Inleiding
Met de introductie van de eerste Ryzen-processors heeft AMD de processorwereld behoorlijk wakker geschud. Dankzij een compleet herontworpen cpu-core maakte de Zen-architectuur een enorme sprong voorwaarts vergeleken met Bulldozer/Piledriver uit de FX-serie. Dat was ook niet zo heel moeilijk, want er schortte nogal wat aan de prestaties van die processors.
Hoewel het prestatiegat met Intel nog steeds duidelijk was, werd dat met Zen aanzienlijk kleiner. En Zen was nog maar het begin, zo beloofde AMD. Met de eerste update hield het bedrijf ook woord: Zen+ was iets rapper en zuiniger, en Intel voelde inmiddels de hete adem van AMD in zijn nek, waar het prestaties, energiegebruik en ook verkoopcijfers betrof.
Met Zen2 heeft AMD de volgende stap gezet, en dat is een flinke. Het bedrijf laat de processorcores door TSMC maken en GloFo mag de i/o-die maken. Die opzet, met rappe 7nm-cores gecombineerd met goedkopere 14nm-i/o, moet zuinige, goedkope en snelle processors opleveren. De consument kan dat aan den lijve ondervinden in de vorm van Matisse. Dat is de codenaam voor de Zen2-cores in het AM4-platform, het platform waarin ook Zen en daarvoor de Excavator-processors pasten.
Samen met Ryzen 3000, of Zen2, of Matisse zo je wil, heeft AMD een nieuw platform met eigen chipset ontwikkeld. Dat X570-platform biedt voor het eerst de twee keer zo snelle pci-express gen4-standaard voor ssd's en videokaarten, en heeft rappe usb 3.2-ondersteuning ingebouwd. De chipsets worden niet meer door ASMedia, maar door AMD zelf geproduceerd en worden actief gekoeld om al die snelle interfaces mogelijk te maken.
We hebben twee processors van AMD, de Ryzen 3700X met acht cores, en de Ryzen 9 3900X met twaalf cores, in zo'n X570-moederbord geprikt en gekeken hoe ze presteren. Daarbij hebben we gekeken naar ipc, productivity, de nodige synthetische tests en natuurlijk naar games. Heeft AMD het gat met Intel gedicht of blijft het de underdog?
Zen 2: architectuur
Net als de eerdere Zen-generaties is ook de Zen 2-architectuur multi-inzetbaar. Wij concentreren ons hier op de Ryzen 3-processors. Dezelfde cores worden echter ook in AMD's serverprocessors met codenaam Rome gebruikt en op termijn zullen ze ook in de opvolgers van de Picasso-apu's, die de codenaam Renoir krijgen, worden gebruikt. In deze review ligt de focus dus op de Matisse-cores, de codenaam voor Zen 2-cores die in het mainstream- en hedt-platform wordt gebruikt. Dat laatste zou overigens betekenen dat AMD toch een Threadripper-variant met Zen 2 zal uitbrengen, maar daarover is nog weinig bekend.
AMD belooft een ipc-verbetering van vijftien procent voor de Zen 2-cores ten opzichte van Zen+. Dat zou dus onafhankelijk van kloksnelheid of aantal cores gelden, maar hoe heeft AMD dat gerealiseerd? Grofweg zijn daar verbeteringen in de frontend, de cachearchitectuur en de execution units voor verantwoordelijk. We lopen die verbeteringen even langs.
Aan de frontend is de branch predictor verbeterd, zodat de pipeline van de processor beter gevuld kan blijven. AMD maakt gebruik van een vernieuwde tage. Die moet preciezer en fijnmaziger voorspellingen genereren over uit te voeren instructies. De branch predictor wordt gecombineerd met verbeteringen in de instruction cache en instruction pre-fetch. De i-cache is kleiner, maar is 8-way associative in plaats van 4-way. Daarbij hoort ook een aanpassing aan het op-cache; die is twee keer zo groot als in de vorige Zen-generatie. Het gevolg van deze en andere aanpassingen in de frontend is een constante stroom instructies die de rest van de processor optimaal moet bezighouden.
Aan de executiekant is ten eerste de integer unit aangepakt. De scheduler is iets groter, van 84 naar 92 instructies, en voor smt-workloads worden taken door die scheduler beter verdeeld. Ook de registers en queues zijn iets groter. De issues per cycle, dus hoeveel instructies aan de execution units worden afgegeven, is van zes naar zeven vergroot en om alles op de goede plek te laten komen, is een extra address generation unit, of agu, toegevoegd: Zen 2 heeft er nu drie in plaats van twee.
Aan de floating-point units is ook hard gesleuteld en dat begint met de bandbreedte voor de load/store; die is verdubbeld van 128 naar 256bit. Dat betekent onder meer dat avx-instructies van 256bit niet langer in twee delen gesplitst hoeven te worden; net als bij Skylake wordt avx-256 nu volledig ondersteund. De latency voor de mul, de multiply unit, is gereduceerd van vier naar drie kloktikken.
De cachestructuur ten slotte moet er onder meer voor zorgen dat de achilleshiel van Zen, de latency naar het geheugen, wordt aangepakt. Ten eerste is daartoe de L3-cache verdubbeld; elk corecomplex beschikt nu over maximaal 16MB L3-cache. Daarmee is de noodzaak om data uit het werkgeheugen te halen of op te slaan een stuk minder geworden.
Dat zou onder meer gameprestaties dermate moeten laten profiteren dat AMD de verdubbeling van de L3-cache nu Gamecache noemt. Dat betekent dus 32MB L3-cache voor de Ryzen-processors met maximaal acht cores en 64MB L3-cache voor de modellen met meer dan acht cores. De L2-cache is nog steeds 512kB per core.
Wanneer toch werkgeheugen wordt aangesproken, kan dat voortaan sneller, doordat de geheugencontroller is verbeterd. De derde generatie Ryzen kan geheugen tot 3200MT/s aanspreken, waar dat voor de vorige generatie 2933MT/s was. Daarvoor zijn wel goed ontworpen moederborden nodig, vooral waar het de traces naar de geheugenslots betreft. Uiteraard kan het geheugen ook worden overgeklokt. Volgens AMD is de sweet spot 3733MT/s. Daarboven zijn de kloksnelheden van het geheugen en Infinity Fabric niet langer 1-op-1 gekoppeld. Voor optimale prijs-prestatie zou geheugen op 3600MT/s moeten worden ingesteld.

7nm en chiplets
De architecturele wijzigingen in de Zen 2-cores maken betere ipc mogelijk, maar dat is slechts een deel van de veranderingen die AMD met de nieuwe generatie chips heeft doorgevoerd. Ook de fysieke organisatie van de chips is volledig op de schop gegaan, waardoor tegen relatief lage kosten processors op een 7nm-procedé gemaakt kunnen worden. Eigenlijk moeten we zeggen dat alleen de processorcores op 7nm worden gemaakt, want AMD is nu ook voor het mainstream Ryzen-platform van monolithische processors afgestapt.

