Een groep Amerikaanse staten probeert de rechter zover te krijgen om het antitrusttoezicht op Microsoft, dat dit jaar afloopt, verlengd te krijgen tot 2012. Er zou te weinig zijn veranderd sinds de schikking met de openbare aanklager uit 2002.
De groep, onder leiding van de staat Californië, stelt dat Microsoft de markt nog steeds in een wurggreep houdt voor wat betreft de twee producten waar de antitrustzaak over ging, namelijk het Windows-besturingssysteem en de Internet Explorer-browser. In de vijf jaar dat het bedrijf nu onder toezicht staat, zou er volgens de staten weinig beweging in de markt zijn geweest.
De groep zal de rechter dan ook vragen om de softwaregigant nog eens vijf jaar in de gaten te houden, en daarbij te letten op diens gedrag tegen pc-makers die systemen met software van Microsoft concurrenten verkopen. Tevens zou langer toezicht moeten worden gehouden op het beschikbaar stellen van communicatieprotocollen aan concurrerende softwaremakers - zo dat die hun programmatuur beter met die van Microsoft kunnen laten samenwerken.
Tegenover deze visie staat een kleinere groep staten onder leiding van New York, die vorige maand te kennen gaf van mening te zijn dat de schikking van nut is geweest voor de markt, en dat concurrerende webbrowsers, multimedia-applicaties en webservices sindsdien in de lift zitten. Microsoft geeft dan ook aan enigszins verrast te zijn door de opstelling van de andere staten, en wijst er op dat het bedrijf al akkoord is gegaan met een tweejarige verlenging van het toezicht op het beschikbaar maken van zijn communicatieprotocollen.
Op 6 november vindt de eindhoorzitting plaats over het antitrusttoezicht, en rechter Colleen Collar-Kotelly heeft aangegeven dat ze op die dag een beslissing neemt over de door de staten verlangde toezichtsverlenging. Maar de softwaregigant krijgt al eerder antitrustnieuws te verwerken: komende maandag brengt het Europese Hof zijn oordeel naar buiten over het handelen van de Europese Commissie toen het Microsoft een boete van 497 miljoen euro oplegde wegens concurrentievervalsing.