Onderzoekers van CERN, het Europese centrum voor atoomonderzoek, hebben met de Large Hadron Collider het wereldrecord voor de meest energetische deeltjesversneller verbroken: de Amerikaanse versneller werd daarmee verslagen.
In de nacht van zondag 29 op maandag 30 november slaagden de wetenschappers erin de deeltjes eerst met 1,05TeV in de LHC te injecteren, waarna de energie kon worden opgevoerd tot 1,18TeV. Daarmee is de vorige recordhouder, de deeltjesversneller in het Amerikaanse Fermi-lab die 0,98TeV haalde, voorbijgestreefd.
In de komende maanden hopen de wetenschappers de energie van de protonenbundels verder te verhogen tot 3,5TeV per bundel. Beide bundels protonen bewegen zich in tegenovergestelde richting en botsen op vooropgestelde locaties, waar detectors zijn opgesteld om de vrijgekomen subatomaire deeltjes waar te nemen. Pas bij voldoende energie van de deeltjesbundels botsen genoeg protonen tegen elkaar om voldoende waarnemingen mogelijk te maken. Tot eind 2009 zal de LHC bundels laten botsen om de instrumenten te kalibreren: in het eerste kwartaal van 2010 zullen de energie-intensiteiten verder worden opgevoerd.
De Large Hadron Collider, die onder de grond nabij Genève is gebouwd, heeft als doel deeltjes als protonen met zeer hoge snelheid tegen elkaar te laten botsen. Deze snelheid, uitgedrukt in de energie-eenheid eV, wordt behaald door de deeltjes in de cirkelvormige versneller met steeds grotere snelheid rond te laten bewegen.
De supergekoelde magneten die dit mogelijk maken raakten bij de eerste ingebruikname, ruim een jaar geleden, door een lek in de vloeibaar heliumleidingen die voor de koeling zorgt, onbruikbaar. Medio november waren de reparatiewerkzaamheden aan de deeltjesversneller echter gereed en konden de eerste deeltjes als bundels door de LHC bewegen.