Bij de vorige Zen- en Zen+-generatie gold dat enkel voor de Epyc-serverprocessors en de daarvan afgeleide Threadrippers, maar de verdeling gaat nu verder dan dat. Als we even naar de zogeheten modules van Threadripper kijken, hebben die ieder twee corecomplexes met vier cores per complex aan boord. De modules hebben bovendien elk een pci-express- en geheugencontroller aan boord. Bovendien is een dergelijke module vergelijkbaar met een soc; er zijn ook usb-, sata- en audiocontrollers ingebouwd, hoewel die bij multimodulepackages als Threadripper bij een van de modules natuurlijk zijn uitgeschakeld. Voor communicatie tussen de modules heeft AMD zijn Infinity Fabric ontwikkeld.

Bij de tweede generatie Zen heeft AMD dat concept verder ontwikkeld. Een processor bestaat uit verschillende chiplets, of kleine chipjes, die gespecialiseerd zijn in ofwel rekenkracht ofwel input-outputtaken. Dat betekent dat de cpu-cores in een kleine chiplet met maximaal acht cores zitten, nog altijd onderverdeeld in modules. Een module bevat maximaal acht cores, onderverdeeld in twee corecomplexes. Die cpu-cores zijn nu echter volledig gescheiden van de i/o-hardware. Dat levert een corecomplex, kortweg ccd, op dat als enige extra een Infinity Fabric-link heeft om met andere chiplets te communiceren.
Alle i/o, dus niet alleen de geheugencontroller en de pci-express-controller, maar ook de van oudsher south bridge-componenten als usb-poorten, sata-controllers en netwerk- en audiocontrollers, zitten op de i/o-die. Die iod is een chiplet die op 12 of 14nm wordt gemaakt. Zo kan AMD het 7nm-procedé inzetten waar het telt, namelijk in de cpu-cores, en het minder kritische silicium, de i/o, op het goedkopere 12nm-procedé maken.

TSMC maakt de corechiplets en GlobalFoundries de i/o-die. Om beide chiplets met elkaar te laten communiceren, wordt Infinity Fabric gebruikt, en dat moet allemaal worden gerouteerd door het interposersubstraat waarop de chiplets worden gecombineerd. Dat betekent een vrij prijzig ontwerp met twaalf lagen in het substraat, maar daarmee is wel de compatibiliteit met de AM4-socket behouden. In de modellen tot acht cores zijn een enkele iod- en ccd-chiplet aanwezig, maar processors met meer cores hebben twee ccd's, gecombineerd met één iod, aan boord.
Het X570-platform
We hebben de architectuur van Zen 2 bekeken en gezien hoe de processors worden opgebouwd. Over de features hebben we het nog weinig gehad, behalve dat de geheugenbandbreedte flink is toegenomen, van 2933 tot 3200MT/s. De geheugencontroller is echter niet het enige i/o-systeem dat is aangepakt. De pci-express-controller ondersteunt voortaan de nieuwe pci-e gen4.0-standaard. Dat betekent een verdubbeling van de bandbreedte voor op de processor aangesloten pci-e-devices, zoals videokaarten en nvme-drives. Per lane bedraagt de bandbreedte van gen4 16GT/s, tegenover 8GT/s van gen3.

Om pci-express-lanes met die snelheid te benutten, is een moederbord met de nieuwe X570-chipset nodig. Nu komen die pci-e gen4-lanes natuurlijk gewoon van de processor en niet van die X570-chipset, maar AMD's redenering is dat X570-borden ontworpen zijn voor gen4-lanes. Net als bij sneller geheugen vergt de extra pci-e-bandbreedte goede isolatie van de kopersporen en hoewel X470-borden in theorie gen4 aankunnen, zijn ze er niet voor ontworpen. Een foutloze werking zou dan ook niet kunnen worden gegarandeerd, reden voor AMD om gen4 alleen op X570-borden mogelijk te maken.
Omdat de link tussen de X570-chipset en de Ryzen 3-processors via vier pci-express gen4-lanes verloopt, kan de X570-chipset ook pci-express gen4-lanes leveren. Die bandbreedte kan over in totaal zestien gen4-lanes worden verdeeld, waarbij de verdeelsleutel voorziet in acht gen4-lanes en twee blokken van ofwel pci-express-lanes of vier sata-poorten. Daarnaast zijn er acht snelle usb 3.2 gen 2-poorten beschikbaar via de chipset, die goed zijn voor 10Gbit/s-snelheden. Verder zijn er vier usb 2.0-poorten en nog eens vier sata-poorten. De processor levert via de iod nog vier usb 3.2 gen 2-poorten, en natuurlijk zestien pci-express gen4-lanes voor videokaarten én vier pci-e gen4-lanes voor opslag.
Koeling
Tegen de teneur in is de chipset voor X570-moederborden minder zuinig dan voorgaande generaties. De hoofdreden daarvoor is de overstap naar pci-express gen4, maar ook de standaardondersteuning voor usb 3.2 aan boord maakt de X570 warmer. De X570-chipset is namelijk gewoon een tweede i/o-die die ook in de Ryzen 3-processors zit, maar voor extra aansluitingen en backward compatibility ook als losse chipset op de moederborden wordt geplaatst.

De tdp van de nieuwe chipset, die dus niet meer zoals de voorgaande twee generaties door Asmedia, maar door AMD zelf wordt gemaakt, zou een tdp van 15W krijgen. Ter vergelijking: de Asmedia-chipsets hebben een tdp van ongeveer 5 tot 6W. Dat is ook de reden dat alle moederborden met X570-chipset die chipset actief koelen. Volgens de fabrikanten die we hebben gesproken, worden daarvoor kwaliteitsventilators gebruikt. Dat is te hopen, want lang geleden, toen chipsets actief werden gekoeld, begaven de kleine ventilators het na verloop van tijd of maakten ze flink herrie als de lagers wat ingesleten raakten.
Over koeling gesproken, AMD levert met zijn Ryzen-processors redelijk capabele koelers mee. Bij de Ryzen 7- en 9-modellen, de 3950X, 3900X, 3800X en 3700X dus, wordt de Wraith Prism geleverd, inclusief rgb-verlichting. De Ryzen 5 3600X heeft een Wraith Spire in de doos en met de 65W Ryzen 5 3600 wordt een Wraith Stealth geleverd.
