In editie #10 toont Joost zijn zelfgebouwde simracingpedaal, ontdekt Wout wat voor hem de beste UX voor een smarthomedashboard is, bouwt Olaf een thermostaat en deelt Hayte zijn overpeinzingen over de toekomst van EV's.

Testlabcoördinator
Een rempedaal voor simracing, met actieve abs-feedback
Alweer bijna twee jaar geleden bracht Simucube, fabrikant van simracingaccessoires, de ActivePedal uit. Deze kon, in tegenstelling tot andere pedalen, de feedback die je normaal in je auto voelt wanneer het abs activeert, simuleren in het pedaal. Dit wordt gedaan door middel van een servomotor en een railsysteem. Hierdoor was hij snel populair, maar helaas voor veel mensen onbetaalbaar.
Niet al te lang daarna kwam ik een YouTuber tegen die zelf de mechanische delen gemaakt had, voornamelijk 3d-prints. Dat was vooral een concept destijds, maar een paar maanden geleden kwam ik er weer een tegen, maar zag dat dit project opgepakt was door een community en nu enorm volwassen aan het worden is.
Omdat ik zelf nogal graag knutsel en de kosten een stuk vriendelijker waren dan het echte pedaal, besloot ik om het een kans te geven. Voor het mechanische ontwerp waren er een aantal voorbeelden beschikbaar die je mocht kopiëren, maar eigenlijk beviel het ontwerp van Simucube me wel iets beter. Gelukkig stelt Simucube zelf een 3d-model beschikbaar van hun pedaal. Alle losse onderdelen heb ik er uit moeten halen met een 3d-ontwerpprogramma, aangezien het niet gedeeld mag worden vanwege licenties. Dat was even aanklooien, maar uiteindelijk ben ik erg blij met het resultaat.
/i/2006990190.webp?f=imagenormal)
Toen was het tijd voor de elektronische onderdelen en de servomotor. Eigenlijk was dat allemaal vlot geregeld. Een ESP32, een adc (analoog-naar-digitaalconverter), een loadcell, een voeding en wat bedrading. Eenmaal in elkaar en de ESP32 voorzien van de juiste firmware, was het tijd om de functionaliteit te testen. Dat viel een beetje tegen. Ik kon het pedaal wel laten bewegen op positie, via een slider in een Simhub-plug-in (Simhub is software die kan communiceren met simgames, gegevens uitleest, waarvoor je zelf plug-ins kunt schrijven e.d.). Dat betekende in ieder geval wel dat de communicatie met de servo werkte. Echter, wanneer je op het pedaal drukt, hoort hij naar achter te gaan, op basis van de druk op de loadcell. Hij was echter zo hard als een muur en er was ook geen input te zien.
Omdat dit het belangrijkste deel is van het pedaal, moet het natuurlijk wel werken en het troubleshooten hiervan begon bij de loadcell zelf. De fabrikant geeft aan welke weerstand er moet zijn tussen bepaalde draden van de loadcell en welke spanning. Met een multimeter heb ik geverifieerd dat dit klopte. Tussen twee van de draden loopt de spanning op vanaf nul, wanneer er meer druk komt op de loadcell. Ook dat gebeurde netjes, dus kon ik deze uitsluiten.
Uiteindelijk kom je dus uit bij de adc. Deze moest eerst even gedesoldeerd worden van een verzamelbordje. Deze heb ik uiteindelijk ook voorzien van headers waar je gewoon iets in kunt prikken, zodat het weer makkelijk uit elkaar te halen valt. Eigenlijk kon ik in eerste instantie niet vinden wat er stuk zou zijn aan de adc, dus heb ik preventief een nieuwe besteld. Terwijl deze onderweg was, heb ik de datasheet van de betreffende adc-chip doorgenomen. De print zelf klopte wel; wat echter heel gek was, is dat op élke pin, zowel inkomend als uitgaand, een 10K-ohmweerstand zat, zowel op de communicatielijnen als de inkomende adc-inputpins. De datasheet gaf aan dat deze 100 ohm moesten zijn en er werd nergens 10K genoemd. De nieuwe kwam even daarna binnen en die bevestigde dit. Daar waren alle weerstanden die op mijn oude 10K ohm waren, 100 ohm. Na het omprikken werkte alles dan ook meteen. Als ik de weerstanden op mijn oude vervang door 100 ohm, heb ik wel al meteen een adc voor een tweede pedaal.
