Door Jeroen Horlings

Redacteur

Elektrische ambities onder druk?

'Europese auto-industrie in crisis'

16-10-2024 • 06:00

420

Singlepage-opmaak

Inleiding

De afgelopen maanden wordt steeds duidelijker dat de Europese auto-industrie het moeilijk heeft. Volkswagen dreigt fabrieken te sluiten en werknemers te ontslaan, er zijn protesten tegen de Europese emissie-eisen die per 2025 van kracht worden en accumaker Northvolt zag zich gedwongen een tweede fabriek te schrappen vanwege plots teruggetrokken orders, onder andere van BMW, en sluit ontslagen niet uit. Ondertussen legde de EU Chinese automakers sancties op om de eigen industrie te beschermen. Het nieuwe Nederlandse kabinet stelde tijdens Prinsjesdag dat men de in 2019 gestelde doelen voor 2030 wel wil halen, maar heeft hiervoor geen budget gereserveerd. Het stopt vanaf 2025 met alle subsidies en de vrijstelling van de mrb, de motorrijtuigenbelasting, voor elektrische personenwagens. Dat laatste werd plots door het kabinet-Schoof nog verder versoberd vanwege een verkeerde financiële inschatting. Toen er half september tegenvallende verkopen gemeld werden, gingen ook in Nederland de alarmbellen af; de verkoop van elektrische auto's zou totaal zijn ingestort.

Maar is dat zo? De cijfers laten iets anders zien. Tot en met september zijn er dit jaar ruim 90.000 accuelektrische auto's (bev) in Nederland verkocht. In september was het marktaandeel zelfs voor het eerst net iets hoger dan hybrides: 40 procent. Dit duidt erop dat er aan het einde van dit jaar circa 120.000 nieuwe EV's bijgekomen zijn; met een eindsprint vanwege het aflopen van de subsidies zou dat nog meer kunnen zijn. De verkoop is dus allesbehalve ingestort, maar er is wel een vertraging in de groei te zien: die lijkt slechts enkele procenten hoger te worden dan vorig jaar. In België is momenteel juist een sterke stijging te zien; 2024 lijkt daar een omslagjaar te zijn. In september werden daar vrijwel evenveel EV's verkocht als in Nederland, een stijging van 30 procent. Meer cijfers vind je verderop in dit artikel.

Het aantal verkochte volledig elektrische auto's dit jaar, van januari tot en met september 2024

Autofabrikanten in de problemen

Hogere autoprijs

De nieuwprijs van auto's is de afgelopen jaren enorm gestegen. Volgens RAI/Bovag was de gemiddelde prijs van een nieuwe personenauto begin dit jaar 48.118 euro. Voor een nieuwe plug-inhybride (phev) is een consument gemiddeld 74.553 euro kwijt, voor een volledig elektrische auto 52.439 euro en voor een benzineauto 35.373 euro. De helft van alle nieuwe auto's is een suv. In 2023 was ruim twee derde (68 procent) van alle nieuwe auto’s in meer of mindere mate elektrisch. In totaal vormen die 14 procent van het wagenpark.

Dat wil niet zeggen dat er niets aan de hand is. De verkoopcijfers verschillen sterk per land: in de eerste helft van 2024 lieten Italië en Duitsland een krimp van EV-verkopen zien van respectievelijk 4 en 24 procent, terwijl de verkopen in Spanje, Groot-Brittannië en Frankrijk in die periode juist opliepen met respectievelijk 3, 4 en 20 procent. Gemiddeld zakte het marktaandeel van EV's van 21 naar 14,4 procent. In september bleek dat de auto-industrie het echt zwaar heeft.

De Europese autofabrikanten kampen al sinds 2023 met een productieoverschot en de automarkt zakte in september nog verder in met 18 procent krimp. De autoverkopen hebben een flinke klap gehad door de coronacrisis en de verkopen zijn sindsdien nooit meer op hetzelfde niveau gekomen. Toen de wereld weer openging, kampte de sector met een tekort aan onderdelen en dat werd opnieuw overhoopgegooid door de Russische inval in Oekraïne. Dat laatste zorgde ook voor enorme inflatie. Volgens cijfers van RAI en Bovag kost een gemiddelde personenwagen in Nederland nu maar liefst 48.118 euro, al zijn er grote verschillen te zien per aandrijflijn: zie kader.

Technische component

Dat alles heeft ook een belangrijke technische component. De Europese automakers worstelen zichtbaar met elektrificatie. Sommige partijen hebben nog relatief weinig ervaring met (plug-in)hybrides en de transitie naar accuelektrische voertuigen. Al dat soort wagens hebben een accu en de componenten daarvoor worden grotendeels via buitenlandse partijen ingekocht, wat de marges drukt. Een andere aandrijfvorm vereist ook optimale software en ook dat is een expertise waarover niet alle fabrikanten beschikken. Chinese autofabrikanten vormen een steeds grotere bedreiging: niet alleen vanwege de lagere productiekosten, maar ook omdat zij wél de expertise op het vlak van software en accu's hebben. Dat geldt ook voor Tesla, dat het productieproces flink heeft geoptimaliseerd en daardoor veel hogere winstmarges heeft. Bovendien zijn steeds meer Europese automakers auto's gaan produceren in China, dus de recent opgelegde importheffingen raken ook hen. Dat de Duitse autofabrikanten snel terrein verliezen in China, de grootste automarkt van de wereld, is ook een bedreiging voor onze economie. De automarkt vertegenwoordigt meer dan 7 procent van het bruto binnenlands product (bbp) van de Europese Unie en biedt werk aan meer dan 13 miljoen mensen.

Het is niet alleen de vraag of de Europese automakers de concurrentie op het gebied van elektrificatie kunnen bijbenen, maar ook of zij kunnen voldoen aan de steeds strenger wordende emissie-eisen: vanaf 2025 mag de emissie gemiddeld niet meer dan 95 gram CO2 per kilometer zijn en in 2035 wordt dat nul. In dit artikel kijken we naar de laatste cijfers en rapporten, naar expertise op het gebied van software en accutechnologie, analyseren we recente ontwikkelingen die van invloed zijn en toekomstige bedreigingen voor de auto-industrie, en vragen we verschillende partijen om hun licht hierop te laten schijnen.

De achterstand van Europese automakers op Tesla en BYD is groot. Beeld: BloombergNEF
De achterstand van Europese automakers op Tesla en BYD is groot. Beeld: BloombergNEF