Windows-verbeteringen
Om prestaties, los van de gamecache, hogere geheugensnelheid, hogere ipc en hogere kloksnelheid te verbeteren, heeft AMD nog twee softwarematige verbeteringen doorgevoerd. Voor alle Ryzen-processors heeft Windows 10 een update gekregen die Topology Awareness wordt genoemd. Daarmee is Windows op de hoogte van de processor die in het systeem zit en kan het workloads aanpassen aan de fysieke verdeling van cores in die processor. Daarmee moet een knelpunt worden opgelost, namelijk dat de Windows Scheduler soms een programma op twee of meer cores in verschillende corecomplexes, of zelfs verschillende dies, laat draaien. Dat zou namelijk minder latency door data-uitwisselingen via Infinity Fabric moeten opleveren.

Een tweede verbetering, die alleen voor de derde generatie Ryzen geldt, is CPP2. Dat is een methode om sneller kloksnelheden te veranderen, zodat de processorfrequentie met minder vertraging aan de werklast kan worden aangepast. Voor oudere generaties duurt dat nog ongeveer 30ms, maar met CPP2 nog maar 1 of 2ms. Deze feature is alleen mogelijk voor Ryzen 3-processors, door middel van een firmware-update voor het uefi-bios en met Windows 10 1903.
We hebben overigens getest of de 1903-update van Windows voor oudere Ryzens, in ons geval de 2700X, betere prestaties oplevert. In veel gevallen vonden we geen verbetering, maar zelfs een iets lagere score.
Compatibiliteit
In principe is Ryzen 3 in elk moederbord met AM4-socket te gebruiken en kun je natuurlijk oudere Ryzen-processors in een nieuw X570-moederbord prikken. Voor de geavanceerdere features van Ryzen 3 is echter wel het nieuwste moederbord nodig, aangezien pci-express gen4 en hogere kloksnelheden voor het geheugen strenge eisen stellen aan de routering van het koper. Op een ouder moederbord zal het geheugen misschien iets minder hoog kunnen, maar zal in ieder geval worden teruggevallen op pci-express gen3.
Hoewel Ryzen 3 in principe op elk moederbord kán werken, zal dat in de praktijk van moederbordfabrikanten afhangen. Die moeten hun moederbord, en vooral het bios, geschikt maken voor de nieuwe processors. Daarbij zal niet elk bord een update krijgen, vooral instapborden van twee generaties geleden, de A320-borden, krijgen die niet. Dat heeft een andere reden dan je zou denken. De uefi-chips op die borden hebben te weinig opslagcapaciteit voor het opslaan van de grotere uefi's die voor compatibiliteit met Ryzen 3 zorgen. Latere borden hebben wel voldoende grote geheugenchips voor het nieuwere uefi.
Testmethode
We hebben de Ryzen 7 3700X en Ryzen 9 3900X aan onze testprocedure onderworpen. We vergelijken de nieuwe Ryzen 3000-processors met de vorige generatie Ryzen en met de directe concurrenten van Intel. Het Intel-platform is onveranderd, maar voor Ryzen hebben we twee platforms in gebruik: het X470-platform voor de oudere Ryzen-generaties en het nieuwe X570-platform voor de nieuwste Zen2-chips.
We hebben onze reeks benchmarks gemoderniseerd om het dagelijks gebruik beter te benaderen. We hebben wel een aantal synthetische tests behouden, waaronder bijna vanzelfsprekend Cinebench, maar de overige benchmarks zijn grotendeels geüpdatet. De software- en Windows-versie hebben we 'bevroren' om onderlinge resultaten te kunnen vergelijken.
Platform |
AM4 - Ryzen 3 |
AM4 - Ryzen 2 |
Lga1151 |
Intel X299 |
AMD X399 |
Processors |
3700X, 3900X |
2700X, 2600X |
9900K, 9700K |
7920X |
2920X |
Moederbord |
Gigabyte X570 Aorus Master |
Asus Crosshair VII Hero (wifi) |
Gigabyte Z390 Aorus Master |
Asus Rampage VI Apex |
Asus Zenith Extreme Alpha |
Geheugen |
2x8GB ddr4-3200 CL14 |
2x8GB ddr4-2933 CL14 |
2x8GB ddr4-2667 CL13 |
4x8GB DDR4-2666 CL13 |
4x8GB DDR4-2933 CL14 |
Videokaart |
Nvidia GeForce GTX 1080 Ti |
Koeling |
NZXT Kraken X62 |
Ssd |
Samsung 970 Evo 1TB |
Besturingssysteem |
Windows 10 x64 v1903 |
Windows 10 x64 v1803 |
Voeding |
Seasonic Prime Titanium 650W |
De synthetische benchmarks bestaan uit het eerder genoemde Cinebench, waarbij we zowel R15 als R20 draaien. Daarnaast draaien we Geekbench, dat wordt opgedeeld in een multithreaded- en een singlethreaded-prestatie-index, waarbij we de singlethreaded-prestaties ook uitsplitsen in de deelbenchmarks. Dat zijn een integerbenchmark, met onder meer compressie- en html-parsedeeltests, een floatingpointbenchmark, met onder meer gaussian blur en raytracing, en een cryptografiebenchmark, waarmee de aes-engine van de processor wordt getest. De derde synthetische benchmark is Aida64, waarbij we de hash-, Julia-, Mandel- en Zlib-resultaten weergeven.
Synthetisch |
Praktijk |
Games |
Cinebench (R15 / R20)
- Singlethreaded
- Multithreaded
|
Office 2016
- Word: pdf-export
- Excel: Monte Carlo
|
DX12: The Division
|
Geekbench (4.2.3)
- Integer
- Floating point
- Crypto
|
Adobe (CC)
- Photoshop foto-edit
- Photoshop panorama
- Lightroom export
- Premiere 4k-export
|
DX12 Rise of the Tomb Raider
|
Aida64 (6.00)
|
Chrome 75
|
DX11 Assassin’s Creed: Origins
|
Opgenomen vermogen
- Idle (desktop, 5min)
- Load Cinebench
- Load Premiere
|
Staxrip (2.8.24)
|
DX11 Far Cry 5
|
Blender (2.79b)
|
Flac
|
DX11: GTA 5
|
|
Compressie
- 7-zip (18.05) 4GB compressie
- Winrar (5.60) 4GB compressie
|
DX11 The Witcher 3: Blood and Wine
|
De praktijkbenchmarks bestaan uit zwaarder gebruik als foto- en videobewerking, en licht gebruik als office en browsing. Voor het lichte gebruik draaien we een pdf-export in Word, een Monte Carlo-test in Excel en de Jetstream-benchmark in Chrome. Voor videorendering testen we Staxrip met zowel de h264- als de h265-codec en Premiere Pro met een 4k-video-export. Van Adobe draaien we ook twee Photoshop-tests: een aantal uitgebreide bewerkingen van een enkele foto en het samenvoegen van vier foto's tot een panorama. Ook draaien we Lightroom met een export van dertig rawfoto's naar jpeg. Ten slotte hebben we een groep die het midden houdt tussen een synthetische en een realworldbenchmark: een 3d-rendertest met Blender en compressietests met 7-zip en Winrar.
