De Amerikaanse overheid heeft een subsidie van 7,86 miljard dollar toegekend aan Intel voor de bouw en modernisering van chipfabrieken in meerdere staten. Het bedrag is lager dan de eerder aangekondigde 8,5 miljard dollar.
De subsidie is onderdeel van de Chips and Science Act van 2022, waarmee de Amerikaanse regering 52,7 miljard dollar heeft vrijgemaakt om de binnenlandse productie van halfgeleiders te stimuleren. Van dat bedrag is 39 miljard dollar gereserveerd voor chipproductie, terwijl de rest wordt ingezet voor onderzoek en ontwikkeling. De toekenning aan Intel is tot nu toe de grootste onder deze wet. Het bedrag is lager dan voorzien omdat Intel eerder dit jaar een apart contract van 3 miljard dollar binnenhaalde van het Pentagon voor defensiedoeleinden.
Met de investering wil de Amerikaanse overheid de afhankelijkheid van buitenlandse chipproductie verminderen en de positie van het land als technologieleider herstellen. De toekenning aan Intel bevat strikte voorwaarden. Zo mag het bedrijf gedurende vijf jaar geen aandelen terugkopen met de ontvangen subsidie en moet het overtollige winst delen met de overheid.
Intel zal voor het einde van 2024 minstens 1 miljard dollar van het totale bedrag ontvangen. Intel is van plan de komende vijf jaar 100 miljard dollar te investeren in de Amerikaanse chipproductie. Deze investering is een van de laatste die de regering-Biden voltooit voordat aankomend president Donald Trump in januari het Witte Huis betreedt. Eerder deze maand werd ook een deal met chipfabrikant TSMC afgerond.