Waymo, een zusterbedrijf van Google, heeft bekendgemaakt te stoppen met de ontwikkeling van de kleine, zelfrijdende auto: de Firefly. Waymo gaat zich met zijn technologie voor zelfrijdende auto's richten op bestaande, in massa geproduceerde auto's.
Ontwerpers en technici van Waymo hebben op een blog uiteengezet dat de Firefly hen precies heeft geleerd wat nodig is om te komen tot een succesvol systeem voor zelfrijdende auto's. Nu Waymo zover is om de technologie voor volledig autonoom rijden te implementeren, is de Firefly een te beperkende factor.
Door gebruik te maken van in massa geproduceerde auto's is Waymo in staat om de technologie voor volledig autonoom rijden sneller naar meer mensen te brengen. Daarvoor maakt het bedrijf onder andere gebruik van de Chrysler Pacifica, een minivan. Deze reguliere auto is ook in staat om het systeem van Waymo op hoge snelheden te testen; de Firefly gaat niet harder dan 40km/u. Waymo heeft in totaal zeshonderd Pacifica-testvoertuigen.
De Firefly werd al sinds 2013 door Waymo ontwikkeld en was volgens de ontwerpers altijd al bedoeld als een platform voor experimenten; het was nooit de bedoeling de auto als zelfstandig voertuig te ontwikkelen. De experimenten hebben ertoe geleid dat Waymo het systeem, dat bestaat uit een 360-gradenradar, een roterende lidar en acht sensoren, heeft kunnen verfijnen. Zo kan het bijvoorbeeld ook verkeerslichten en verkeersborden, en kleine objecten zoals pylonnen bij wegwerkzaamheden herkennen.
Met de Firefly heeft Waymo op 20 oktober 2015 's werelds eerste volledig autonoom rijdende testrit uitgevoerd zonder dat er hoefde te worden ingegrepen. De Firefly-auto's hebben in totaal miljoenen kilometers afgelegd. Enkele exemplaren van de auto zullen in musea belanden, zoals in het Design Museum in Londen.