Uiteraard hebben we ook weer games getest, waarbij we de resolutie op 1080p hebben gehouden om videokaartbottlenecks te voorkomen en vooral de cpu-prestaties in kaart te brengen. Games testen we waar mogelijk met hun ingebouwde benchmarktool, op een Medium- en een Ultra-preset. We hebben de games opgedeeld in dx11- en dx12-games. In de laatste categorie hebben we Rise of the Tomb Raider en The Division. De overige games, Far Cry 5, Assassin’s Creed: Origins, The Witcher 3: Blood and Wine en GTA V, draaien we in DX11.
Ten slotte meten we het opgenomen vermogen van de processors. Dat doen we idle, over een gemiddelde van vijf minuten, en tijdens twee belastingen, van Premiere en Cinebench. Bij die drie tests meten we het vermogen direct van de processor. We berekenen daarbij ook het totale opgenomen vermogen dat nodig is voor een test, zodat we een performance-per-watt-indicatie in wattuur voor een benchmark krijgen.
Synthetische benchmarks
We combineren de synthetische benchmark Cinebench, waarschijnlijk de bekendste en meestgebruikte test voor processors, met de Blender-test. Beide renderen een afbeelding, waarbij Cinebench dat eerst op een en dan op alle cores doet. Blender gebruikt alle cores. We draaien ook nog de oude Cinebench R15-test.
- Cinebench 20 - Single
- Cinebench 20 - Multi
- Blender 2.78c
- Cinebench 1T
- Cinebench R15 nT
In Cinebench R20 scoren de 9900K en 3700X vrijwel gelijk, en laatstgenoemde scoort iets beter dan de 9700K van Intel. De 3900X daarentegen verslaat Intels snelste processor. Het verschil is niet gigantisch, maar een AMD-processor die Intel singlethreaded verslaat, is wel een opmerkelijke gebeurtenis. In de oudere Cinebench is de 3900X ook iets sneller dan de 9900K, maar scoort de 3700X daar iets onder. In multithreadedtests van zowel R15 als R20 is het AMD dat de ranglijsten aanvoert, waarbij de 3900X niet alleen de 9900K met vier cores minder logischerwijs achter zich laat, maar ook de 2920X Threadripper met gemak verslaat. Hetzelfde zien we in Blender; de 3700X is bijna even snel als de 9900K, maar veel sneller dan de 9700K, waartegen hij is gepositioneerd.
- AIDA64 6.00 - Zlib
- - AES
- - SHA3
- - Julia
- - Mandel
De 3900X voert in alle deeltests de ranglijst aan en de 3700X presteert steeds vrijwel gelijk aan de 9900K van Intel. Ook vergeleken met de vorige Ryzen-generatie is de winst opmerkelijk.
- Geekbench - multicore
- - singlecore
- - integer
- - fp
- - crypto
Geekbench is behoorlijk Intel-biased, maar in de multicoretest gaan de 3900X en 3700X aan kop. Dat geldt ook voor de cryptotest, maar de overige singlethreaded-benchmarks zijn in het voordeel van de Intel-processors.
Latencies
Vooral bij de vorige generaties, en dan met name in de Threadrippers met al hun cores, waren intercore-latencies, maar ook L3 cache- en geheugentoegang zwakkere punten in de architectuur. We hebben gekeken hoe het ervoor staat met de nieuwe generatie en meten met Sisoft Sandra en Aida64 de geheugenbandbreedte, cache- en geheugenlatencies, en de latency en bandbreedte voor communicatie tussen cores. We hebben de geheugen - en kloksnelheden voor de drie processors hiervoor gelijkgetrokken.
- Memory Latency
- L1d-cache latency
- L2-cache latency
- L3-cache latency
Processor |
Memory latency in kloktikken |
Ryzen 7 3700X |
**********
80,7 |
Ryzen 7 2700X |
*********
73,5 |
Core i9-9900K |
******
49,2 |
Processor |
L1d-cache latency in kloktikken |
Ryzen 7 3700X |
**********
4 |
Ryzen 7 2700X |
**********
4 |
Core i9-9900K |
**********
4 |
Processor |
L2-cache latency in kloktikken |
Ryzen 7 3700X |
**********
12 |
Ryzen 7 2700X |
**********
12 |
Core i9-9900K |
**********
12 |
Processor |
L3-cache latency in kloktikken |
Ryzen 7 3700X |
********
44 |
Ryzen 7 2700X |
*******
38 |
Core i9-9900K |
**********
54 |
De geheugentoegang voor Ryzen-processors was altijd vrij lang vergeleken met Intels Core-architectuur, en daar is met Ryzen 3 of Zen 2 geen verbetering in gekomen. In tegendeel: omdat de geheugencontrollers nu off-die van de cpu-cores zitten, is de latency toegenomen. Dat wordt grotendeels goedgemaakt door de lagere L3-cache latency én de veel grotere L3-cache-afmetingen. De latencies naar het L1- en L2-cache zijn bij alle processors gelijk.
- Inter-core latency
- Inter-core bandbreedte
Processor |
Inter-core latency is nanoseconde |
Ryzen 9 3900X |
********
62,7 |
Ryzen 7 2700X |
**********
78,3 |
Core i9-9900K |
*****
39,8 |
Processor |
Inter-core bandbreedte in GB/s |
Ryzen 9 3900X |
**********
153,24 |
Ryzen 7 2700X |
***
49,19 |
Core i9-9900K |
****
66,28 |
De latency tussen AMD's cores was nog zo'n probleemkindje. Door AMD's fysieke topologie van cores in corecomplexes die soms zelfs via Infinity Fabric off-die met andere cores moesten communiceren, was latency altijd een zwak punt. Met Zen 2 is dat een stuk verbeterd, maar nog altijd een stuk minder dan bij Intels monolithische dies, waarin de cores altijd relatief dicht bij elkaar zitten. Wat bandbreedte naar het L3-cache betreft wint AMD het wel op zijn sloffen.
Geheugenscaling
We hebben bij de Ryzen 9 3900X gekeken welke invloed de geheugensnelheid op de prestaties heeft. We hebben de multithreaded test van Cinebench R20 en het spel GTA V op 1080p Medium op de processor gedraaid. Daarbij hebben we de geheugensnelheid stapsgewijs verhoogd van 2133MT/s tot 3600MT/s. De scores zijn gemiddelden van vijf runs; de rode balken zijn de geheugeninstellingen die we ook voor de overige benchmarks gebruikt hebben.
