Op Tweakers verschijnen dagelijks tientallen nieuwsberichten, maar bij het schrijven weten we zelden hoe het afloopt met de producten, technieken en ontwikkelingen die we bespreken. In deze rubriek lezen we oude berichten terug en kijken we hoe het verderging.
In deze negentiende editie van Terug in de tijd kijken we terug naar artikelen uit april 2003, 2008 en 2018. We zien de opkomst van iTunes en van 64bit-architectuur, verwoede pogingen om chatoorlogen en mobiele launchers te winnen en de opkomst van Fortnite en AVG-boetes.
Twintig jaar geleden: de iTunes-muziekwinkel, de eerste x86-64-Opteron-chips van AMD en Googles vele chatdiensten
Terwijl ik dit schrijf, luister ik Spotify. Ik sta er niet eens meer bij stil hoe bijzonder het is dat ieder nummer te beluisteren is dat ik maar kan bedenken. En als ik het niets vind, dan skip ik gewoon naar het volgende nummer. Dat was in april 2003 anders. Toen betekende muziek luisteren nog mp3-files downloaden via Limewire of cd's rippen, maar in april van dat jaar introduceerde Apple zijn muziekdienst iTunes, nadat die er eerder al aan leek te komen. Het bleek een gamechanger, zeker in combinatie met de nieuwe iPods die gelijktijdig werden uitgebracht. Die waren verkrijgbaar met schijven van 10GB, 15GB en 30GB, een toen astronomisch hoge hoeveelheid opslagruimte. Zeker als je bedenkt dat iTunes-nummers niet zo heel groot waren; losse liedjes kosten 0,99 euro en daarvoor kreeg je de bestanden in AAC-formaat met een bitrate van 128Kbit/s. Dat is een derde van wat Spotify je nu laat streamen. Apples codec was nog niet eens losless. Die kwam pas een jaar later, in 2004, uit.
ITunes bleek een gamechanger te zijn in de manier waarop consumenten muziek konden luisteren. Het werd, in combinatie met de iPod, makkelijk om legaal aangekochte muziek overal mee naartoe te nemen. Het was ook een belangrijk keerpunt in de digitalisering van muziek. Toen iTunes van start ging, waren er 200.000 nummers beschikbaar. 15 jaar later, in 2018, was dat aantal uitgegroeid tot 45 miljoen. Overigens duurde het nog een tijdje voordat iTunes voor iedereen beschikbaar was. Op 30 april schreven we dat Apple 'werkt aan een iTunes voor Windows', maar het zou nog een poos duren voordat die software er kwam.
Wie er ook hard werkte aan een eigen, baanbrekend platform, is Microsoft. De dappere pogingen van het bedrijf om een derde mobiel platform te bouwen naast Android en iOS, zijn nog relatief nieuw, maar al twintig jaar geleden zette het bedrijf er stappen in. Tijdens zijn Mobility Developer Conference in april 2003 maakte Microsoft tools beschikbaar voor ontwikkelaars, in de hoop dat die software zouden gaan ontwikkelen voor 'de Pocket PC- of Smartphone-platformen'. Een paar interessante ontwikkelingen leken veelbelovend te zijn voor de toekomst van smartphones: Microsoft introduceerde een Compact-versie van .NET en een developerkit voor smartphonesoftware. Daarnaast kwam ook een tweede telefoon uit die op Microsofts Smartphone-platform draaide. Dat was de HTC Tanager, die ook bekend stond als de Orange SPVx, een opvolger van de eerdere SPV. Je zou bijna denken dat Microsoft best succesvol zou kunnen worden op de smartphonemarkt...

Terwijl Microsoft toch geen slag wist te slaan op smartphonegebied, wist het bedrijf wel goed welke kant computerhardware op ging. Het bedrijf was namelijk toen al bezig met een van de grootste sprongen op chipgebied: de stap naar x86-64-architectuur. April 2003 was de maand dat veel techfabrikanten zich klaarmaakten voor de komst van AMD's Opteron-processors, waaronder Microsoft. Het bedrijf zei toen dat Windows 'vanaf midden 2003' wel ondersteuning zou bieden voor x86-64-architectuur.
