Paul DeMone heeft het derde artikel in zijn serie over 'The Battle in 64-bit Land' gepubliceerd. In episode drie worden de ontwikkelingen besproken die in 2003 en daarna zullen plaatsvinden. Sinds het tweede artikel uit 2001 hebben er de nodige verschuivingen plaats gevonden in het 64-bit landschap. De meeste daarvan waren niet van technische aard, maar werden gedreven door de economie en gebeurtenissen zoals de elfde september. Vooral Sun had veel te lijden. Als gevolg van de economische neergang en toegenomen concurrentie van met name IBM en Dell daalde de omzet van Sun in twee jaar met 32 procent. Het bedrijf raakte in de verdrukking tussen enerzijds goedkope maar krachtige x86 servers aan de low-end en anderzijds de succesvolle introductie van de IBM Power4 in de high-end markt.
Compaq maakt in juni 2001 bekend dat de ontwikkeling van de Alpha-processor na de EV79 gestaakt zou worden. Het voormalige EV8-ontwikkelingsteam werd bijna in zijn geheel overgenomen door Intel, alwaar het na een IA-64 'omscholingscursus' aan het werk is gezet voor de ontwikkeling van toekomstige Itanium-processors. HP had al halverwege de jaren negentig besloten dat zijn PA-RISC-architectuur zou worden opgevolgd door IA-64. Na de overname van Compaq betekende dit dat HP het opbouwen van zijn IA-64-productlijn moest zien te combineren met de afbouw van het bestaande Alpha en PA-RISC-assortiment. De eerst incarnatie van de Intel Itanium zag in 2001 met weinig succes het levenslicht. De Itanium 2, geïntroduceerd in de zomer van 2002, leverde aanmerkelijk betere prestaties. De tweede nieuwkomer aan de horizon is de AMD Opteron, die op de 22ste april zijn marktintroductie zal beleven. AMD belooft zeer goede integer-prestaties in combinatie met lage prijzen en backwards x86-compatibiliteit.
Wat betreft uniprocessor-performance zijn de 64-bit processors in twee duidelijke 'have' en 'have not' kampen te onderscheiden. Het 'have not'-kamp bestaat uit de oudgediende 'huismerk' RISC-processors van HP, Sun en SGI. Sun heeft de lage uniprocessor performance van zijn processors lang kunnen camoufleren met hoge multi-processor performance, maar ook op dit gebied verliest Sun de laatste tijd competitiviteit. Over SGI is bekend dat het bedrijf wil overstappen van MIPS naar IA-64. Vorige maand werd het eerste resultaat van deze strategie gepresenteerd: de Altix 3000. HP heeft zijn strategie als mede-ontwikkelaar van de Itanium eveneens op deze architectuur gericht.
In het 'have'-kamp laten de Itanium 2, Power4+, Fujitsu Sparc64 V en de 32-bit Pentium 4 en Athlon XP van zich spreken met goede prestaties. Opvallend zijn verder de Alpha EV68 en EV7. Hoewel ten dode opgeschreven, weet HP's ongewenste stiefkind toch mee te komen met de snelste 64-bit processors van dit moment. De verschillen in de uniprocessor SPECint2000 en SPECfp2000 prestaties van de EV68 en EV7 zijn klein. De EV7 moet het vooral hebben van zijn prestaties in grote multiprocessor-systemen, te danken aan een zeer hoge geheugen- en interconnectie-bandbreedte. Volgend jaar zal HP de laatste versie van de Alpha-processor op de markt brengen, de EV79. Deze zal voorzien worden van een groter L2 cache van waarschijnlijk 3MB en support voor sneller PC1066 Rambus geheugen.
Waar Intel heeft besloten om zijn 64-bit architectuur van de grond af aan op te bouwen, is AMD vastberaden om verder te gaan waar Intel eindigde. AMD's Opteron-processor is gebaseerd op de x86-64 instructieset, een 64-bit uitbreiding op de decennia oude x86 ISA. Naast ondersteuning voor 64-bit integer berekeningen en 64-bit geheugenadressering, biedt x86-64 een verdubbeld aantal general purpose en SSE registers. Daardoor kan x86-64 wel eens de enige uitbreiding van een 32-bit ISA zijn waarbij 64-bit programma's, die geen 64-bit addresseringsruimte of 64-bit integers nodig hebben, beter kunnen presteren dan 32-bit programma's. De AMD Opteron-processor wordt verder gekenmerkt door SSE2-ondersteuning, een L2 cache van 1MB, een 128-bit DDR333-geheugenbus en glueless multi-processing middels HyperTransport. Dankzij de relatief hoge kloksnelheid van rond de 2GHz en de gebalanceerde processor-core zal de Opteron waarschijnlijk bij de best presterende processors op het gebied van integer en commerciële workloads behoren. De floating point prestaties zullen competitief zijn, maar niet vergelijkbaar met de Itanium 2 en de Alpha.
De Itanium 2 combineert een superieure FPU-performance met respectabele integer prestaties. Hoewel een aantal grote serverfabrikanten, waaronder HP, Unisys, NEC, IBM en SGI, reeds Itanium 2 systemen hebben aangekondigd, wordt de acceptatie van de Itanium 2 opgehouden door een gebrek aan IA-64-software. In de komende jaar zal de huidige 0,18 micron McKinley-core opgevolgd worden door de 0,13 micron Madison en Deerfield-cores. De kloksnelheid van de nieuwe cores zal 50 tot 60 procent hoger liggen en de grootte van de L3 cache zal bij de Madison-core verhoogd worden naar 6MB. Deerfield behoudt de 3MB L3 cache van de McKinley-core.

Paul DeMone verwacht dat de AMD Opteron over een jaar de SPECint_2000 performance-kroon zal opeisen. De beste SPECfp_2000-prestaties zullen begin 2004 volgens DeMone in handen zijn van de Itanium 2, Alpha EV79 en de IBM Power4+. De Sun Ultrasparc IV, IBM PowerPC 970, SGI MIPS R18K en HP PA-RISC 8800 zullen op geruime afstand volgen:
![]() | ||||||||
![]() | ![]() | |||||||
![]() | ||||||||
![]() | Opteron (2,4GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Madison (1,6GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Deerfield (1,5GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Alpha EV79 (1,6GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Power4+ (1,8GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | PowerPC 970 (1,8GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | PA-RISC PA-8800 (1GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | UltraSparc IV (1,5GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | UltraSparc IIIi (1,2GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | MIPS R18K (800MHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() |
![]() | ||||||||
![]() | ![]() | |||||||
![]() | ||||||||
![]() | Madison (1,6GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Deerfield (1,5GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Alpha EV79 (1,6GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Power4+ (1,8GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | Opteron (2,4GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | UltraSparc IV (1,5GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | PowerPC 970 (1,8GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | PA-RISC PA-8800 (1GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | UltraSparc IIIi (1,2GHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() | ||||||||
![]() | MIPS R18K (800MHz) | ![]() ![]() ![]() | ![]() | |||||
![]() |
Zie voor meer informatie over hier besproken processors het artikel 'The Battle in 64 bit Land, 2003 and Beyond' op Realworldtech.com.