- Cinebench R20
- GTA V 1080p Medium
Geheugensnelheid en timings |
Score Cinebench R20 nT in punten |
3900X - 3600MT/s (16/16/16/16/36) |
**********
7252 |
3900X - 3200MT/s (14/14/14/14/32) |
**********
7288 |
3900X - 2933MT/s (14/14/14/14/32) |
**********
7280 |
3900X - 2667MT/s (14/14/14/14/32) |
**********
7279 |
3900X - 2133MT/s (13/13/13/13/32) |
**********
7248 |
Geheugensnelheid en timings |
Score GTA V 1080p Medium in fps |
3900X - 3600MT/s (16/16/16/16/36) |
**********
146,5 |
3900X - 3200MT/s (14/14/14/14/32) |
**********
145,7 |
3900X - 2933MT/s (14/14/14/14/32) |
**********
143,2 |
3900X - 2667MT/s (14/14/14/14/32) |
*********
137 |
3900X - 2133MT/s (13/13/13/13/32) |
*********
125,6 |
In Cinebench zien we kleine plusjes naarmate de geheugensnelheid omhoog gaat, maar op 3600MT/s zakt de score juist iets in. Waarschijnlijk heeft dat met de iets lossere timings te maken, die nodig zijn om het systeem stabiel te houden.
In GTA V zien we flinke verschillen in framerates met sneller geheugen, hoewel de winst bij snelheden rond 3000MT/s wat afvlakt.
Praktijktests
Synthetische benchmarks zijn handig om de ruwe rekenkracht van processors in kaart te brengen, maar in het dagelijks leven zullen we toch voornamelijk andere software draaien. We hebben een selectie van productiviteit, media en contentcreation-toepassingen gemaakt.
- Lightroom CC export
- Photoshop panorama
- Photoshop fotobewerking
- Premiere 4k
Deze eerste twee Adobe-tests Lightroom en Photoshop zijn relevant voor iedereen die weleens een foto met een digitale camera of telefoon heeft geschoten en bewerkt. We exporteren dertig foto's met Lightroom en bewerken foto's in Photoshop. Met Premiere renderen we een eigen 4k-videoproductie.
De export in Lightroom is het snelst op de 3900X, maar ook de 3700X is sneller dan Intels mainstreamprocessors. Ook de edit in Photoshop is sneller op de Ryzen 3-systemen, maar met de panoramastitch scoren de 9900K en 3900X gelijk.
In Premiere scoren de Ryzen 3-processors vrijwel gelijk, maar de Threadripper met evenveel cores als de 3900X is iets sneller. Waarschijnlijk is dat aan het extra geheugen te danken.
- Word pdf-export
- Excel Monte Carlo
- Chrome 75 - Jetstream 2
De pdf-export in Word is met beide Coffee Lake Refresh-processors sneller dan de Ryzens, maar de 3900X is een fractie sneller in Excel.
In de Jetstream 2-test scoren de Ryzen 3-processors een stuk beter dan de vorige generatie en beide zijn sneller dan de 9900K van Intel, maar de 9700K gaat aan kop. De benchmark draait veel beter op Intel-processors zonder hyperthreading dan op modellen met.
- Staxrip x264
- Staxrip x265
- Flac
Met Staxrip converteren we video met achtereenvolgens de h264- en de modernere h265-codecs, en met Flac converteren we een uur ongecomprimeerde wav-audio naar flac.
In Staxrip is de 3900X het snelst, gevolgd door de twee andere twaalfcores als we converteren met de oudere codec. Met de nieuwe codec kan Intel beter overweg; de 9900K scoort iets hoger dan de 3700X.
De audioconversie met Flac is behoorlijk singlethreaded dus hoe hoger de kloksnelheid, hoe sneller de conversie. Dankzij de verbeterde ipc-prestaties en relatief hoge kloksnelheid kunnen de twee Ryzen 3-processors Intel nu veel beter bijhouden dan de vorige generatie met de 2700X kon.
Het inpakken van 4GB met Winrar is op de 7920X van Intel iets sneller dan op de 3900X van AMD, maar in 7-zip is die laatste sneller dan de rest. Met beide programma's zijn de nieuwe Ryzens veel sneller dan Intels processors.
Gamebenchmarks
In het verleden waren Intels processors veelal de favoriet voor games. De hoge kloksnelheden en ipc leverden de hoogste framerates op, mits de videokaart de processor kon bijhouden. AMD's aanbod bleef altijd wat achter, niet alleen door de lagere ipc, maar ook door de lagere kloksnelheden.
We kijken aan de hand van zes games hoe dat met Ryzen 3 zit, waarbij we met GTA V beginnen. Uiteraard testen we de games op lage resoluties, omdat anders de videokaart een veel grotere rol speelt. Op 1080p is, zeker met de gekozen games in combinatie met een 1080 Ti-videokaart, vooral de processor de beperkende factor.
- GTA V, 1080p Medium
- GTA V, 1080p Ultra
GTA V is een sterk cpu-gelimiteerde game en de Ryzen 3900X komt binnen een procent op de scores van de twee Intel-processors. De 3700X is een procent of vijf trager, maar ook daar is het verschil zeer klein. Vergeleken met de prestaties van de vorige Ryzen-generatie zien we een verbetering van een procent of twintig.
- Rot Tomb Raider 1080p - Medium
- Rot Tomb Raider 1080p - Ultra
In Tomb Raider zijn de AMD-processors iets langzamer. De Intel-concurrenten lopen ongeveer tien procent uit op de Ryzen-processors. Op de Ultra-preset zijn de onderlinge verschillen overigens zo goed als verdwenen; dan is de 1080 Ti al een knelpunt.
- The Division (DX12) - Medium
- The Division (DX12) - Ultra
Ook in The Division zien we een kleine voorsprong voor Intel, maar het verschil is krap zes procent. De winst van Ryzen 3 op Ryzen 2 is overigens maar vijf procent. Op Ultra is het weer de videokaart die de beperkende factor is.
- Far Cry 5 Medium
- Far Cry 5 Ultra
In Far Cry 5 loopt Intel weer iets voor op AMD. Met een procent of zes tot acht is Intel met zijn 9900K en 9700K weliswaar sneller dan AMD, maar het gat van dik twintig procent dat Intel met Ryzen 2 had, is goeddeels gedicht.
- AC: Origins medium
- AC: Origins ultra
On Assassin's Creed: Origins heeft Intel opnieuw een kleine voorsprong, met zes tot zeven procent persen de Coffee Lake-processors iets meer frames uit de videokaart.
- Witcher 3 1080p medium
- Witcher 3 1080p ultra
We sluiten af met een game waarin de 3900X weer even goed presteert als Intels 9900K; het verschil van 1fps is niet echt significant te noemen. Ook tussen de 9700K en 3700X is het verschil met nog geen twee procent verwaarloosbaar. Op de Ultra-instelling is het verschil tussen alle processors weer weg en is de videokaart de bottleneck.