Die architectuur kwam later die maand uit. AMD bracht toen zijn Opteron-platform uit, de eerste 64bit-chips die aanvankelijk voor server- en werkdesktops interessant waren. Opteron is een 64bit-processor die ook met x86-software kan omgaan. Je kon Opteron ook zien als een keerpunt voor AMD. "Voor het eerst heeft niet Intel maar AMD het initiatief genomen tot uitbreiding van de x86-instructieset", schreef Tweakers toen. Het platform was niet alleen het eerste dat met 64bit-software kon omgaan, maar was ook vernieuwend in de manier waarop het een geïntegreerde geheugencontroller had waarmee de latency flink kon gaan dalen. Vergeleken met Intels Xeon-chips zouden de Opterons een stuk sneller zijn. Er kwamen drie modellen beschikbaar, met kloksnelheden van 1,4GHz, 1,6GHz en 1,8GHz.
2003 klinkt nu als lang geleden, maar rond de eeuwwisseling duurde het een eeuwigheid voordat Opteron er was. De architectuur werd al in 1999 voorgesteld en zou aanvankelijk in 2001 al uitkomen, maar de dotcombubbel gooide roet in het eten.
Andere onverwachte tegenvallers in 2003 komen nu, twintig jaar later, als een déjà vu over. Zo ging techbeurs Computex in Taiwan dat jaar niet door vanwege een wereldwijde pandemie. Sars, ook een vorm van een coronavirus, hield in dat jaar de wereld al in zijn greep, al waren de daadwerkelijke ziekte- en sterfgevallen minder ingrijpend dan covid-19 dat nu is.
Tien jaar geleden: Googles vele chatapps, toen rooten nog nuttig was en Facebooks launcher
2013 leek een jaar te worden waarin werd bepaald hoe we met elkaar communiceerden. De tijd van losse berichten uit een prepaidbundel die een kwartje kostten, leken voorbij; in april van dat jaar werden er meer berichten via chatapps verzonden dan dat er sms'jes werden verstuurd. De grote vraag was op dat moment vooral: welke van de vele chatalternatieven zou de boventoon gaan voeren? Nu lijkt het misschien niet meer dan logisch dat dat WhatsApp is, maar dat had er heel anders uit kunnen zien. We weten in ieder geval dat MSN Messenger het niet werd. Microsoft begon het ooit razend populaire chatprogramma uit te faseren in 2013, al was het op dat moment al jaren niet meer zo populair.
Google probeerde tien jaar geleden al grip te krijgen op de chatmarkt. Er doken in april 2013 screenshots op van Babel, een chatdienst die toen al verschillende communicatiediensten bij elkaar wilde brengen. Google had toen Google Talk, Voice, Messenger en Hangouts en probeerde dat te consolideren in een enkele app. Dat is overigens tot op de dag van vandaag niet gelukt; in het afgelopen decennium kwamen daar ook Allo, Duo, Meet en Google Plus bij en verschillende diensten werden meerdere keren samengevoegd en uit elkaar gehaald. Misschien had Google er beter aan gedaan één goede chatapp te kopen, dan was het van al het gedoe af geweest. Zo ver was het in april 2013 bijna. Er gingen in die periode al veel geruchten rond dat Google WhatsApp wilde overnemen. WhatsApp ontkende dat gerucht later. We weten hoe het is afgelopen met de diensten. Googles chatdiensten zijn nog steeds een warrig allegaartje en WhatsApp wordt wereldwijd door miljarden mensen gebruikt. Babel is er nooit gekomen.
:fill(white)/i/1365486361.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1365486362.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1365486363.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1365486364.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1365486365.jpeg?f=thumb)
2013 was een mooi jaar voor smartphones. Ze waren toen goed genoeg om ingeburgerd te raken en veel nut te hebben, maar je kon er nog nét wat meer uit halen door ze te rooten. In die tijd ontbraken bijvoorbeeld nog veel functies die nu niet meer dan normaal zijn, zoals het opzetten van een mobiele hotspot. Rooten was niet makkelijk en bij ieder toestel moest er weer iemand nieuwe capriolen uithalen om roottoegang te krijgen. Destijds lukte het een Nederlandse ontwikkelaar om roottoegang op Samsungs Galaxy S4 te krijgen. Ondertussen leverde rooten ook vaak nog gedoe op. De Belgische provider Telenet blokkeerde televisielivestreams op geroote Android-toestellen.