Inmiddels heb ik het pedaal uitgebreid getest in een paar lange racesessies. Het bevalt heel goed, zeker voor een diy-project. De uiteindelijke kosten liggen ongeveer rond de 400 euro en het echte product gaat voor ongeveer 2500 euro over de toonbank. Niet slecht. In de loop van de tijd wil ik nog een aantal onderdelen die nu 3d-prints zijn vervangen door cnc-onderdelen, met name de onderdelen waar veel stress op komt. Komende tijd ga ik aan de slag met een tweede om te dienen als gaspedaal.
De beste UX voor een smarthomedashboard

Hoofdredacteur
Wie weleens de podcast beluistert, weet dat ik in de basis vind dat in een smarthome dingen automatisch moeten gebeuren. Als mijn vrouw of ik meerdere keren per dag een app of een dashboard moet openen, dan heb ik ergens gefaald. Maar toch, soms kan het even niet anders en dan is het fijn om een intuïtief werkend dashboard te hebben.
Eerder dit jaar was ik daarvoor helemaal opnieuw begonnen, op basis van de nieuwe Sections-functionaliteit die toegevoegd was aan Home Assistant. Per ruimte had ik een prachtig overzicht van alle apparaten: van lampen en bewegingssensors tot zonwering en klimaatbeheersing. Elke pagina was zo clean mogelijk, terwijl ik tegelijkertijd ook met handige icoontjes en kleurverschillen aan kon duiden wat de status van een apparaat was. Hoewel ik geen enkele ervaring heb met UX-design en sowieso niet enorm visueel ben aangelegd, was ik trots op wat ik had neergezet.
Maar het werkte niet. Althans, het werkte niet lekker. Hoewel ik het hele dashboard zelf ontworpen had, was ik nog regelmatig aan het zoeken. In plaats van dat ik apparaten compleet op intuïtie kon bedienen, moest ik te vaak nadenken over waar precies in het dashboard ik moest zijn.
De reden was heel simpel: ik was uit het niets begonnen met bouwen, zonder mijn eigen behoeften en gedachten goed in kaart te brengen. Ik heb vaak genoeg over de schouders van ons productteam meegekeken om te weten dat je bij het ontwerpen van een interface begint bij de gebruiker. Wat wil een gebruiker bereiken? Hoe denkt een gebruiker daar te kunnen komen? Wat voelt daarbij logisch? Wat niet?
Als ik dat bij mijzelf had gedaan, dan had ik meteen ontdekt dat ik helemaal niet in ruimtes denk. Als ik op de bank zit en het licht in de bijkeuken naar mijn mening niet snel genoeg uitgaat, dan denk ik niet eerst ‘bijkeuken’, maar ‘er moet een lamp uit’. Als ik op een bloedhete avond de airco in de slaapkamer aan wil zetten, denk ik ‘koelen’. Maar omdat mijn dashboard opgedeeld was in ruimtes, moest ik dus uit mijn normale denkpatroon stappen en eerst bedenken in welke ruimte ik iets wilde bedienen.
De eerste twee screenshots tonen het oude dashboard, de laatste twee het nieuwe.
Toen ik dat eenmaal doorhad, ben ik wederom from scratch een dashboard gaan bouwen, ditmaal ingedeeld op basis van apparaattype. Ik heb dus tabjes voor lampen, klimaatbeheersing, energie, sensors en de robotstofzuiger. De hoofdpagina toont veelgebruikte functionaliteit zoals schakelen van scènes, ver-/ontgrendelen van de voordeur en enkele sensors met informatie die ik regelmatig raadpleeg, zoals de reistijd van en naar het Tweakers HQ.
Ook al ben ik net overgestapt, het ‘klikt’ allemaal tot nu toe een stuk beter. Ik ben benieuwd hoe dit de komende tijd gaat bevallen. Overigens ben ik niet zo naïef om te denken dat ik het gehele dashboard nooit meer compleet omgooi, dat is ergens ook de lol van aan een smarthome blijven knutselen.
Thermostaatpraat

Reviewer
Terwijl ik dit schrijf, kondigt de omslag in het weer van de afgelopen week de herfst aan. Dat betekent dat de warmte van de zomer langzaam uit de muren van het huis wegsijpelt en de kachel weer wordt opgepookt, althans, de cv-ketel in mijn geval. Voor de zoveelste keer is dat dit jaar weer spannend, want ik heb weer eens een nieuwe thermostaat. Nadrukkelijk weer, want in de afgelopen zes stookseizoenen heb ik een even groot aantal thermostaten versleten. En dat niet altijd even vrijwillig ...
