Eivor the Wolf-Kissed
Assassin's Creed: Valhalla
Assassin's Creed: Valhalla is een game die nog meer dan de laatste paar games breekt met de oude stijl van Assassin's Creed. In een setting waarin Raids met je mede-Vikingen centraal staan en open gevechten aan de orde van de dag zijn, verdwijnt de meer traditionele stealth gameplay meer en meer naar de achtergrond. Gelukkig is dat vechten op zichzelf enorm lekker en zit Assassin's Creed: Valhalla boordevol content. Het Engelse landschap is goed gevuld met quests, schatten en geheimen en daar komen Noorwegen, Asgard en natuurlijk het stuk in het heden nog bij. Fans van de oude AC-games zullen het jagen op leden van The Order of the Ancients vermakelijk vinden, maar het verhaal rond de Assassins en Templars hangt er vaak ook maar gewoon een beetje bij. Dat is verder niet erg, want het merendeel van de game is leuk, uitnodigend en zelfs verslavend, maar het onderstreept wel dat de evolutie van de serie Assassin's Creed met Valhalla weer een stap verder weg raakt van de basis waar het ooit mee begon. Of dat erg is, is een kwestie van smaak, maar aan deze openwereld-actie-rpg heb je hoe dan ook een prima game. Zelfs na tientallen uren spelen slaagt hij erin je af en toe te verrassen met een memorabele missie, prachtige locatie of toffe nieuwe skill, zodat hij je aandacht lang vast weet te houden.
Eindoordeel
Weet je nog, vroeger, toen consolegaming extreem simpel was? Apparaat aan, cartridge of cd-rom erin en gáán. Anno 2020 zijn we niet alleen volledig gewend aan periodieke updates die allerlei bugs en andere problemen verhelpen, we hebben ons zelfs al neergelegd bij een ‘pc-achtig’ systeem. Aan welk platform moet je immers denken als je te maken hebt met een game die er, afhankelijk van welke hardware jij hebt, mooier of minder mooi uitziet? Pc-gaming uiteraard, maar tegenwoordig dus ook consolegaming. Dat heeft alles te maken met ‘Smart Delivery’. Het platform van Xbox leest uit met welke console een gebruiker verbinding maakt met de store, om vervolgens de juiste versie van de game te downloaden. Zodoende ziet Assassin’s Creed: Valhalla, als een van de eerste games voor deze nieuwe generatie consoles, er dus anders uit op een Xbox Series X dan op een Series S, een One X of een nog oudere One. Het betekent ook dat Ubisoft ons erop moest wijzen dat we, tot er een ‘next-gen update’ was, min of meer de backwards compatible One X-versie aan het spelen waren. Inmiddels is die update er en is Assassin’s Creed: Valhalla in volle glorie op 4k60 te spelen op de Xbox Series X. De hoogste tijd dus om het noorderlicht op te zoeken, in de jongste telg binnen de langlopende serie van Ubisoft.
Assassin’s Creed: Valhalla is een losstaande game, maar tegelijk ook het derde spel in een reeks die begon met Assassin’s Creed: Origin en een vervolg kreeg in Odyssey. Dat heeft meerdere redenen. Dit is het derde deel waarin het verhaal in het heden draait om Layla Hassan, die via de Animus-technologie herinneringen van personen uit het verleden beleeft. Daar raken we trouwens meteen een punt van orde: het is verstandig Odyssey uit te spelen alvorens je aan Valhalla begint. Al vroeg in de game wordt er gepraat over gebeurtenissen uit de eindfase van Odyssey. Het is leuker als je begrijpt waar het over gaat en het kan zelfs een spoiler voor je zijn, als je nog van plan was Odyssey uit te gaan spelen.
