Zowel de Motion Picture Association of America als de Electronic Frontier Foundation hebben hun mening gegeven over de vraag of aanbieden van muziek via filesharing neerkomt op het verspreiden ervan.
In de rechtszaak tegen de van filesharing beschuldigde Jammie Thomas, gaf rechter Michael Davis de instructie aan de jury om het aanbieden van muziek te beschouwen als het verspreiden ervan. Thomas werd dan ook binnen vijf minuten schuldig bevonden aan auteursrechtschending. Na kritiek begon rechter Davis aan zijn beslissing te twijfelen en nodigde hij belanghebbenden en deskundigen uit om er commentaar op te leveren. Nadat eerder deze week al een groep professoren oordeelde dat aanbieden niet automatisch hetzelfde is als verspreiden, kwamen vrijdag ook de Mpaa en de EFF met hun oordeel in deze zaak.
Zoals kon worden verwacht vindt de Mpaa dat aanbieden van bestanden via filesharing wel degelijk moet worden beschouwd als verspreiden. Een argument van de organisatie is dat daadwerkelijk verspreiden zeer moeilijk te bewijzen is, waardoor rechthebbenden vrijwel niets meer zouden kunnen ondernemen tegen rechtenschending op internet als het aanbieden op zich niet strafbaar zou zijn. In de jurisprudentie, wetteksten en het Wipo-verdrag ziet de Mpaa genoeg ondersteuning voor zijn mening.
De EFF is, net als de professoren, van mening dat aanbieden juist niet kan worden gezien als verspreiden. Ook de burgerrechtenorganisatie baseert zich daarbij op wetteksten en jurisprudentie. De EFF haalt hierbij uiteraard andere zaken aan dan de Mpaa. Volgens de EFF willen rechthebbenden met de stelling dat aanbieden gelijk staat aan verspreiden, de plicht ontduiken om inbreuk op auteursrecht te bewijzen. De organisatie raadt de rechter dan ook sterk af om hierop in te gaan.
Rechter Michael Davis zal in augustus een hoorzitting houden over de zaak. Mocht hij tot de conclusie komen dat hij verkeerd heeft gehandeld met zijn instructies aan de jury, dan zal Thomas waarschijnlijk een nieuw proces krijgen.