Het wordt bij de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november vermoedelijk een langere verkiezingsavond/nacht dan we recentelijk gewend zijn geraakt: Minister Nicolaï van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties heeft de stemmachinevergunningen van 35 gemeenten ingetrokken omdat die gebruik maken van SDU-stemmachines. Deze apparaten zijn gezakt voor een veiligheidstoets die de AIVD erop heeft uitgevoerd. De stembureaus in die gemeenten zullen waarschijnlijk moeten teruggrijpen naar het oude vertrouwde rode potlood, want vermoedelijk zullen de stemapparaten niet tijdig door goedgekeurde machines vervangen kunnen worden. De tests werden uitgevoerd naar aanleiding van klachten van de actiegroep 'Wij vertrouwen stemcomputers niet'. Van de bewuste stemmachines, tien procent van het Nederlandse bestand, bleek dat uitgebrachte stemmen zijn af te luisteren omdat er afhankelijk van op wie er wordt gestemd, licht variabele radiogolven op te pikken zijn, tot op tientallen meters afstand. Dat betekent dat schending van het grondwettelijk beschermde stemgeheim mogelijk is. SDU gaf aan het euvel niet te kunnen verhelpen voor de komende verkiezingen.
De actiegroep had zich ook beklaagd over stemmachines van de firma Nedap, die goed zijn voor de overige negentig procent, en voor die apparaten heeft de AIVD het onderzoek naar extra beveiligingsmaatregelen nog niet afgerond. Bij de bewuste machines lijken de potentiële problemen ernstiger van aard. Ten eerste zou ook met deze machines het stemgeheim op vergelijkbare wijze geschonden kunnen worden, maar de veiligheid van de hardware laat volgens de actiegroep tevens te wensen over: Een hacker zou zich er eenvoudig toegang toe kunnen verschaffen; het slot zou zelfs met een paperclip te openen zijn. Daarop kan de verkiezingsuitslag gemanipuleerd worden. Hiervoor moet echter wel een flink aantal machines worden gehackt en moeten stembureaumedewerkers het spel van de verkiezingsvervalsers meespelen.
Wanneer de AIVD het oordeel over de Nedap-computers bekendmaakt is nog onduidelijk, maar als ook deze machines uiteindelijk worden afgekeurd, dan mag over drie weken heel Nederland aan het rode potlood. Niettemin zitten bij de 35 getroffen gemeenten al een aantal die een langer avondje garanderen. De grootste potloodgemeente is Amsterdam, maar ook Alphen aan de Rijn, Amstelveen, Eindhoven, Schiedam en Tilburg zijn behoorlijke steden waar weer met de hand mag worden geteld. De overige stembureaumedewerkers die wat extra uurtjes mogen uittrekken bevinden zich in Aalsmeer, Ambt Montfort, Beemster, Bernheze, Culemborg, Drimmelen, Franekeradeel, Geertruidenberg, Goes, Gorinchem, Heiloo, Hilvarenbeek, Hoogezand-Sappemeer, IJsselstein, Leiderdorp, Meijel, Moordrecht, Nederlek, Reeuwijk, Ridderkerk, Roerdalen, Sevenum, Tholen, Uden, Uithoorn, Veere, Vlieland, Vlist en Waalre.