Daarnaast is dit het derde spel dat wordt gemaakt volgens de formule van Origins. Assassin’s Creed was, met Black Flag en Rogue als uitzonderingen, een gameserie die draaide om gameplay in en rond grote steden. Origins veranderde dat, Odyssey deed er nog een schepje bovenop en Valhalla bouwt het nog verder uit. Tegelijk is het fijn dat de mediterrane sfeer van Origins en Odyssey wordt ingeruild voor het killere Noorwegen en kleurrijke Engeland. Dat klinkt nauwelijks appetijtelijk, maar Origins en Odyssey leken door de overeenkomsten in klimaat wel erg veel op elkaar. Met de keuze voor nieuwe omgevingen komt ook een andere sfeer en een heel andere look, dus die hindernis is alvast overwonnen.
In aanraking met de Hidden Ones
Assassin’s Creed: Valhalla opent in Noorwegen. De jonge Eivor - of dat een man of vrouw is mag je zelf bepalen - maakt van dichtbij mee hoe een feestavond met haar clan verandert in een slachting als er een vijandige clan vikingen voor de deur staat. De leider van die clan brengt de ouders van Eivor om het leven, die zich even daarvoor trouw hebben gezworen aan de lokale Jarl. Die Jarl adopteert Eivor daarna en ze groeit op als stiefbroer van Sigurd. Samen met Sigurd maakt Eivor daarna jacht op de personen die haar zoveel onrecht hebben aangedaan. Ook komt ze via Sigurd in contact met twee oosterse mannen, die in hun verschijning al verraden dat ze onderdeel zijn van wat later de Brotherhood of Assassins zal worden. Deze mysterieuze mannen geven Eivor haar ‘hidden blade’, die zij overigens niet als verborgen wapen draagt, maar gewoon open en bloot. Het is een eerste kennismaking met deze Hidden Ones, die tijdens het verhaal af en toe om de hoek komen kijken.
Wanneer Eivor en Sigurd hun wraak hebben genomen, blijkt dat hun Jarl zich trouw heeft gezworen aan een andere leider, wat Sigurd effectief berooft van de kans om ooit zelf de baas te worden. Sigurd en Eivor trekken hun conclusies, pakken hun spullen en springen in een Longship om naar Engeland te gaan. Daar aangekomen vertrekt Sigurd om allianties te sluiten en moet Eivor een dorp zien op te bouwen. Dat leidt haar al snel weg van het dorp en laat haar zélf allianties smeden. Voordat dit alles begint, stoppen we echter even in de hedendaagse tijd. Layla stuit op een technisch probleem en moet haar Animus-werk staken. Als ze even rondloopt en met haar teamleden babbelt, blijkt al snel dat het gezelschap niet in Engeland of Noorwegen, maar in Amerika is. En om het nog gekker te maken, staat ze even later naast het graf van niemand minder dan Eivor. Dat heeft uiteraard een functie. Het geeft de speler een baken, iets om naar uit te kijken in de (verre) toekomst. Je weet dat de dame (of heer) die zo haar best doet een leuk dorp te stichten in Engeland, op een gegeven moment dus in Amerika belandt. Hoe, waarom en wat dat betekent voor Layla en haar team? Dat zijn vragen waar je zelf de antwoorden op moet gaan vinden.
Meer gebieden, andere structuur
Er is dus een overkoepelende arc die veel verder reikt dan wat er in Noorwegen en Engeland allemaal gebeurt. Dat is niet alleen te merken aan de vroege scène met Layla, maar komt ook terug in de visioenen en dromen die Eivor erop nahoudt. In die visioenen duikt Odin veelal op, maar ook de andere goden komen aan bod. Dat gebeurt met name in een segment van de game dat je na enkele uren in Engeland vrijspeelt. Zodra Valka, een soort priesteres van Eivors Raven Clan, arriveert in Engeland, kan zij een speciaal drankje voor je maken. Drinkt Eivor dat drankje, dan raakt ze in een diepe slaap en droomt ze over Asgard. Voor de speler opent op dat moment een nieuw speelbaar deel, in de stad van de Goden. Je speelt als Havi (Odin) en ontmoet ook al snel andere bekende namen als Thor, Loki en Freija. Ben je bekend met de Marvel-films waar Asgard in voorkwam, dan zul je de regenboogbrug, de toren van Heimdal en de namen van de Goden allicht herkennen. En het levert je weer de nodige uren aan gameplay op, van een net wat andere soort dan je meemaakt met Eivor in Noorwegen - ook al een aardig groot gebied - en Engeland, waar de game voornamelijk om draait.
