De prijzen voor vast internet liggen in Nederland hoger dan in de meeste andere Europese landen. Dat stelt de Autoriteit Consument & Markt in de Marktbeschouwing Nederlandse Telecommarkt. Ook valt op dat voor lagere snelheden gemiddeld meer betaald wordt dan voor hogere.
Nederlanders betalen voor vast internet met een snelheid van maximaal 100Mbps tussen de 31 en 44 euro, blijkt uit het onderzoek van de ACM. Alleen in Ierland en Slovenië liggen die prijzen hoger, namelijk respectievelijk tussen de 40 en 70 euro en tussen de 33 en 43 euro.
Er zijn meerdere factoren die effect hebben op de verschillende prijzen in landen. "Factoren zoals macro-economische omstandigheden, infrastructuur, het aantal concurrerende netwerken, de aard en intensiteit van de concurrentie, regulering, en subsidies voor de uitrol van glasvezel spelen hierbij een rol", aldus de toezichthouder. Toch vindt de ACM dat de resultaten nader onderzoek rechtvaardigen naar de marktwerking en prijzen in het budgetsegment.
De ACM concludeert verder op basis van factuuronderzoek dat huishoudens met internetabonnementen in de laagste snelheidscategorie gemiddeld meer betalen dan voor abonnementen met hogere snelheden. Voor een abonnement tot 100Mbps wordt gemiddeld 44 euro per maand betaald, terwijl voor snelheden tussen de 100 en 250Mbps en tussen de 250 en 750Mbps gemiddeld respectievelijk 38 euro en 41 euro betaald wordt.
De toezichthouder wijt dat aan zogenaamde 'slapende' contracten, die vooral veel in het budgetsegment voorkomen. Dit zijn contracten die al afgelopen zijn, wat betekent dat klanten kunnen verlengen of overstappen. Maar als een abonnement niet verlengd wordt en een klant niet overstapt, dan wordt het abonnement ieder jaar iets duurder, bijvoorbeeld door prijsverhogingen of inflatiecorrectie.
De ACM gaat daarom strenger toezien op het naleven van de informatieplicht, die bepaalt dat aanbieders klanten actief moeten informeren over het aflopen van hun contract. Ook moeten aanbieders klanten jaarlijks informeren over hun voordeligste tarieven. De toezichthouder adviseert consumenten om over te stappen naar een andere aanbieder of om een nieuw contract bij de huidige aanbieder af te sluiten zodra de looptijd van het contract is verstreken. "Voor internetabonnementen met lage snelheden kan dit tot wel 250 euro op jaarbasis schelen. Ook voor mobiele telefonie kan een nieuw contract bij de huidige of een andere aanbieder aanzienlijke besparingen van tientallen euro’s opleveren."