NASA heeft de systemen van de Kepler-ruimtetelescoop in een slaapmodus gezet. Dat deed de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie in juli ook al tijdelijk. Dit wordt gedaan omdat de telescoop erg weinig brandstof heeft.
De NASA meldt dat het onduidelijk is hoeveel brandstof Kepler nog aan boord heeft. De ruimtevaartorganisatie meldt dat het op 9 augustus met succes nog een hoeveelheid data naar de aarde heeft gestuurd; daarna is de telescoop in de slaapstand gezet. Er wordt nu gekeken naar de staat waarin Kepler zich bevindt en welke vervolgstappen kunnen worden genomen.
Op 6 juli werd Kepler ook al in een slaapstand gezet. Dat werd gedaan in voorbereiding op het versturen van de data die tijdens de achttiende observatiecampagne is verzameld. Voor het versturen van de data moet de antenne in de richting van de aarde gemanoeuvreerd worden, waarvoor brandstof nodig is.
Deze campagnes duren tachtig dagen. Het is onduidelijk of er, gelet op de kleine hoeveelheid brandstof, nog een negentiende verkenningsmissie wordt opgestart. Deze had volgens de planning eigenlijk al op 6 augustus moeten beginnen.
Nadat in 2012 een van de vier gyroscopische vliegwielen was uitgevallen, gaf in 2013 ook een tweede vliegwiel de geest. De telescoop was daardoor niet meer precies te richten op de te onderzoeken sterren. De vliegwielen werkten nog wel, maar gaven te veel frictie, waardoor het lastig was om de telescoop te laten oriënteren. Vanaf mei 2014 werd de missie van Kepler, waarbij onder meer naar exoplaneten werd gespeurd, hervat. Daar werd de druk van het zonlicht gebruikt voor de stabilisatie van het ruimtevaartuig.
Kepler heeft tot nu toe 2652 exoplaneten ontdekt, waarvan 325 sinds mei 2014 in kaart zijn gebracht. Daar waar Kepler zich richtte op een relatief beperkt gebied met 150.000 sterren, gaat de officieuze opvolger TESS zich richten op een veel groter gebied. Deze nieuwe ruimtetelescoop is in april gelanceerd en is onlangs begonnen met de zoektocht naar exoplaneten.