Dorp opbouwen
Er is dus veel aan de hand, er is veel mogelijk en er zijn allerlei plaatsen die bezocht moeten worden voordat dit epos ten einde is. Dat grotere plaatje verdwijnt echter met de regelmaat van de klok naar de achtergrond. Vanaf het moment dat de Raven Clan landt in Engeland, heeft Eivor genoeg aan haar hoofd. Bij afwezigheid van Sigurd, die als voornaamste leider van de clan belangrijkere dingen heeft te doen, is Eivor verantwoordelijk voor de groei van het dorp. Een van de taken daarbij is het bouwen van diverse voorzieningen die het dorp meer uitstraling geven en die tegelijkertijd handige extra’s opleveren voor de gameplay. Bij de Cartographer kun je bijvoorbeeld kaarten kopen die je vertellen waar alle rijkdommen zijn verstopt, terwijl het bouwen van hutjes voor jagers of vishandelaren nieuwe sidequests met zich meebrengt.
:strip_exif()/i/2003996920.jpeg?f=imagearticlefull)
Om te kunnen groeien heeft Eivor echter wel voldoende grondstoffen nodig, en die liggen niet voor het oprapen. De nodige spullen kunnen worden opgehaald bij de diverse kloosters die het Engeland van Assassin’s Creed: Valhalla rijk is. Zo’n klooster wordt echter bewaakt, dus dat regel je niet zomaar even. Gelukkig is daar een oplossing voor. Eivor kan met haar Longship naar een dorp of klooster varen en een Raid beginnen. Ze bestormt de vijand dan met haar Vikingen en berooft haar doelwit dan van alle rijkdommen en grondstoffen, zodat ‘Ravensthorpe’ verder kan worden uitgebouwd. De statuur van het dorp verandert echter ook naarmate Eivor erin slaagt meer bondgenoten voor zich te winnen. De weg naar deze samenwerkingen geeft vorm aan het grootste deel van de main quest. Elke regio kent zijn eigen verhaal en Eivor raakt daarbij betrokken. Zo’n verhaal duurt enkele uren en eindigt er meestal mee dat de partij die door Eivor is geholpen aan de macht komt en als dank de loyaliteit naar Eivor en haar Raven Clan uitspreekt. Eivor kan daarop het dorp meestal weer wat uitbreiden en vervolgens op zoek gaan naar de volgende bondgenoot.
Verhalen komen bij elkaar
Deze aanpak geeft Assassin’s Creed: Valhalla een wat andere structuur dan andere games in de serie. Vaak tonen de games je al vroeg een einddoel, in de vorm van een oppervijand die je aan het eind moet zien af te maken. Valhalla werkt anders. Eivor leeft min of meer van missie naar missie en heeft geen ander doel in haar hoofd dan zorgen dat de Raven Clan een veilig bestaan kan opbouwen. Wanneer je wat verder komt, beginnen de losse takjes van de verschillende verhalen vaker bij elkaar te komen. Ineens blijkt aan een van de verhalen een extra lading te kleven die te maken heeft met de strijd tussen de Hidden Ones en de Order of the Ancients, oftewel: de Assassins en de Templars. Ook blijkt dan meer en meer dat Sigurd en Eivor, die ooit onafscheidelijk waren, steeds vaker verschillen van inzicht hebben en andere dingen belangrijk vinden. Dat is een fijne ontwikkeling. Het geeft de verhalen langzaam wat meer gravitas in de opmaat naar de uiteindelijke climax.
