Het is vanaf 20 januari mogelijk om een Nederlandse identiteitskaart aan te vragen zonder dat er vingerafdrukken afgegeven moeten worden. Daarnaast wordt de kaart, net als het paspoort, duurder. Daar staat tegenover dat beide identiteitsbewijzen voortaan 10 jaar geldig zijn.
Met de aankondiging dat er vanaf 20 januari een identiteitskaart kan worden aangevraagd zonder dat er vingerafdrukken afgegeven hoeven worden lost minister Plasterk een eerdere belofte in. Voortaan zullen er alleen bij de aanvraag van een nieuw paspoort vingerafdrukken worden afgenomen. Het aantal benodigde vingerafdrukken zal bovendien verlaagd worden naar twee in plaats van vier.
Naast de vingerafdrukloze identiteitskaart, een lang gekoesterde wens van privacyvoorvechters, worden er meer wijzigingen doorgevoerd. Zo gaan vanaf 9 maart de prijzen omhoog: voor een identiteitskaart voor volwassenen moet 52,95 worden betaald in plaats van 41,90 euro. Een id-kaart voor minderjarigen wordt goedkoper en zal in plaats van 31,85 euro zal er 28,36 euro aan leges betaald moeten worden. De geldigheid wordt echter voor volwassenen verdubbeld van vijf jaar naar tien jaar.
Ook paspoorten krijgen voor volwassenen de langere looptijd van tien jaar. De prijzen gaan echter ook omhoog: in plaats van een maximum van 50,35 euro mag een gemeente voortaan hoogstens 66,96 euro in rekening brengen aan volwassenen die het reisdocument aanvragen. Minderjarigen betalen 51,05 euro. Verder verhoogt de overheid de prijzen voor het aanvragen van een paspoort in het buitenland en voor noodpaspoorten.