We hebben de proef op de som genomen en twee games op hogere resoluties gedraaid. Daarvoor hebben we de 3700X, de 3900X en Intels 9900K gecombineerd met de 1080 Ti voor Far Cry 5 en voor Shadow of the Tomb Raider hebben we de 1080 Ti en 2080 Ti van stal gehaald. Beide games hebben we op wqhd en 4k gedraaid, met Medium- en Ultra-settings.
- Far Cry 5 1440p
- Far Cry 5 4k
Processor en game-settings |
Framerate Far Cry 5 met 1080 Ti |
3700X - 1440p Medium |
**********
120 |
3900X - 1440p Medium |
**********
120 |
9900K - 1440p Medium |
**********
117 |
3700X - 1440p Ultra |
********
101 |
3900X - 1440p Ultra |
********
101 |
9900K - 1440p Ultra |
********
98 |
Processor en game-settings |
Framerate Far Cry 5 met 1080 Ti |
3700X - 4k Medium |
**********
65 |
3900X - 4k Medium |
**********
65 |
9900K - 4k Medium |
**********
65 |
3700X - 4k Ultra |
********
54 |
3900X - 4k Ultra |
********
54 |
9900K - 4k Ultra |
********
54 |
Met de 1080 Ti scoren alle processors vrijwel gelijk op hogere resoluties en gezien het kleine verschil zou je zelfs kunnen concluderen dat Intel het onderspit delft op 1440p. Op 4k zien we, zoals verwacht, helemaal geen verschil meer.
- Shadow 1440p 1080 Ti
- Shadow 1440p 2080 Ti
- Shadow 4k 1080 Ti
- Shadow 4k 2080 Ti
Processor en game-settings |
Framerate Shadow of the Tomb Raider met 1080 Ti |
3900X - 1440p Medium |
**********
98 |
3700X - 1440p Medium |
**********
97 |
9900K - 1440p Medium |
**********
96 |
3900X - 1440p Ultra |
********
78 |
3700X - 1440p Ultra |
********
76 |
9900K - 1440p Ultra |
********
76 |
Processor en game-settings |
Framerate Shadow of the Tomb Raider met 2080 Ti |
3900X - 1440p Medium |
**********
129 |
3700X - 1440p Medium |
**********
127 |
9900K - 1440p Medium |
*********
115 |
3700X - 1440p Ultra |
********
105 |
3900X - 1440p Ultra |
********
105 |
9900K - 1440p Ultra |
********
100 |
Processor en game-settings |
Framerate Shadow of the Tomb Raider met 1080 Ti |
3900X - 4k Medium |
**********
57 |
3700X - 4k Medium |
**********
56 |
9900K - 4k Medium |
**********
56 |
3900X - 4k Ultra |
*******
42 |
9900K - 4k Ultra |
*******
41 |
3700X - 4k Ultra |
*******
40 |
Processor en game-settings |
Framerate Shadow of the Tomb Raider met 2080 Ti |
3700X - 4k Medium |
**********
83 |
3900X - 4k Medium |
**********
83 |
9900K - 4k Medium |
**********
82 |
3900X - 4k Ultra |
*******
59 |
3700X - 4k Ultra |
*******
58 |
9900K - 4k Ultra |
*******
58 |
Op 1440p met de 1080 Ti scoren alle processors vrijwel gelijk, maar als we een krachtigere videokaart nemen, zien we nog wel verschillen. Op 1440p kunnen beide Ryzens, zeker op Medium-settings, aardig wat extra framerate uit de 2080 Ti persen. Als we naar de hoogste resolutie schakelen, zien we weer vrijwel geen verschillen met de 1080 Ti-kaart noch de 2080 Ti.
Kortom, met een krachtige videokaart kun je met de Ryzens iets hogere framerates op je scherm krijgen op 1440p. Op 4k vormt de videokaart weer het knelpunt.
Ipc en opgenomen vermogen
Intel heeft de 9900K en 9700K van twee extra cores voorzien, maar de opgegeven tdp is onveranderd gebleven vergeleken met de 8700K, een hexacore van de vorige generatie. We meten het opgenomen vermogen van de processors door de 12V-voedingslijnen af te tappen, zodat we niet het complete systeem, maar alleen de processor meten.
- Idle (minimaal)
- Idle (Wh in 5 minuten)
Intels processors zijn een stuk zuiniger als ze niets hoeven te doen, maar dat komt grotendeels doordat er weinig extra's in de Coffee Lake Refresh-processors zit. Waar Intel enkel pci-e 3.0 en een geheugencontroller aan boord heeft, hebben de Ryzen 3-processors een complete soc aan boord, met niet alleen geheugencontrollers, maar ook pci-express gen4-controllers, usb en sata.
- Load Cinebench max
- Cinebench Wh
- Premiere Wh
- Opgenomen vermogen (Premiere, gemiddeld)
- Opgenomen vermogen (Cinebench, gemiddeld)
Onze tests onder belasting voeren we net als de idle-tests geïsoleerd uit. We meten enkel de stroom naar de processor.
We kijken eerst naar Cinebench, waarbij we het maximale en het gemiddelde vermogen optekenen. Omdat we ook meten hoe lang de test duurt, kunnen we het totale energiegebruik voor de benchmark uitrekenen, zodat we een performance-per-watt-indicatie krijgen. Voor Premiere meten we ook het gemiddelde opgenomen vermogen en berekenen we het totale verbruik voor de benchmark.
Voor Cinebench vraagt de 3700X slechts 90W maximaal, een stuk minder dan de 9700K van Intel. De 3900X en 9900K hebben beide een vrijwel identiek piekvermogen. Kijken we naar het gemiddelde opgenomen vermogen, dan zakken de 9700K en 9900K nauwelijks onder hun piekvermogen; de Ryzen 3-processors zakken iets meer. Het interessantste resultaat is echter het totale verbruik; dat is bij de Ryzen 3-processors bijna veertig procent lager dan bij hun Intel-tegenhangers.
Tijdens de Premiere-benchmark zitten beide Zen 2-modellen ruim onder Intels concurrenten wat gemiddeld opgenomen vermogen betreft en dat zien we terug in de totale energie. De 3700X is bijna dertig procent zuiniger dan de 9700K, en tussen de 3900X en 9900K zit nog altijd een procent of twintig.
Omdat je niet alleen de stroomrekening voor je processor betaalt, maar gewoon betaalt wat er uit het stopcontact moet komen, hebben we ook het opgenomen vermogen van het complete platform, dus het hele systeen inclusief moederbord, geheugen en videokaart enzovoort gemeten. Dat hebben we gemeten tijdens de Cinebench multithreaded-benchmark en van een enkele processor hebben we ook het idle-verbruik gemeten.
