In 32bit is de Opteron niks meer dan een snellere Athlon MP, waarom zouden de mensen dan wel overstappen?
De Opteron is ook in 32-bit een veel betere serveroplossing dan de Athlon MP. Een aantal voordelen:
- De Opteron biedt een upgradepad naar 64-bit. Klanten kunnen in hun eigen tempo overstappen op 64-bit software (besturingssysteem als eerste) en oude 32-bit ook onder een 64-bit OS behouden. Bij de Itanium 2 gaat dat allemaal wat lastiger en bovendien zijn de kosten van Itanium 2-systemen veel hoger.
- De prestaties van de Opteron zijn in veel applicaties superieur aan de huidige Xeons. De Athlon MP was in den beginne ook superieur aan de Pentium III en de eerste Foster Xeons, maar het ziet er nu naar uit dat AMD de voorsprong (of in ieder geval gelijkstand) op het gebied van prestaties langer zal volhouden. De huidige Opterons zijn erg conservatief geklokt en presteren ook in niet-geoptimaliseerde omgevingen erg goed. NUMA- en AMD64-software optimalisaties kunnen de prestaties nog een heel eind verbeteren op dezelfde hardware.
- De schaalbare architectuur van de Opteron zorgt niet alleen voor betere prestaties maar waarschijnlijk ook voor lagere implementatiekosten van multi-processor systemen. De kosten voor chipsetontwikkeling zijn veel lager.
- De Opteron is in tegenstelling tot de Athlon MP ook toegepast worden in 4-way systemen. Newisys heeft 4-way systemen in ontwikkeling die opgeschaald kunnen worden tot een 32-way single system image. De Opteron is bovendien erg bescheiden qua stroomverbruik, waardoor hij beter beschikt is voor compacte behuizingen (1U servers en serverblades). Serverbouwers kunnen de Opteron in een breed scala aan producten gebruiken. De Athlon MP was alleen geschikt voor 2-way servers en leverde niet voldoende prestaties toen de P4 Xeon-lijn eenmaal op gang kwam. De Athlon MP was daardoor niet meer interessant voor de grote serverbouwers (die rekening moeten houden met hoge kosten als zij een nieuw serverplatform willen ontwikkelen, niet alleen vanwege ontwerp van moederborden e.d., maar ook validatie en support en de voorbereidingen die daaraan vooraf gaan).
- De Opteron heeft betere RAS (Reliability, Availability & Serviceability) features dan de Athlon MP. Voorbeelden zijn chipkill, ECC protectie op de caches, hotplug PCI-X, een degelijke heatspreader, Thermtrip overhittingsbeveiliging en de uitgebreide managementsoftware en -hardware van Newisys.
Veel floatingpoint applicaties draaien fors sneller op de Itanium, veel gebruikt bij onderzoek, wat een groot deel van de 64bit markt is.
De Athlon MP was al populair als HPC (Hight Performance Computing) / cluster-oplossing. De Opteron zal in die markt ook heel aardig kunnen presteren. HPC-toepassingen zijn vaak erg specifiek waardoor optimalisaties voor de specifieke processorarchitectuur (bijv. dmv een simpele hercompilatie) in veel gevallen uitgevoerd kunnen worden. De Itanium 2 heeft betere floating point prestaties dan de Opteron, maar eenvoudige dual Opteron clusterservers zullen veel goedkoper zijn dan dual Itanium 2-systemen. Aangezien het idee van clustering juist is om met veel low-end systemen tegen een relatief lage prijs veel rekenkracht te verkrijgen, kan de Opteron een hele goede oplossing zijn.
Verder zijn 64-bit systemen ook zeer interessant voor database-servers en grote file- of mailservers. Dat zijn toepassingen waarin de Opteron zonder optimalisaties in 32-bit modus al erg goed presteert. Veel bedrijven die nu hun databases op x86-hardware hebben draaien, lopen tegen de 4GB limiet en zijn op zoek naar een betaalbare oplossing voor dat probleem. De Opteron zal met 64-bit software op systemen met meer dan 4GB RAM veel beter presteren dan de Xeon met PAE-extensies.
Daarom vind ik dit nieuws zeer nuttig, gewoon de nuchtere kijk op de zaak, en niet vooruit lopen op een product.
Het succes van de Opteron (als dat er al komt) zal inderdaad langzaam op gang moeten komen. Toen de eerste Xeons gebaseerd op de Foster-core werden aangekondigd, stonden de grote OEMs ook niet meteen te trappelen om nieuwe Xeon-producten aan te kondigen. De kleinere fabrikanten kunnen eerder met producten op de markt komen omdat zij hun hardware niet op maat laten maken (hooguit bij de behuizing gebeurd dat) en veel minder investeren in validatie en support. Voor de kleinere fabrikanten biedt een nieuwe architectuur ook veel meer kansen dan voor een grote fabrikanten die zich liever niet zal branden aan een architectuur die nog niet voldoende is getest. AMD is sterk in het nadeel vanwege de grote macht van Intel. Intel zal capitulerende OEMs terugpakken door kortingen of marketingbudgetten te beperken. AMD's producten moeten dus wel erg goed zijn, duidelijke unieke mogelijkheden moeten bieden of erg aantrekkelijk geprijsd moeten zijn om OEMs zover te krijgen dat zij AMD-servers gaan leveren.