Het Zuid-Koreaanse parlement heeft een wetswijziging aangenomen die appstores zoals die van Apple en Google dwingt om alternatieve betaalsystemen te accepteren. Bedrijven die zich niet aan de wet houden, riskeren een boete van drie procent van hun omzet in het land.
Met de wetswijziging mogen aanbieders van grote appstores appontwikkelaars niet langer dwingen om bepaalde betaalsystemen te gebruiken, schrijft The Wall Street Journal. Het wordt voor appstore-aanbieders daarnaast verboden om het goedkeuren van apps 'onredelijk lang uit te stellen' of om ze te verwijderen van de appwinkel. Met deze maatregelen wil het Zuid-Koreaanse parlement voorkomen dat appwinkels apps weren die niet de betaalsystemen van een platform gebruiken.
De aangenomen wetswijziging is een reactie op een stap van Google, dat er sinds een jaar scherper op let of appontwikkelaars Googles betaalmethode gebruiken of dit proberen te omzeilen. Wanneer apps Googles of Apples betaalsysteem gebruiken, moeten zij maximaal dertig procent commissie afdragen. Het scherper toezien op het gebruik van deze betaalsystemen van Google kon volgens WSJ rekenen op kritiek van Zuid-Koreaanse appontwikkelaars.
Apple gaf eerder aan tegen de gewijzigde wet te zijn. Het bedrijf claimt dat gebruikers die via externe betaalsystemen apps aanschaffen, een groter risico lopen op 'fraude en privacyinbreuken'. Google zegt dat het proces om de wet te wijzigen is 'gehaast', waardoor negatieve gevolgen voor gebruikers en ontwikkelaars niet volledig duidelijk zouden zijn. Wanneer president Moon Jae-in de wetswijziging ondertekent, treedt deze in werking.
Het verplichten van de betaalsystemen staat in meer landen onder druk. Zo dienden drie Amerikaanse senatoren eerder in augustus een wetsvoorstel in dat net als de Zuid-Koreaanse wetswijziging appwinkels verplicht om externe betaalsystemen toe te staan. Daarnaast beschuldigde de Europese Commissie Apple eerder van concurrentievervalsing vanwege de verplichting voor muziekstreamingdiensten om Apples betaalsysteem te gebruiken.