De grote vraag is hoe het veld er over pakweg vijf jaar uitziet. Hoe dominant is h264 dan nog en heeft diens opvolger dan echt het stokje overgenomen of blijven de licentiecomplexiteit en het daarmee gepaard gaande negatieve imago de h265-codec parten spelen? Av1 is specifiek in het leven geroepen als reactie op de licentiechaos die h265 heeft gecreëerd en lijkt daarmee automatisch een streepje voor te hebben. Mpeg reageerde weer op het ogenschijnlijke royaltyvrije karakter van av1 door evc uit te brengen. En het duurt nog wel even voordat vvc echt tot leven komt, maar hoe levensvatbaar deze zeer geavanceerde maar zeer complexe codec wordt, is nog niet te zeggen. Het is lastig het landschap van over vijf, laat staan tien jaar te schetsen. Veel hangt af van marktbeslissingen, hoe goed codecs (verder) worden ontwikkeld, of er voldoende hardwarematige ondersteuning komt en of er voldoende goedwerkende decoders verschijnen. Het is misschien ook veelzeggend dat er allerlei bedrijven zijn die in meer dan één codec hebben geïnvesteerd. In zekere zin is dat wedden op meer dan één paard.

Leonardo Chiariglione, een Italiaanse technicus en medeoprichter van mpeg, durft ook nog geen duidelijke winnaars en verliezers aan te wijzen, al is hij wel duidelijk over de organisatie die hij in 1988 heeft opgericht en waaruit hij in juni van dit jaar vertrok. Hij omschrijft het als een 'feodale organisatie' met de nodige logheid en waar onnozele bureaucraten de dienst uitmaken. Veel vertrouwen in mpeg heeft hij niet, maar volgens hem is er vanuit technisch oogpunt weinig dat de drie mpeg-codecs - vvc, evc en lcevc - kan laten ontsporen. Hij stelt dat het gat dat hevc heeft achtergelaten, is opgevuld door av1 en dat vvc zomaar hevc achterna kan gaan, mede doordat het aantal patenthouders volgens hem bij vvc nog veel groter is.
Het in 2018 in het leven geroepen Media Coding Industry Forum, bedoeld om de adoptie van mpeg-standaarden en het licentieproces te bespoedigen, heeft volgens de Italiaan nog weinig voortgang geboekt. Hij zegt dat het je ook moeilijk voor te stellen is dat vvc het beter gaat doen dan hevc. Het kan weleens een heel donker scenario worden voor vvc, omdat de adoptie ervan in de broadcastwereld jaren zal duren, als het al gaat gebeuren, aldus Chiariglione. Evc, een standaard die hij eigenhandig heeft gestimuleerd, acht hij veelbelovend, omdat de kwaliteit vergelijkbaar is met of beter is dan die van av1, maar dan moet er wel een licentie komen en zover zijn Qualcomm, Samsung en Huawei nog niet. Chiariglione zegt dat het hem nooit te doen was om het succes van evc, maar dat evc interne competitie teweegbrengt en zodoende de kansen van vvc kan vergroten. De eenvoudigere en flexibelere licentiesituatie bij evc en av1 kan ertoe leiden dat vvc-patenthouders gedisciplineerd worden en niet anders kunnen dan komen met een degelijke licentie. "Hoewel ik zo'n ontwikkeling verwelkom, schat ik de kans dat dat gebeurt niet hoog in."
Av1 toch niet royaltyvrij?
Is av1 dan echt niet te stoppen? De codec wordt veelal gepresenteerd als het royaltyvrije alternatief, maar dat beeld behoeft toch de nodige nuance. Sisvel heeft in maart een av1-patentpool aangekondigd. De oorspronkelijke pool bestond uit JVC Kenwood, NTT, Orange, Philips en Toshiba, die overigens ook allemaal patenten in licentie geven aan MPEG LA. Sisvel werd echter benaderd door verschillende bedrijven, waarbij hun ip-claims werden onderzocht. Dat leidde tot negen nieuwe leden voor de patentpool, waaronder Dolby Labs en Ericsson.
De verwachting is dat de deelnemers komen tot een licentie voor bijna tweeduizend av1-patenten. Volgens Sisvel-ceo Mattia Fogliacco is dit een logische ontwikkeling. Hij geeft aan dat het doel van de Alliance for Open Media, het niet hanteren van royalty's, erg moeilijk is. "Elke videocodeertechnologie van de afgelopen dertig jaar is het resultaat van samenwerkingen tussen bedrijven en investeringen van die bedrijven. Het is moeilijk te geloven dat één groep, zelfs een alliantie met de grootte van AOMedia, alle technologie kan ontwikkelen die leidt tot een videocodec." Volgens Fogliacco zijn de voorgestelde av1-royalty's, te weten een standaardtarief van 0,32 dollar voor consumentenbeeldschermapparaten en 0,11 dollar voor consumentenapparaten zonder beeldscherm, redelijk en zal AOMedia dat ook erkennen.
De consument
Wat moet de consument die graag naar streamingdiensten kijkt, weleens video's maakt en uploadt, en zelfs weleens een eigen blu-ray ript, met al deze ontwikkelingen? De betere efficiëntie van nieuwere codecs is in theorie goed nieuws voor iedereen, maar betekent ook meer eisen aan de hardware. En als de bitratebesparingen alleen worden gebruikt om aan de kant van de aanbieder kosten te besparen, heb je er als consument niet veel aan. Lagere bandbreedtes voor dezelfde kwaliteit is vooral goed nieuws in regio's waar mobiel gebruik dominant is of waar beperkte data-abonnementen zijn. Een gemiddelde consument in Nederland met een snelle breedbandverbinding en geen datalimiet heeft in principe weinig aan besparingen op de bandbreedte, tenzij Netflix, Disney+, Amazon Prime en andere streamingdiensten de extra headroom gebruiken om ook de kwaliteit een boost te geven.
In deze coronatijd zien we dat de steamingdiensten maar wat graag voldoen aan een bedenkelijk verzoek vanuit de EU om de kwaliteit van de streams te verlagen. Het aanbieden van lossless audioformaten of het hanteren van bitrates die de 20Mbit/s halen en voorbijgaan, lijkt voorlopig toekomstmuziek. De betere compressie van de nieuwere codecs maakt het mogelijk om de streamingkwaliteit te verbeteren, maar in hoeverre dat gaat gebeuren, hangt af van de commerciële keuzes van deze bedrijven. De bitrate van minder dan 1,5Mbit/s waarmee sommige hd-streams het momenteel nog moeten doen, zegt wellicht veel over de manier waarop de betere compressie zal worden ingezet.