan wel een meerderheidsaandeel.
Met de afsplitsing moet de PSG-divisie 'de autonomie en flexibiliteit geven die het nodig heeft om zijn groei te versnellen en effectiever te concurreren in de markt voor fpga's', meldt Intel. Tegelijkertijd moet dit Intel zelf helpen bij het richten op zijn eigen 'kernstrategie'. Intel blijft chips voor de fpga-divisie produceren via zijn Intel Foundry Services. Sandra Rivera, momenteel de general manager van Intels datacenterdivisie, komt aan het hoofd van de nieuwe onderneming te staan.
Intel heeft verschillende bedrijfsonderdelen verkocht of afgesplitst sinds Pat Gelsinger begin 2021 aantrad als nieuwe ceo. De chipmaker hanteerde bijvoorbeeld een soortgelijke strategie met Mobileye, dat chips voor zelfrijdende auto's ontwerpt. Mobileye vorig jaar afgesplitst van Intel en kreeg toen een beursgang, hoewel Intel nog altijd een meerderheidsbelang in de Israëlische chipmaker heeft. Het bedrijf stopte daarnaast eerder met Optane en splitste vorig jaar ook zijn ssd-divisie af als een nieuw bedrijf, dat tegenwoordig eigendom van SK hynix is onder de naam Solidigm. Het bedrijf stopte dit jaar ook met zijn NUC-mini-pc's, hoewel die activiteiten werden overgenomen door ASUS.
Intel betrad de fpga-markt in 2015 met zijn overname van het voormalige Altera. Dat bedrijf werd uiteindelijk omgedoopt naar Intels programmable solutions group. Intel betaalde destijds 16,7 miljard dollar voor het bedrijf, dat onder meer verantwoordelijk voor Intels Agilex- en Stratix-fpga's. Dergelijke field programmable gate arrays zijn door gebruikers programmeerbaar voor specifieke rekentaken en daardoor relatief flexibel in te zetten.