Onder zware belasting trekt de 3700X vrijwel evenveel uit het stopcontact als Intels 9700K, maar zet daarvoor veel hogere prestaties neer. De 3900X is op zijn beurt vrijwel gelijk aan de 9900K, maar zet vijftig procent meer cores aan het werk voor hetzelfde energiebudget, met navenante prestaties.
Zoals bekend, worden de heatspreaders van AMD op de dies gesoldeerd om een optimale warmteoverdracht te garanderen. We hebben daarom ook de temperaturen van de 3700X en 3900X op hun stocksnelheden gemeten, in combinatie met een X62-waterkoeler. Om te kijken of de meegeleverde Wraith Prism-koeler voldoende koelcapaciteit heeft, hebben we ook even naar de temperaturen met die koeler gekeken.
|
Koeling |
Temperatuur na Cinebench R20 multi |
3700X met Kraken X62 |
*******
63,4 |
3700X met Wraith Prism |
*********
75,6 |
3900X met Kraken X62 |
********
68,3 |
3900X met Wraith Prism |
**********
86,8 |
Met de X62 blijft de 3900X een stuk koeler en we zien ook dat de score in Cinebench hoger is dankzij de extra headroom om hogere kloksnelheden vast te houden. De score blijft op 7134 punten steken, waar we met de X62 7317 punten halen.
De 3700X is met de X62 een graad of vijf koeler dan de 3900X en ook met de Wraith blijft de octacore tien graden kouder dan de 3900X met dezelfde koeler. Ook nu lever je wat in op de prestaties, want de Cinebench-score is 4863 punten tegen 4961 punten met de waterkoeler.
Ipc
AMD claimt een ipc-verbetering van vijftien procent. We hebben die claim getoetst met behulp van Cinebench R15, waarbij we de processors een vaste kloksnelheid van 3,5GHz geven. Zo kunnen we ze onderling, klok voor klok, vergelijken.
- Cinebench R15 1T
- Cinebench R15 nT
Singlethreaded komen we op een verbetering van bijna twaalf procent ten opzichte van de Zen+-generatie en veertien procent vergeleken met de originele Zen-generatie. Dat is net iets minder dan de beloofde vijftien procent, maar nog altijd een imposante stap.
Omdat we drie generaties octacores vergelijken die ruwweg elkaars equivalenten zijn, hebben we ook de multithreaded-prestaties vergeleken. Tussen de tweede en derde generatie zien we dan afgerond vijftien procent verschil en ruim zeventien procent vergeleken met de eerste Ryzen-generatie. AMD heeft de multithreading-afhandeling wat verbeterd, wat het verschil in ipc-verbetering tussen singlethreaded en multithreaded prestaties verklaart.
Het opvallende hieraan is het verschil met Intels ipc. Waar de eerste twee Ryzen-generaties aardig in de buurt kwamen bij Intel, bleven de Core-processors altijd de snelste klok voor klok. Met Zen 2 in de Ryzen 3-processors komt daar verandering in en is AMD bijna acht procent sneller.
Overklokken
Uiteraard hebben we de 3700X en 3900X overgeklokt. Via Ryzen Master kunnen we alle restricties, voor opgenomen vermogen en piekvermogen, opheffen en de spanningen en kloksnelheden verhogen. We hebben allereerst de all-corekloksnelheden van de 3700X omhooggeschroefd. Met een spanning van bijna 1,5V konden alle acht cores op 4,3GHz tikken, terwijl het geheugen tot 4200MT/s werd overgeklokt. Dat leverde een Cinebench R20-score van 5169 punten op.
De 3900X wordt met een iets hogere kloksnelheid geleverd en het plafond van deze processor lag dan ook 100MHz hoger. Daarvoor was een Vcore van iets meer dan 1,5V nodig en konden we combineren met een geheugensnelheid van 3600MT/s. Tijdens de Cinebench-stabiliteitstest scoorde de overgeklokte twaalfcore 7865 punten.
Prestatie-index
We hebben van de resultaten indices gemaakt, zodat we een gewogen gemiddelde van alle benchmarks kunnen tonen. Die indices hebben we gemaakt van de synthetische benchmarks, de praktijktests en de gamebenchmarks. Bij de synthetische benchmarks hebben we ervoor gekozen alle deeltests van Geekbench en Aida voor vijf procent mee te laten tellen en de overige tests voor tien procent om tot honderd procent te komen. Bij de tests in de praktijk- en game-indices tellen alle benchmarks even zwaar.
We hebben in de indices alleen de Ryzen 3900X, 3700X, 2700X en Intels 9900K en 9700K opgenomen.
- Cpu-index synthetisch
- Cpu-index praktijk
- Cpu-index games
Als we puur naar de synthetische tests kijken, is de 3900X ongeveer dertig procent sneller dan de 9900K en scoort de 3700X nog een paar procent beter dan de 9900K en dertien procent hoger dan de 9700K.
In de praktijkindex is de 3900X nog altijd dertien procent sneller dan de even dure 9900K en scoort de 3700X daar marginaal onder, maar die is nog wel tien procent sneller dan de gelijkgeprijsde 9700K.
In de game-index tenslotte zijn de Intel-processors drie tot zes procent sneller dan de nieuwe Ryzens. Daarmee heeft Intel op dit vlak nog een kleine voorsprong, zolang je op lage resolutie gamet. Op hogere settings wordt uiteraard je videokaart al snel de bottleneck.
We hebben uitgezocht waarom de 9900K en 9700K iets beter in games presteren, hoewel we in synthetische en praktijktests de Ryzen 3-processors bovenaan zien staan. Door de kloksnelheden te loggen tijdens een gamebenchmark, waarbij we voor de Tomb Raider-test 1080p Medium kozen, kunnen we zien wat er gebeurt.
Dan blijkt dat de 9900K tijdens de hele test alle cores op 4,7GHz klokt en de 9700K een kloksnelheid van 4,6GHz voor alle cores aanhoudt. De 3900X daarentegen houdt alle cores op 4,2GHz met een beetje fluctuatie naar 4,225GHz. Aangezien games vooral hoge kloksnelheden eisen, verklaart dat de iets lagere scores, ondanks de hogere ipc van AMD's Ryzen 3-processors.
Upgrades: X570 tegen X470, B450 en Windows 1903
X470 vs. X570
Het is geen geheim dat de X570-moederborden niet de goedkoopste zijn. Dat is eigenlijk goed nieuws voor AMD, want het betekent dat moederbordfabrikanten vertrouwen hebben in het platform en er high-end producten voor willen maken. Voor de consument die niet te duur wil instappen, is tweehonderd euro voor een moederbord echter vrij pittig. Zeker als je al geïnvesteerd hebt in het AM4-platform, moet je afwegen of je wil upgraden of onderdelen kunt behouden. We hebben daarom gekeken hoe de Ryzen 7 3700X presteert op een B450- X470-moederbord.