Gevechten verdrijven stealth gameplay verder
Net als in Odyssey is die climax ver weg als je net begint. Valhalla is een lange game en meteen aan het begin zie je al waarom. Terwijl je zelf Powel-level 1 hebt, zie je om je heen al regio’s die als advies Power-level 280 of nog hoger hebben. Dat krachtsniveau wordt bepaald door de hoeveelheid skills die je hebt vrijgespeeld in de immense skilltree. Vrijwel elk facet van Eivor wordt hierdoor bepaald. Voor elke missie of taak die je volbrengt en voor elk level dat Eivor stijgt, verdien je 2 skillpunten. Die geef je uit aan passieve en actieve skills, waarbij met name de passieve skills Eivor sterker maken. Denk daarbij aan bonussen voor je health, je damage of hoe goed je met een bepaald wapen bent. Van tijd tot tijd voeg je er actieve skills aan toe, die Eivor nieuwe trucs of heel specifieke bonussen opleveren. Dit systeem werkt uitstekend. Door de omvang van de skilltree kun je ongelooflijk veel kanten op en doordat je continu skillpunten binnenharkt, hoef je nooit lang te wachten voor je weer nieuwe skills kunt vrijspelen.
Steeds nieuwe skills en abilities
In de gameplay blijkt vanzelf hoe belangrijk dat is. Eivor begint namelijk met een vrij simpel, en voor Assassin’s Creed zeer herkenbaar, palet aan mogelijkheden. Je hebt je lichte en zware aanval, de mogelijkheid om te blokken of een parry te doen, en je kunt dodgen. Dat zijn, ongeacht met welke wapens je vecht, je basisvaardigheden. Kies je voor een schild, dan krijgt blokken en afweren natuurlijk een grotere rol dan als je met een groot wapen of met twee kleinere wapens vecht, maar het idee blijft hetzelfde. Al snel speel je je eerste ability vrij, die je kunt inzetten zodra je een vol ‘adrenalineblokje’ hebt. Tijdens het vechten spendeer je dat blokje om je ability - meestal een sterke speciale aanval - in te kunnen zetten. Als je wat verder komt in de game, stijgen zowel het aantal abilities dat je hebt, als het aantal blokjes dat je tijdens een gevecht kunt vullen. Je kunt dan dus meer speciale aanvallen uitvoeren en ze ook vaker inzetten. Daarnaast zijn er ook passieve extra’s die een rol kunnen spelen. Wij speelden bijvoorbeeld een skill vrij die zorgde dat we altijd als we een ‘perfect dodge’ deden - dus net voordat de klap ons zou raken, wegsprongen - even kort profiteerden van langzamer bewegende vijanden die we snel een paar klappen konden geven. Dat bleek een ontzettend groot voordeel en zorgde in enkele van de moeilijkere gevechten van het spel voor het verschil tussen leven en dood.
:strip_exif()/i/2003996930.jpeg?f=imagearticlefull)
Die moeilijkere gevechten kunnen baasgevechten zijn, maar ook ontmoetingen met Zealots. Dat zijn de ridders die rondrijden in de spelwereld en verbonden zijn aan de Order of the Ancients. Deze rakkers zijn vergelijkbaar met de lui die je in Odyssey ook al zo aan het opjagen waren, en dan weet je: dat kan pittig worden. Het is dan ook een goed idee om deze lieden uit de weg te gaan tot je eigen level wat meer op hun niveau zit. Datzelfde geldt voor confrontaties met speciale wilde dieren en andere vage tegenstanders die wat sterker zijn dan de rest. De baasgevechten die je tegenkomt in het kader van het hoofdverhaal zijn over het algemeen niet al te moeilijk, al hangt dat uiteraard ook af van de moeilijkheidsgraad. Daarover gesproken: Assassin’s Creed: Valhalla laat je op verschillende manieren kiezen hoe moeilijk de game is en biedt zo de optie om bijvoorbeeld sneaken heel lastig te maken, maar vechten makkelijker - of juist omgekeerd. Deze mate van instelbaarheid bevalt ons wel, want hij laat mensen hun manier van spelen zelf vormgeven.