De ‘domme’ Honeywell Modulation die met het huis meekwam was na de winter snel vervangen door een Nest v3. Dit was tot op de dag van vandaag verreweg de mooiste thermostaat die op dat plekje aan de muur heeft gehangen, maar absoluut niet de nauwkeurigste. Daarnaast was de Nest nogal cloudafhankelijk en -hongerig. De integratie met Home Assistant was destijds ook al geen fantastische ervaring. Het gras leek groener aan de overkant, dus de Nest verhuisde na één seizoen naar mijn broertje en werd opgevolgd door een Plugwise Anna. Anna was een stuk beter af te stellen, maar het uiterlijk was wel een beetje fantasieloos. Op zich was ik tevreden met Anna maar het basisstation gaf na een seizoen de geest, vermoedelijk door defect flashgeheugen.
Een alternatief met meer instelmogelijkheden kon ik niet vinden, dus ik besloot het vierde jaar een OpenTherm Gateway te combineren met de slimste domme thermostaat die ik ken: de Remeha iSense. Deze combinatie beviel beter dan alle voorgaande thermostaten. Aan de iSense merk je dat het apparaat is ontwikkeld om een goede en uitgebreid instelbare thermostaat te zijn in plaats van ‘slim’ (ofwel, connected). Voor thuiswerken leek het me uiteindelijk handiger om de thermostaat met me mee te kunnen nemen naar de ruimte waar wordt gestookt, dus werd de bedrade iSense na een jaar ingeruild voor een draadloze.
Ik weet niet of je zaken ook moet afkloppen als je ze opschrijft, maar ik prijs me gelukkig dat bij mij maar zelden wat stuk gaat. Behalve die Anna, en na een jaar blijkt ook het basisstation van de iSense de pijp aan Maarten te hebben gegeven. Hier kwam ik achter nadat ik de boel weer aansloot na het afronden van mijn review van de Tado-thermostaat. Gelukkig ben ik inmiddels een ervaren thermostaatmonteur zonder paniek, dus kon ik de hele zomer rustig gaan denken over een oplossing voor het aankomende stookseizoen.
Inmiddels had ik het wel een beetje gezien met domme slimme thermostaten. Hoewel Tado bijvoorbeeld een mooi systeem biedt waar ik in mijn eigen huis ervaring mee op heb kunnen doen, waren het stookgedrag en de instellingsmogelijkheden (voor mij) onvoldoende. Het werd liever geen ‘slimme’ dus, maar een goed instelbare domme thermostaat zonder netwerkverbinding is ook niet bepaald goedkoop. Daarnaast had ik de OpenTherm Gateway nog hangen. Die kan zelfstandig niet volwaardig functioneren als thermostaat, daarvoor mist het apparaat lerende functies en temperatuursensors.
Home Assistant heeft die mogelijkheid in theorie natuurlijk wel en na even zoeken kwam ik bij de Smart Autotune Thermostat-integratie. Die pakt de invoer van een binnen- en buitentemperatuursensor en stuurt daarmee via de OpenTherm Gateway slim de cv-ketel aan, met maximale controle over alle parameters. Precies wat ik zocht eigenlijk, dus nu is het vooral bidden dat dit de ultieme oplossing is. De eerste test op een dag waarvan het weer eigenlijk nog te warm was, leek alles al prima te werken zonder gekke temperatuurschommelingen of pendelende ketel, maar de echte kou moet natuurlijk nog komen. Gelukkig ligt de domme Honeywell in een hoekje te wachten om in een noodsituatie de held uit te kunnen hangen, al hoop ik stiekem dat die rol ‘m bespaard blijft en ik nu eindelijk de ideale thermostaat bij elkaar heb geknutseld.
Zonder domme of slimme thermostaat aan de wand blijft er een lelijk gat achter. Daar stond tactisch een flipperkast tegenaan om dat af te dekken maar dat kon natuurlijk niet permanent zo blijven. Het werd ook eens tijd om de Sonoff NSPanel in te zetten. Die lag immers alweer een tijdje klaar voor dat doel. De NSPanel is beter op zijn plek dan welke thermostaat dan ook. Naast de verwarming bedien ik er ook het licht en alarm mee. De twee vrij instelbare klikknoppen zijn ideaal voor het triggeren van scènes en automatiseringen en als ‘ie ‘slaapt’ heb ik eindelijk weer een klok aan de muur. Toch mis ik af en toe stiekem nog steeds wel de Nest ... maar dan toch echt wel enkel het uiterlijk, daar kon Anna niet aan tippen.
