Vier dagen geleden heeft SCO aan een aantal klanten speciale licenties aangeboden om hen zo te vrijwaren van juridische vervolging. Als reactie hierop is IBM een tegenactie begonnen. Het bedrijf voert hierbij aan dat SCO tot voor kort zelf ook een Linux-distributie aanbood waarin de gewraakte code verwerkt was. Deze distributie werd onder de GPL-licentie aangeboden, wat wil zeggen dat SCO er zelf voor gezorgd zou hebben dat de code open source is geworden. Eén van de implicaties van de GPL-licentie is namelijk dat de code moet zijn in te zien en aan te passen door de gebruiker. Volgens Bob Samson, vice-president van IBM's systems sales, is het nog onduidelijk hoe SCO wel een claim op kan leggen aan IBM, terwijl het bedrijf bekend moet zijn geweest met de gevolgen van de GPL-licentie.
SCO is echter niet met IBM eens en gaat in de verdediging. In een eerdere reactie aan SuSE en de Free Software Foundation, de schrijvers van de GPL, heeft het bedrijf al aangegeven dat de GPL-licentie niet voor SCO's Linux-producten zou gelden omdat het bedrijf dat niet expliciet heeft aangegeven. Dit zou SCO namelijk niet hebben willen doen omdat dan de eigen code publiek bezit zou worden. Deze opmerking zou echter wel gemaakt moeten zijn volgens sectie 0 (nul) uit de GPL. In sectie 6 (zes) staat echter dat iedere gebruiker automatisch een licentie verkrijgt als de code wordt aangepast en opnieuw gedistribueerd; het expliciet overdragen van de licentie is hierbij dus niet nodig. Juridische experts zijn er nog niet over uit welke sectie de juiste is en zij verwachten dat het op een gerechtelijke uitspraak zal uit lopen.
Meer informatie over SCO's standpunt en de eventuele implicaties voor de GPL, is te vinden in dit artikel bij C|Net.