De Amerikaanse telecomwaakhond FCC gaat niet optreden tegen websites die geen gehoor geven aan do-not-track-verzoeken in browsers. Dat zegt de organisatie naar aanleiding van een verzoek van de Amerikaanse versie van de Consumentenbond.
De Amerikaanse overheidsinstantie heeft een brief gepubliceerd waarin het reageert op het verzoek van de Consumer Watchdog om websites zoals die van Facebook, Google, LinkedIn en Netflix te verplichten om do-not-track-verzoeken te honoreren. Dat verzoek werd ingediend omdat dergelijke grote websites, die onder andere gegevens vergaren voor gepersonaliseerde advertenties, do-not-track-verzoeken meegestuurd door browsers vaak negeren.
Volgens de FCC is er geen gegronde reden om websites te verplichten zich aan do-not-track-verzoeken te houden. De organisatie wijst op wetgeving met betrekking tot privacy waar internet- en telecomaanbieders zich aan moeten houden, maar deze regels hebben geen betrekking op websitemakers. Een van de argumenten hiervoor is dat de FCC 'niet het internet, of applicaties en content op het internet, wil reguleren'.
Doordat de do-not-track-functie geen garanties geeft dat gebruikers niet gevolgd worden door websites, hebben verscheidene browsermakers verdergaande maatregelen ingebouwd. Zo kwam Mozilla eerder deze week met een verbeterde privacymodus in zijn Firefox-browser. Die moet gebruikers bescherming bieden tegen het plaatsen van tracking-cookies.