Steeds verder weg van de Creed
Dat is belangrijk, want Assassin’s Creed: Valhalla zal niet zomaar iedereen kunnen bekoren. Feit is namelijk dat deze game, misschien wel nog meer dan Origins en Odyssey, afstand neemt van wat ooit de basis van de serie was. Het rondsneaken in een grote stad om je target te zoeken was in die games, mede door aanwezigheid van een aardig aantal steden in Odyssey, nog wel aanwezig. Bovendien kon je forten scouten op zwakke punten en daar dan secuur te werk gaan terwijl je de soldaten een voor een uitschakelde. Dat element is veel minder sterk aanwezig. Je kunt op diverse momenten nog steeds sneakend een kasteel of kerk binnen gaan, maar dat dient lang niet altijd een doel. Gewoon aan komen varen met je crew en een aanval beginnen, levert namelijk een veel beter te managen gevecht op. Valhalla wil uitdragen dat jij de leider van je clan bent en dat je Vikingen onderdeel zijn van jouw avonturen. Kiezen voor een gevecht is dus niet echt een ‘plan B’ als je ontdekt wordt tijdens het sneaken, maar eigenlijk gewoon hoe Ubisoft wil dat je de game benadert.
:strip_exif()/i/2003996924.jpeg?f=imagearticlefull)
Dat zorgt voor een ander soort game dan Assassin’s Creed ooit was. Zoals gezegd was die trend al ingezet door Origin en Odyssey, dus helemaal nieuw is dit niet. Afhankelijk van je smaak is het ook niet per se slecht nieuws, want het vechten zit goed in elkaar en blijft leuk doordat je er nieuwe aanvallen aan blijft toevoegen. En toch knaagt er iets. Dat ligt niet alleen aan het vechten, maar meer aan de hele invalshoek van de game. Die is inmiddels zo ver verwijderd van het gestroomlijnde avontuur dat een game als Assassin’s Creed 2 bood, dat je je kunt afvragen of Ubisoft er wel verstandig aan doet dit Assassin’s Creed te blijven noemen. De strijd tussen de Templars en Assassins (of hun voorlopers) is weliswaar aardig in het verhaal verwerkt, maar voelt er van tijd tot tijd met de haren bijgesleept. Dit is meer het verhaal van Eivor en een clan die voet aan de grond wil krijgen in Engeland, dan dat Eivor een hulpmiddel is in de zoektocht naar sterke voorwerpen, zoals vroeger met Ezio en de Pieces of Eden. Nu moeten we wel zeggen dat juist dat, ook met de connectie naar de ‘oudere beschaving’, weer een beetje begint terug te keren. Desondanks mag duidelijk zijn dat dit verre van een ‘ouderwetse’ Assassin’s Creed-game is.
Veel te doen en te ontdekken
Het gebrek aan stroomlijning draagt bij aan dat effect, maar is voor de game zelf niet nadelig. Het betekent simpelweg dat er zo veel is te doen dat wat ooit de kern van Assassin’s Creed-games was, naar de achtergrond is verdwenen. De spelwereld zit echter wel boordevol sidequests, toffe plekken om te ontdekken, schatkisten, en ga zo maar door. Assassin’s Creed: Valhalla is veel meer een openwereldgame zoals The Witcher III, die je uitnodigt om op verkenning te gaan en zo de main quest uitgebreid te pauzeren. Valhalla houdt je bezig met sidequests, minigames in de vorm van een dobbelspel of drinkwedstrijd, romance-opties, allerlei mysteries in de wereld, enzovoort. Vooral die mysteries zijn gaaf. Ze zijn vaak origineel en laten de game van zijn kleurrijkste kant zien, terwijl ze je ook wat extra loot en skillpunten opleveren. De aanwezigheid van die mysteries, diverse schatten en andere collectibles betekent ook dat Valhalla een fijne (of juist niet) game is voor completionists, die wel even zoet zullen zijn met het opsporen van alle voorwerpen en activiteiten die zij met alle geweld verzameld en volbracht willen hebben.