Als je je smartphone een beetje wilde personaliseren, dan was je grotendeels aangewezen op customlaunchers. Facebook probeerde in de eerste jaren van het vorige decennium op verschillende manieren om in de smartphonewereld te stappen en deed dat aanvankelijk vooral met een eigen launcher. In april 2013 begonnen de eerste geruchten al en kort daarna verscheen een testversie. Later kondigde het bedrijf zijn Android-skin officieel aan. Facebook Home stond voorgeïnstalleerd op een Amerikaans HTC-toestel. Verder kwam de skin beschikbaar voor verschillende HTC- en Samsung-toestellen. De launcher was bedoeld om direct te kunnen interacteren met Facebook. Dat kon door een post direct te liken of erop te antwoorden vanuit het hoofdscherm. Ook stonden er chatschermen via picture-in-picture op het thuisscherm en was het mogelijk specificieke notificaties van gebruikers te krijgen; dat was toen nog een unicum.
Overigens kreeg het bedrijf later nog flinke kritiek van Microsoft. Dat vond namelijk dat Facebook iets had gemaakt dat erg veel leek op Windows Phone-software. En Facebook zou Facebook niet zijn als het niet ook veel kritiek kreeg op de privacyaspecten van de launcher. Daar moest het bedrijf zich uiteindelijk tegen verdedigen met een faq, al deed dat weinig om de privacyzorgen weg te nemen. Facebook Home had ongeveer hetzelfde lot als Windows Phone; het lukte niet om er een succes van te maken. Dat lag niet zozeer aan Facebook; alternatieve launchers namen sowieso snel af in populariteit.
Een week geleden ging de lancering van SpaceX' langverwachte Starship nog grotendeels mis, maar een mislukking kun je SpaceX inmiddels niet meer noemen. In iets meer dan tien jaar wist het ruimtevaartbedrijf de complete lanceermarkt op zijn kop te zetten. Dat komt voornamelijk door de herbruikbaarheid van raketten, een unicum waarvoor het bedrijf precies een decennium geleden zijn eerste voorzichtige stappen zette; in april van 2013 behaalde SpaceX namelijk een hoogterecord met zijn Grasshopper-raket. Die naam ken je misschien niet, maar zo heette het prototype van de verticaal landende raket waarmee SpaceX de basis legde voor hoe de Falcon 9 nu landt. Dat is altijd het werkpaard van SpaceX geweest, maar aanvankelijk viel die raket gewoon in het water zoals raketten dat altijd deden. Met Grasshopper experimenteerde SpaceX met verticale landingen en in 2013 haalde de raket een hoogte van 250 meter. Toen nog spectaculair, inmiddels praktisch routine, maar nog steeds fascinerend om te bekijken.
Tien jaar is in de techwereld een eeuwigheid, maar ook een bedrijf als Google kijkt graag vooruit. Het bedrijf probeert al jaren om het wachtwoord uit te faseren; iets dat we in 2019 ook al schreven. Zou Google verwacht hebben dat het daar minstens een decennium tijd voor nodig zou hebben toen het zich in 2013 bij de FIDO Alliance aansloot? Dat samenwerkingsverband, de Fast IDentity Online Alliance, is een van de belangrijkste partijen die probeert om een alternatief te vinden voor het traditionele inloggen met een gebruikersnaam en wachtwoord. Google is daar nu een van de belangrijkste partijen in, maar het heeft nog een lange weg te gaan voor het een wachtwoordloze inlogmethode kan bouwen.