Dat bleek geen sinecure. Op ons standaard X470-testplatform, een Asus Crosshair VII Hero (WIFI), werkte de 3700X-processor weliswaar, maar kregen we het geheugen niet hoger dan op 2133MT/s ingesteld. Het nieuwste beschikbare bios, versie 2304, was geflasht, maar hoewel we het geheugen wel konden instellen, bleef het koppig op lagere kloks werken.
We hebben daarnaast een B450-bord, het B450 Steel Legend, geprobeerd. Ook dat bord hebben we geflasht naar de nieuwste publieke biosversie 2.32, waarna de 3700X functioneerde. Bij dit bord konden we het geheugen instellen op 2933MT/s met redelijke resultaten, maar met het geheugen op 3200MT/s zakten de prestaties in. Vooralsnog is testen op Ryzen 2-moederborden dus geen onverdeeld succes. We hopen dat de compatibiliteit met biosupdates nog verbetert.
Windows vs. Windows
We hebben gekeken naar AMD's claim dat de nieuwste Windows-versie, 1903, beter werkt voor Ryzen-processors dan voorgaande versies. Windows zou vanaf de 2019 Spring-update namelijk topology awareness hebben, waarbij het rekening houdt met de fysieke locatie van een core. Zo kan Windows eerst cores binnen hetzelfde corecomplex aan het werk zetten, zodat caches en geheugentoegang worden gedeeld en niet via Infinity Fabric worden vertraagd. We hebben de Ryzen 7 2700X op ons testsysteem met zowel Windows 1803 als 1903 getest en de resultaten vergeleken. Opmerkelijk genoeg vinden we een kleine prestatiedip met de nieuwste Windows, reden om alle AMD-processors voor deze review in ieder geval niet te hertesten met de nieuwste Windows-versie.
- Cinebench 1T
- Cinebench R15 nT
- Cinebench 20 - Single
- Cinebench 20 - Multi
- Blender 2.78c
- Staxrip x264
- Staxrip x265
- Lightroom Export
- Premiere 4k
- Photoshop fotobewerking
- Photoshop panorama
- Word pdf-export
- Excel Monte Carlo
- Winrar
- 7-zip
In onze synthetische en praktijktests zijn de verschillen tussen Windows 1803 en 1903 erg klein. De ene keer is de nieuwe versie iets sneller, andere keren is de oude versie sneller. Per saldo maakt het weinig uit.
- Witcher 3 1080p medium
- Witcher 3 1080p ultra
- Rot Tomb Raider 1080p
- Rot Tomb Raider 1080p - Ultra
- Far Cry 5 1080p Medium
- GTA V, 1080p Medium
- GTA V, 1080p Ultra
- Far Cry 5 1080p Ultra
- GTA V, 1080p Ultra
- The Witcher 3, 1080p, Medium
- The Witcher 3, 1080p, Ultra
Ook in games zien we maar zelden een echte verbetering, maar regelmatig scoort de 2700X iets minder met de nieuwere Windows-versie.
Conclusie
We kunnen eigenlijk maar een conclusie trekken en dat is dat Intel aan de bak mag. Waar AMD immers met de eerste generatie Zen een duidelijk schot voor de boeg gaf en zo Intel waarschuwde dat de tijden van alleenheerschappij ten einde liepen, is de tweede generatie Zen een voltreffer op Intels vlaggenschepen.
Zen 2, in de verschijning van de Ryzen 3-serie processors, imponeert eigenlijk op alle vlakken. Om met het ergste pijnpunt van de oudere generatie te beginnen: de gameprestaties lopen niet langer tientallen procenten achter op Intels gameprocessors. Op lage resoluties heeft Intel nog een heel klein voordeel, maar AMD heeft zijn concurrentie op een haar na ingehaald.
In het verleden waren er nog twee zwakke plekken van AMD. De processors waren kacheltjes die flink veel energie verstookten, met de FX9590 als meest extreme exponent. Dat hoge verbruik ging gepaard met matige rekenkracht, maar met Zen maakte AMD een grote inhaalslag; de processors van AMD kwamen opeens in de buurt bij Intel als het om ipc en verbruik ging. Met Zen 2 zijn de rollen omgedraaid; de nieuwe 7nm-Ryzen-processors zijn een stuk zuiniger dan die van Intel en hebben klok voor klok betere prestaties. Bovendien kan AMD zijn processors nu weer net iets hoger klokken, waarmee ook dat voordeel van Intel slinkt. De turbo's van Intel zijn nog wel hoger, maar dat wordt gecompenseerd door AMD's relatief hoge kloksnelheden en betere ipc.
Hebben we dan geen kritiekpunten? Jawel, want waar we hoopten dat de 7nm-processors bizar hoge kloksnelheden konden neerzetten, stokt het ruim onder de 5GHz. Bovendien moet je de duurste processors kopen om de snelste kloks te krijgen. En over duur gesproken: de X570-moederborden, die je toch echt nodig hebt om optimaal van de nieuwe Ryzens te profiteren, zijn knap duur. Instappen voor minder dan tweehonderd euro wordt zoeken, waar dat voorheen met X470 en zelfs met Intels Z390-borden wel anders was.
Als je echter zo'n nieuwe Ryzen-processor in een X570-bord prikt, ben je wel aardig voorbereid op toekomstige ontwikkelingen. Je hebt dan immers ondersteuning voor ongekend snel geheugen voor AMD-standaarden, dubbele pci-expressbandbreedte met gen4-slots en een sloot usb 3.2-poorten.
Met de Ryzen 7 3700X koop je voor ongeveer hetzelfde bedrag als een Intel Core-i7 9700K een processor die veel zuiniger is en een stuk beter presteert; de prestaties zijn veelal vergelijkbaar met die van de duurdere 9900K. En met de Ryzen 9 3900X koop je voor 9900K-geld een processor die Intels processor voorbijstreeft en meer richting hedt-prestaties neigt, waarmee je dus in het duurdere X299-segment met processors van duizend euro komt of richting Threadripper-prestaties gaat, maar dan met hoge kloksnelheden.
Kortom, voor games op 1080p heeft Intel met zijn 9700K en 9900K misschien nog een heel klein voordeel, maar AMD's 3700X en 3900X hebben alle andere troeven in handen. Ze zijn sneller, zuiniger en even duur als hun directe tegenstanders, maar goedkoper dan de processors waarmee ze wat prestaties betreft concurreren. De features van het platform, zoals pci-express gen 4 voor supersnelle ssd's en toekomstige videokaarten, en native usb 3.2, moeten bij de concurrentie allemaal nog verschijnen. De bijpassende moederborden zijn weliswaar iets duurder, maar dat wordt enigszins gecompenseerd doordat je in tegenstelling tot bij Intel een capabele rgb-koeler bij de Ryzens krijgt, die je desnoods kunt verkopen.