AMD lanceert halverwege het jaar met zijn 'Barcelona'-processor de eerste 'native' quadcore-cpu - waarbij alle cores op één chip zijn geëtst. De fabrikant staat technisch achter die keuze, maar stelt achteraf dat het wellicht eerst voor Intels methode had moeten kiezen.
'Als ik iets had kunnen veranderen dan was het dat we onmiddelijk een MCM-ontwerp de deur uit hadden gedaan, want er is gewoon vraag naar', zo zegt voormalig Philips-manager Mario Rivas, het kersverse hoofd van de processordivisie bij AMD - waarmee gelijk duidelijk is waarom hij zijn invloed op de recente releasebeslissingen niet kon laten gelden. Rivas doelt op Intels Xeon-quadcoreprocessor, die feitelijk uit twee aanelkaargeknoopte dualcores bestaan - een methode waardoor Intel zijn quadcore-cpu's efficienter kan produceren en ze sneller op de markt kon brengen. Daar staat tegenover dat gegevens tussen de cores bij een geïntegreerd ontwerp sneller kunnen worden uitgewisseld.
AMD's beslissing om te wachten tot het klaar is met een dergelijk ontwerp betekent dat Intel een flinke inhaalslag op servergebied heeft kunnen maken, tot op het punt waarop ook Sun overweegt om Intel-chips in zijn servers te gaan gebruiken. Net als AMD-topman Randy Allen, die fabrikanten eerder opriep op de Barcelona te wachten, toont Rivas uiteraard vertrouwen in de impact die de 'echte quadcores' van AMD-huize zullen hebben: 'De lancering van de Barcelona is van net zoveel belang voor de x86-wereld als de release van de Opteron destijd', zo stelt het processordivisiehoofd. Intel komt naar verwachting een half jaar later met een geïntegreerde quadcoreprocessor.