Vijf jaar geleden: Fortnite naar iOS, de eerste AVG-boete en paniek bij Huawei
Begin 2018 kwam voor het eerst een klein, onbeduidend mobiel spelletje uit dat uitgroeide tot een van de invloedrijkste entertainmentproducten in jaren: Fortnite. Dat verliet in april de bètafase op iOS, al liet een Android-versie nog langer op zich wachten. De battleroyalegame bood wat speelstijl en graphics betreft weinig nieuws onder de zon, maar de game veranderde de markt door gratis speelbaar te zijn. Uitgever Epic Games verdiende geld aan skins en later dansjes voor het spel, dat toen al op de pc en console erg populair was. Dat Fortnite voortaan ook op iOS speelbaar was, leidde jaren later tot een grote botsing tussen uitgever Epic en iOS-uitbater Apple. Epic Games neemt nu het voortouw in een strijd tegen Apple vanwege de geslotenheid van de App Store, al verloor het bedrijf daar eerder deze week ook een hoger beroep over. In 2018 was die strijd nog niet losgebarsten; toen was de enige wedstrijd nog wie er als laatste overbleef op het Fortnite-eiland.
Zelfs als je Fortnite niet speelt, merk je de invloed van het spel waarschijnlijk wel. Steeds meer game-uitgevers gaan bijvoorbeeld niet meer voor een spel dat je eenmalig aanschaft, maar bieden hun games steeds meer as-a-service aan. Het feit dat GTA V nog steeds geremasterd wordt en Rockstar nog steeds geen deel VI heeft uitgebracht, is omdat de onlinecomponent nog steeds bakken met geld oplevert. Fortnite is niet de grondlegger van dat gaming-as-a-servicemodel, maar het succes ervan is er wel degelijk van grote invloed op geweest. Het bewijs volgde later die maand: in drie weken haalde Fortnite 15 miljoen dollar op aan microtransacties.
In april 2018 zat de Europese privacywet er net aan te komen, al bestond die technisch gezien al sinds 2016. Dat was voor iedereen nog wennen, maar zelfs als je de details van de wet niet kende, kon je weten dat snuffelen in ziekenhuisdossiers over de grens was. In deze maand werd de eerste grote AVG-overtreding begaan, of beter gezegd, de eerste waar een boete voor werd uitgedeeld. EenVandaag meldde toen dat tientallen medewerkers van het HagaZiekenhuis in Den Haag het dossier van een BN'er hadden ingezien. Ruim anderhalf jaar later, in 2019, kreeg het ziekenhuis de dubieuze eer de eerste Nederlandse AVG-boete te krijgen. De Autoriteit Persoonsgegevens gaf het ziekenhuis 460.000 euro boete, omdat bleek dat de beveiliging slecht op orde was. Daar kwam de toezichthouder achter nadat er ophef was ontstaan over het feit dat de medewerkers in het medisch dossier hadden gekeken.
Vijf jaar geleden kwam in april ook steeds meer nieuws naar buiten over een ander privacyschandaal: Cambridge Analytica. Facebook zei in die maand dat zo'n 2,7 miljoen EU-burgers slachtoffer waren van dat schandaal. 90.000 daarvan waren Nederlanders, schreef het bedrijf later. Facebook-ceo Mark Zuckerberg verscheen die maand ook voor het Amerikaanse Congres om verantwoording af te leggen en erkende dat het te weinig had gedaan om misbruik te voorkomen.
In 2018 begonnen donkere wolken zich samen te pakken boven het hoofd van Huawei. Dat Chinese telecombedrijf merkte dat het onder het vergrootglas lag van de Amerikaanse oud-president Trump, die al stevige sancties oplegde aan concurrent ZTE. Huawei zag de bui al hangen en begon in april volgens bronnen aan de ontwikkeling van een Android-vervanger, just in case. Die case was niet helemaal een spookbeeld; door alle handelsbeperkingen kunnen Huawei-telefoons nog steeds Android draaien, maar dan zonder Google-diensten. Ook daar probeerde Huawei zich vijf jaar geleden op voor te bereiden. Het bedrijf begon toen een eigen downloadwinkel voor apps. Achteraf was dat een strategisch slimme keus, want de aandacht voor China door Amerika en Europa is er niet minder op geworden.