Elden Ring
Elden Ring is in alle opzichten een betere versie van de 'Soulsborne'-games die FromSoftware al jaren maakt. De gelijkenissen met een game als Dark Souls zijn duidelijk: de manier van vechten, de in mysterie gehulde spelwereld, de manier van het opbouwen van een personage en de manier van checkpoints vinden in de omgeving zijn immers hetzelfde. Elden Ring voegt er echter veel aan toe. Het zorgt er met die toevoegingen onder meer voor dat dit een leukere, toegankelijkere game is. Spelers kunnen zich op allerlei manieren laten helpen en de game doet meer moeite om de werking van belangrijke systemen goed uit te leggen. Dat maakt een van zichzelf nog steeds uitdagende game een stuk beter behapbaar. De gameplay werkt verder heerlijk, zoals we ook wel gewend zijn van FromSoftware. De spelwereld is veelzijdig, erg groot en biedt af en toe mooie en soms wat minder mooie plaatjes, maar dat mag de pret zeker niet drukken. Zoals altijd stelen de gevechten met (tussen)bazen de show. Elke baas biedt weer een nieuw leerproces en hoe langer dat proces duurt, hoe groter de voldoening als de vijand wordt overwonnen. Zelfs op deze toegankelijkere manier is het nog steeds een spel waarbij vaardigheid belangrijk is, dus ook Elden Ring is nog nét niet voor alle gamers geschikt. Toch mag duidelijk zijn dat hier veel meer mensen met een gerust hart aan kunnen beginnen dan aan Sekiro: Shadows die Twice, Dark Souls of de andere FromSoftware-games. Dat is maar goed ook, want Elden Ring is bij voorbaat een van de beste games van dit jaar.
FromSoftware. Als alleen de naam van de ontwikkelaar maar wordt genoemd, zal dat voor een enkeling al genoeg zijn om een verhoogde hartslag te krijgen. De Japanse studio maakt al sinds halverwege de jaren negentig games. Het is de ontwikkelaar van onder meer de Armored Core-serie, maar het grote publiek zal de gamemaker vooral kennen van Demon’s Souls, Dark Souls, Bloodborne en Sekiro: Shadows die Twice. Deze collectie games wordt omgeschreven als ‘Soulsborne-games’ en ze hebben een belangrijk overeenkomst: ze zijn moeilijk. Beter gezegd: ze zijn aanmerkelijk moeilijker dan veel andere games met vergelijkbare gameplay. Ze eisen van de speler dat hij of zij tijd investeert om de games te begrijpen en er beter in te worden. Ze leren de speler obstakels te overwinnen en aanvankelijk onverslaanbaar ogende vijanden uiteindelijk toch te verslaan. Ze bieden een unieke manier van voldoening vinden in een game. Én ze weten gamers met regelmaat tot op het bot te frustreren.
Elden Ring is niet letterlijk een vervolg op een van de games uit de serie, maar de gelijkenissen tussen deze nieuwe openwereld-actie-rpg en de andere Soulsborne-games zijn duidelijk. Je hoeft maar een paar seconden van de gameplay te zien, of te horen hoe de personages praten, en je pikt het FromSoftware-dna er zo uit. Dat is ook de reden waarom zoveel fans van de eerdere games enorm hebben uitgekeken naar Elden Ring. Voor hen is ‘meer van hetzelfde’ wellicht al goed genoeg. Elden Ring is echter niet zomaar ‘meer van hetzelfde’. De game weet het bekende Soulsborne-spelconcept op diverse manieren te verbeteren, onder meer door de speler meer vrijheid te geven dan ooit, in een wereld die meer open en meer vrij begaanbaar is dan ooit. In dat opzicht doet Elden Ring op sommige vlakken heel andere dingen dan de vorige Soulsborne-games. Daardoor is deze titel waarschijnlijk ook geschikter voor een nog groter publiek dan die oudere games.
Dat begint met de moeilijkheidsgraad, maar om goed te begrijpen wat nu echt het verschil maakt, is het belangrijk dat je begrijpt hoe de games in elkaar zitten. Simpelweg roepen ‘Soulsborne-games zijn zo moeilijk!’ is namelijk iets te simpel. De games zijn moeilijk; je gaat er vaak in dood. De vijanden slaan hard en als je niet weet hoe je jezelf beschermt, bijvoorbeeld door de dodge-roll te leren of goed om te gaan met een schild, ga je dat wel voelen. Ook verlies je als je sterft je in-game betaalmiddel, souls in Dark Souls en runes in Elden Ring. Die blijven liggen op de plek waar je bent gestorven en je kunt ze daar gewoon weer oppikken … mits je op weg daar naartoe niet opnieuw het loodje legt. Doe je dat wel, dan verdwijnen je runes. Dat kan best pijn doen als je een flinke lading bij je had, maar dat was het dan ook wel. Veel erger dan dat wordt het niet en als je dat accepteert, wordt doodgaan in gevechten meer en meer een leerproces, met uiteindelijk succes tot gevolg.
Hoe moeilijk is een Soulsborne-game dan nog echt? Er zijn games die je veel zwaarder straffen voor doodgaan. Dat is anno 2022 niet de norm, maar ze bestaan. Veel van die game zullen niet de kwaliteit kennen van FromSoftwares-games als het gaat om de manier hoe je je personage bestuurt en de systemen die daarmee te maken hebben. Timing luistert heel nauw, maar krijg je de timing onder de knie, dan verandert alles. Elke confrontatie wordt een proces waarbij je leert welke bewegingen je vijand maakt en op welke momenten jij de bewegingen en aanvallen kunt inzetten die jouw personage beheerst. De games zijn in die zin de definitie van ‘alle begin is moeilijk, maar oefening baart kunst.’
Elden Ring volgt dezelfde lijn. Het schotelt spelers vijanden voor die op het eerste gezicht onverslaanbaar lijken. Het doet dat echter met dezelfde mate van controle als in eerdere games van FromSoftware, wat meteen duidelijk maakt dat je kunt gaan leren, grotendeels gebruikmakend van dezelfde mogelijkheden als in de andere Soulsborne-games. Elden Ring voegt een aantal nieuwe onderdelen toe en slaagt er beter in zowel bestaande als nieuwe onderdelen uit te leggen aan de speler. Tel daarbij op dat er diverse mogelijkheden zijn om jezelf een handje te laten helpen, en Elden Ring wordt bijna makkelijk.