Google heeft een schikking bereikt met de Amerikaanse Federal Trade Commission over het privacybeleid van zijn Buzz-dienst. Het privacybeleid rondom Googles communicatiedienst zal elke twee jaar door een externe partij worden beoordeeld.
Google geeft op zijn weblog toe dat het fouten heeft gemaakt bij de introductie van Buzz. Het bedrijf heeft naar eigen zeggen niet genoeg aandacht besteed aan het privacybeleid. De FTC tikte de zoekgigant hierover op de vingers, waarna beide partijen afspraken hebben gemaakt over hoe Google in de toekomst omgaat met gegevens van Buzz-gebruikers. Zo zal Google gebruikers nu expliciet om toestemming vragen als het opgeslagen data op nieuwe manieren wil gebruiken. Gedurende de komende twintig jaar zal een externe partij elke twee jaar een rapport over het privacybeleid samenstellen.
Google lanceerde Buzz begin 2010, maar kwam al snel onder vuur te liggen over de privacy-instellingen. Buzz maakte automatisch een netwerk van contacten, maar het hele netwerk bleek voor alle gebruikers van dat netwerk zichtbaar. Daardoor kon iedereen zien wie vaak met iemand e-mailt. Google paste de instellingen van Buzz snel aan en voegde tevens een optie toe om de dienst uit te zetten.
Volgens de FTC, dat onder andere opkomt voor de rechten van consumenten, was de manier waarop Google de dienst introduceerde misleidend. Zo was niet duidelijk voor Gmail-gebruikers welke gegevens gedeeld werden. Zelfs als ze aangaven geen lid van Buzz te willen worden, werden enkele gegevens openbaar gemaakt.
Het onderzoek van de FTC was onder meer aangevraagd door enkele Amerikaanse politici, maar ook gebruikers ondernamen stappen tegen Buzz. Google moest zich vorig jaar verdedigen in een class action-rechtszaak, aangespannen door gebruikers die meenden dat onzorgvuldig met hun persoonlijke gegevens was omgesprongen. Google schikte uiteindelijk voor 8,5 miljoen.