AMDZone heeft van nVidia hun nForce3 Pro 150 demo moederbord mogen uittesten. Voor deze gelegenheid leverde nVidia het bord uit met een Opteron 144 en vier reepjes geregistreerd DDR400 Cas 2.5 geheugen van Infineon die elk een capaciteit hebben van 512MB. Als vergelijkingsmateriaal deden zowel een Athlon XP 3200+, op een nForce2 Ultra 400 moederbord, als een 3,2GHz Pentium 4, op een i875p moederbord, mee. Deze laatste twee waren tijdens de test uitgerust met Corsair's TwinX XMS3206v1.1 256MB DDR400 geheugenmodules dat op Cas 2 draaide.
De oplettende Tweaker zal hebben opgemerkt dat de Opteron met vier reepjes van 512MB geheugen draaide. Dit levert een totaal op van 2GB aan geheugen. De Athlon en de Pentium 4 maakten tijdens het benchmarken echter gebruik van een niet nader genoemd aantal reepjes van 256MB. In het meest gunstige geval zijn deze twee dus getest met 1GB aan geheugen. In hoeverre dit invloed heeft op de benchmarks is niet bekend, maar houdt er wel rekening mee.
Als eerste worden er een aantal synthetische benchmarks gedraaid. Wat meteen opvalt is de snelheid waarmee de Opteron het geheugen kan aanspreken. Maar als het aankomt op het maken van berekeningen dan zijn de Pentium 4 en de Opteron erg aan elkaar gewaagd. Hetzelfde beeld vinden we terug in de 3DMark 2001 en 3DMark03. Hierna wordt er gebenchmarked met enkele spelletjes. Hieruit blijkt dat de Opteron over het algemeen net iets sneller is dan de Athlon XP. Uiteraard weet de Pentium 4 de Quake III benchmark met een grote voorsprong te winnen, terwijl de Opteron dit in de Unreal Tournament 2003 doet. Een beeld dat we in de meeste andere testen, waarbij een Athlon het tegen een Pentium 4 opneemt, ook zien.
AMDZone sluit af met de Realstorm's Still Sucking Nature demo, de Cinebench 4D XL's Open GL raytracing test en een benchmark van SpecView. Al deze testen leunen volgens AMDZone vooral op de kloksnelheid van de cpu. Dit blijkt dan ook uit de behaalde resultaten. De Pentium 4 weet al deze testen te winnen, gevolgd door de Athlon XP en de Opteron. Door al deze verschillende resultaten is het dan ook moeilijk om een goede conclusie te trekken:
Each CPU has its advantages and disadvantages that are quite apparent. The Athlon has a major disadvantage in the area of memory bandwidth, but its IPC is high. The P4 has a weak IPC, but it makes up for that with a much higher MHz and excellent memory bandwidth. The Opteron has the good IPC, but the lowest clock of all the CPUs. It does however have double the L2 cache, and improves to memory bandwidth to be on par with the P4. Since the Opteron is primarily being aimed at servers the clock disadvantage is not as important as on the desktop where the Athlon and P4 reside. In workstations where the nForce 3 Pro was designed for MHz becomes more of a factor.
The nForce 3 Professional is an excellent implementation of an Opteron workstation chipset, and performance is definitely impressive. The only thing lacking at the moment is more MHz from the Opteron which hopefully we will be seeing on August 4th with a release of a 2GHz 246 model. With no faster Athlons or P4's in the pipe till quarter 4 a 246 Opteron could very well take an overall CPU crown on the workstation.