Kleurrijk, sfeervol ... en buggy
De reis van Eivor - en haar dromen - leiden je zoals gezegd langs drie gebieden die allemaal een heel eigen sfeer kennen. Uiteraard zijn de Noorse mythologie en de daarbij horende gebruiken en uiterlijke kenmerken zeer bepalend. Dat is goed te zien in de Noorse dorpen waarin je rondloopt. De verdere omgeving in het startgebied heeft uiteraard een koude, winterse uitstraling die af en toe wordt begeleid door de prachtige, groene lichten van het poollicht. Hier laat Assassin’s Creed: Valhalla al zien dat er op technisch vlak een stap is gezet, al is dat door de overwegend grauwe kleuren nog niet heel evident. De animaties zijn hier natuurlijk wel al net zo goed als in de rest van de game, maar voor verdere pracht en praal moet je nog even wachten. Engeland steelt namelijk de show.
Mooie vergezichten
Dat begint al op het moment dat Eivor, Sigurd en de overige Noormannen aan komen varen. De zon zakt net achter de bomen, wat sfeervolle plaatjes oplevert. Daarnaast biedt de omgeving hier een veel interessanter kleurenpalet. De kleuren van de blaadjes aan de bomen zijn her en der groen, en elders weer wat geler of roder, en daarnaast zijn er groene velden, akkers van boeren, mistige moerrassen, weiden met veel bloemen en ook nog wat onherbergzamere gebieden. Verder vind je in Engeland de overblijfselen van gebouwen die stammen uit de tijd van de Romeinen. De grootste daarvan zie je soms al van kilometers afstand liggen. Dat onderstreept de drawing distance, die uiteraard mede is te danken aan de toegenomen kracht van de nieuwe consoles. De vergezichten in Assassin’s Creed: Valhalla zijn af en toe verbluffend en laten ook een behoorlijk hoog detailniveau zien. Wanneer je begint te rijden op je paard zul je in de verte nog wel wat ‘texture pop-in’ zien, maar het effect is vrij beperkt en niet te vergelijken moet hoe we dat soort dingen vaak op de oudere consoles zagen.
:strip_exif()/i/2003996928.jpeg?f=imagearticlefull)
Datzelfde geldt voor de laadtijden. Grote openwereldgames zoals Assassin’s Creed: Valhalla zijn gewoon zwaar voor je systeem. Het is dan ook niet gek dat je af en toe naar een laadscherm zit te kijken. Met de stap naar de nieuwe consoles verandert dat, al verdwijnen laadschermen niet helemaal. Het fasttravel-systeem neemt steeds slechts een paar seconden in beslag en datzelfde geldt voor het laden van savegames. Dat is fijn, want zeker als je het leuk vindt om gebieden te verkennen die eigenlijk nog boven je niveau zijn, zul je af en toe best even je laatst opgeslagen spel moeten laden. Laden speelt natuurlijk ook een rol als je stopt met gamen en een andere keer verder gaat. Op de Xbox Series X profiteert de game daarbij van Quick Resume, waardoor je binnen de kortste keren weer aan het gamen bent. Natuurlijk is dat een voordeeltje dat meer op het conto van de Series X komt dan van Assassin’s Creed: Valhalla, maar het is lekker meegenomen.
