De lidstaten van de EU en het Europese Parlement hebben een akkoord bereikt over maximumtarieven voor mobiel bellen over de grens. Dit komt waarschijnlijk echter net te laat voor de zomervakantie.
Er is afgesproken dat de kosten gedurende een periode van drie jaar gestaag worden verlaagd, waarna de maximumprijzen weer worden losgelaten tenzij het EP ze via een nieuwe stemronde opnieuw vastlegt. In het eerste jaar mag er voor het plegen van een telefoontje over de grens niet meer worden gevraagd dan 49 eurocent per minuut, en 24 eurocent voor het binnenkrijgen van een gesprek, exclusief btw. Een jaar later zakken de prijzen dan naar 46 eurocent en 22 eurocent, en in het derde jaar naar 43 en 19 cent. Zoals kon worden verwacht liggen deze bedragen ongeveer tussen de 'consumentvriendelijke' en de 'industrievriendelijke' tarieven, zoals die werden voorgestaan door respectievelijk de Europese Commissie en de lidstaten.
De hoge internationale tarieven worden veroorzaakt doordat telecombedrijven elkaar geld in rekening brengen voor het gebruik van elkaars netwerken, en dit doorberekenen aan de klant. Deze zogeheten 'roamingkosten' worden dan ook expliciet door het voorstel ingeperkt: een telco mag niet meer dan 30 eurocent per minuut aan een collega in rekening brengen voor het gebruik van zijn telefoonnetwerk; in het derde jaar zakt dit naar 26 cent.
Naar verwachting stemt het Europees Parlement in juli over de voorstellen, en bij aanname worden de nieuwe tarieven onmiddelijk wet. Consumenten zullen zich gedurende de eerste drie maanden bij hun telecomprovider aan moeten melden om voor de lagere prijzen in aanmerking te komen, daarna worden ze automatisch aan alle klanten doorberekend. Dit is vermoedelijk een handreiking aan de telco's, die zo deze zomer nog kunnen genieten van de inkomsten van klanten die de moeite van een belletje naar hun telco niet nemen. Een aantal populaire vakantielanden, die veel belastinggeld binnenhengelen dankzij bellende vakantiegangers, waren overigens tegen de maximumtarieven, en het feit dat de prijsaanpassingen op zijn vroegst pas in oktober voor iedereen moeten gelden, kan ook als een handreiking aan deze landen worden gezien.
De telecombedrijven hebben verdeeld op het voorstel gereageerd. Volgens David Pringle van de GSM Association, waar grote telco's zoals Vodafone lid van zijn, zijn de maximumtarieven te laag en laten ze geen ruimte voor concurrentie. De Belgische telco Base is het daar niet mee eens en heeft zijn tarieven vooruitlopend op de wetgeving nu al aangepast naar 35 eurocent om vanuit het buitenland naar België te bellen en 30 cent om een gesprek te ontvangen, inclusief btw. 'Dat laat zien dat er voldoende bewegingsruimte is om aan de wensen van de consument te voldoen', zo laat een woordvoerder van de telco weten. De Britse regering heeft teleurgesteld op de plannen gereageerd, en stelt dat dit zijn telecomindustrie een half miljard euro per jaar gaat kosten. Ook waarschuwen de Britten dat de prijs van een mobieltje er met ongeveer 35 euro door kan gaan stijgen.
In Nederland heeft telcotoezichthouder Opta overigens besloten dat mobiele aanbieders minder in rekening mogen brengen voor het tot stand brengen van een verbinding van een vaste naar een mobiele telefoon. Deze kosten bedragen nu nog 12 eurocent maar zullen stapsgewijs worden verlaagd. In juli dalen de kosten naar om en nabij de 10 eurocent om twee jaar later op 7 cent uit te komen. Volgens het besluit van de Opta moeten deze prijsverlagingen worden doorberekend aan de consument.