De Riaa heeft een zaak tegen een man gewonnen omdat deze bewijslast vernietigde door zijn harde schijf te formatteren. Eerder boekte de man nog een overwinning toen een rechter oordeelde dat aanbieden niet hetzelfde is als verspreiden.
Die eerdere beslissing impliceerde dat de muziekindustrie moet aantonen dat er daadwerkelijk dataoverdracht had plaatsgevonden om iemand veroordeeld te krijgen. De muziekmaatschappijen waren er echter niet in geslaagd te bewijzen dat dit was gebeurd met de 42 door Mediasentry gedetecteerde muziekbestanden in de gedeelde map van Jeffrey Howell, en leek het erop dat de platenlabels achter het net zouden gaan vissen.
De forensische experts van de Riaa ontdekten echter dat Howell op vier verschillende momenten, na ontvangst van de beschuldigingsbrief met schikkingsvoorstel, en ook na te zijn gedagvaard, bewijslast vernietigde. De man verwijderde de Kazaa-filesharingapplicatie en alles in de gedeelde map, formatteerde zijn harde schijf en downloadde en gebruikte bovendien nog een extra programma om van achtergebleven bestandsmateriaal af te komen. Ook alle Kazaa-logfiles moesten eraan geloven.
De advocaten van de muziekindustrie dienden dan ook een motie in om de rechtszaak alsnog in hun voordeel te laten beslechten. De rechter ging mee in deze redenatie, schrijft Ars Technica. Het had anders kunnen uitpakken als de man uit geldgebrek niet had besloten zichzelf te verdedigen, stelt de Electronic Frontier Foundation. De EFF heeft nog geprobeerd om Howell aan een pro-deo-advocaat te helpen die de zaak zou doen voor trainingsdoeleinden, maar naar verluidt had niemand trek om tegen de muziekindustrie ten strijde te trekken.
Ars Technica vermoedt dat de zaak uiteindelijk eindigt op een vergelijkbare manier als die van de Mpaa tegen Torrentspy: ook in die zaak zou bewijsmateriaal zijn vernietigd en moest uiteindelijk een flinke schadevergoeding worden opgehoest. Hoe groot de schade voor Howell wordt, moet nog worden vastgesteld. Als het bedrag van 750 dollar per nummer uit zaken van eerder dit jaar wordt gehanteerd, hikt de man naast de kosten van de rechtszaak tegen een rekening van ruim 30.000 dollar aan. Eerder deze maand oordeelde een rechter overigens wel dat het door de Riaa in deze zaak geëiste bedrag te hoog was.