De EV koop je steeds minder voor de financiële voordelen

Nieuwsredacteur
Lang had de EV vele financiële voordelen vanuit de Nederlandse overheid. Geen (of weinig) bijtelling voor de zakelijke rijder, subsidies voor de aanschaf, geen wegenbelasting voor de particuliere bestuurder … De laatste jaren werden die financiële prikkels echter steeds verder afgebouwd. Heel gek is dat niet: de EV wordt alsmaar goedkoper en komt daardoor meer binnen Jan Modaals bereik. De EV zou die financiële stimulering daardoor niet langer nodig hebben, is de gedachte. Zeker als je thuis ‘gratis’ kan laden met je zonnepanelen, valt de Excel-spreadsheet steeds sneller uit in het voordeel van de EV, zelfs met lagere belastingsteun.
Recent maakte de overheid bekend een belangrijke ‘steun’ versneld te laten vallen: vanaf 2026 moeten EV’ers significant meer wegenbelasting (of mrb, als je het formeel wilt houden) betalen dan nu. Nu betalen ze helemaal niks, volgend jaar een beetje, het jaar daarna flink meer. De 100 procent korting die EV’s nu op de mrb krijgen, wordt namelijk in 2025 75 procent, om vanaf 2026 25 procent te worden. Een EV kost daardoor maandelijks 75 procent van een benzineauto van hetzelfde gewicht.
Het probleem is alleen dat benzineauto’s niet hetzelfde gewicht hebben als EV’s. Die EV’s zijn door die accu’s aanzienlijk zwaarder dan een vergelijkbare auto met vroemvroemmotor. Die ‘korting’ van 25 procent is daardoor in de praktijk niet echt een korting.
Laten we het voorbeeld pakken van de Peugeot 208. Deze auto is uitgebracht als benzineauto en EV. De elektrische variant weegt 1430kg, terwijl de benzineversie 1065kg weegt. In Noord-Holland betaal je voor die EV vanaf 2026 162 euro per kwartaal, terwijl die benzineversie 139 euro per kwartaal gaat kosten. In dit geval scheelt het ‘maar’ acht euro per maand. Ook bij de populaire Volvo EX40 scheelt de mrb tussen benzine (1480kg, 241eu) en elektrisch (1940kg, 258eu) niet héél erg veel.
De Golf, een populaire auto in Nederland, versus de ID3? Voor de Golf maak je 164 euro per kwartaal over naar de Belastingdienst, de ID3 kost inclusief 25 procent korting straks 220 euro per kwartaal. De ID3 is íets groter, maar zo significant is het verschil ook niet. Toch betaal je voor die EV straks twee tientjes in de maand meer.
Van links naar rechts: Peugeot e-208, Volvo EX40 en Volkswagen ID3
Per maand wordt de EV dus duurder dan de benzineauto, waarbij het verschil per auto anders zal zijn. Hoe dan ook: de EV koop je straks niet meer voor de financiële voordelen. En dat is jammer. Want de overstap van fossiel naar EV kent voor veel mensen al een ‘drempel’, al is het maar omdat het ‘anders’ is. Sowieso werkt (snel)laden anders dan tanken, waarbij dat laden soms minder transparant en een stuk frustrerender kan zijn dan tanken. Ik ben nog nooit een benzinepomp tegengekomen die er geen zin in had, maar mijn ervaringen met snelladers zijn helaas niet vlekkeloos.
Er zijn meer dan genoeg mensen die hier tijd en energie in willen steken, maar er zijn ook mensen voor wie de auto een stukje ‘gemak’ is. Een auto die je zo nu en dan moet volgieten met een fossiele vloeistof, die daarna zonder problemen weer honderden kilometers kan rijden. Ik heb de afgelopen jaren met veel plezier in verschillende EV’s gereden, maar iedere keer besef ik wel weer dat ze niet zo ‘eenvoudig’ zijn als fossiele auto’s. Goedkoop in gebruik? Dat zijn ze straks ook niet meer.
Gelukkig is er wel een silver lining. Als EV’s door dit beleid inderdaad minder aantrekkelijk worden, zoals ik en anderen denken, dan betekent dat vermoedelijk/hopelijk ook dat EV’s op de tweedehandsmarkt in prijs zullen zakken. Waardoor die I-Pace die ik stiekem graag ooit een keer wil kopen steeds dichterbij komt. Helaas moet ik er dan wel bijna honderd euro per maand voor overmaken aan de Belastingdienst, maar ja, dat doe ik nu ook al voor mijn huidige Jaguar, een fossiele XJR.