Op het gebied van geluid doet Valhalla het ook prima. De game wordt begeleid door sfeervolle achtergrondmuziek, goede geluidseffecten en, minstens zo belangrijk, prima voice-acting. Met een script zo groot als dat van Valhalla is het logisch dat niet elke stem even fantastisch is, maar de hoofdrollen worden prima vertolkt. Het enige minpuntje aan het geluid is dat het muziekje dat onder Raids zit wel wat repetitief klinkt, zeker als een Raid langer duurt dan gepland doordat je even moet uitvogelen hoe je een bepaalde kerk binnen moet komen.
Vliegend schip?
Aan de technische kant van het verhaal zijn ook wat nadelen te benoemen. Althans, eigenlijk zijn ze in één woord te vangen: bugs. We hebben tijdens het spelen behoorlijk wat vreemde zaken meegemaakt. Zo bleef de mast van ons Longship eens hangen achter de takken van een boom. Dat begreep de game niet en vervolgens maakte ons schip secondenlang ‘breakdance-moves’, om daarna een kilometer de lucht in geslingerd te worden. Hilarisch, maar niet echt netjes. Ook kwamen we al vallend van een rots een keer vast te zitten in een paar takken, waarna de ‘val-animatie’ gewoon doorging. Al vallend kun je niet fasttravellen en een optie om uit de boom te komen was er ook niet, dus moesten we een savegame laden. Ondanks dat de Autosave van de game regelmatig opslaat, is dat natuurlijk wel vervelend. Daarnaast zagen we nog tal van kleinere bugs die verder nauwelijks storend zijn, maar wel slordig. Assassin’s Creed en bugs blijven ook nu onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Conclusie
Assassin’s Creed: Valhalla is beter dan Origin en Odyssey, maar zet tegelijkertijd een volgende stap verder weg van de basis waarmee Assassin’s Creed ooit begon. Dat maakt het verleidelijk om een discussie over de naamgeving te starten, want in hoeverre moet een titel een lading dekken die consistent is met hoe andere games met dezelfde titel in elkaar staken? Die keuze is aan de makers. Hoe dan ook: Assassin’s Creed: Valhalla is een fijne, zeer uitgebreide openwereldgame die goed in elkaar zit, ook na tientallen uren leuk is om te spelen en spelers op meerdere manieren weet te verrassen. Die spelers moeten rekenen op een wat meer ‘standaard’ actie-rpg dan je wellicht gewend bent van de serie, al is dat na Origin en Odyssey niet bepaald een verrassing. De sfeer is en blijft top, of je nu in Noorwegen, Engeland of Asgard rondloopt, en het verhaal weet voldoende te boeien om je aan het spelen te houden. Voor velen zal Assassin’s Creed: Valhalla de eerste grote game voor de PS5 of Xbox Series X zijn. Daarmee heb je een prima binnenkomer, zelfs al zul je de eerste periode nog wel wat bugs tegenkomen.
We hebben overwogen die bugs zwaarder mee te laten wegen in de beoordeling, maar Eivor en haar Vikingen hebben zo'n goede indruk op ons gemaakt, dat we al terugkijkend eigenlijk nauwelijks meer stilstaan bij de bugs. Wat we wel onthouden: de mooie boottochtjes bij ondergaande zon die ontaarden in een vlammende Raid. Gevechten met sterke vijanden die ons nieuwe aanwijzingen gaven in onze jacht naar leden van The Order. De persoonlijke ontwikkeling van Eivor. De ontelbare keren dat we, op weg naar een locatie voor een quest, afgeleid worden door iets dat we tegenkwamen in de spelwereld. Humoristische sidequests, vinnige grappen, en ga zo maar door. Assassin's Creed; Valhalla zal een game zijn die voor fans van het eerste uur de titel Assassin's Creed niet zou mogen dragen, maar voor anderen is dit simpelweg een van de beste games van dit najaar; een game die in staat is om je een flinke tijd zoet te houden, misschien wel tot de volgende actievolle rpg - Cyberpunk 2077 - verschijnt.
Eindoordeel