Titel |
Assassin's Creed Valhalla |
:strip_exif()/i/2003714372.jpeg?f=imagenormal) |
Platform |
Windows, PlayStation 4, Xbox One, Stadia, PlayStation 5, Xbox Series X |
Ontwikkelaar |
Ubisoft |
Uitgever |
Ubisoft |
Releasedatum |
17 november 2020 |
Elk nadeel heeft een voordeel, zei een Amsterdammer ooit in net iets andere woorden. Dat 2020 een hoop nadelen kent, is duidelijk. Een van de positieve kanten ervan is echter dat verschillende sectoren in de maatschappij wennen aan de nieuwe situatie en leren werken met nieuwe mogelijkheden. We vertelden in de preview over Cyberpunk 2077 al hoe we die game streamend konden spelen. Onlangs kregen we Assassin’s Creed: Valhalla op dezelfde manier voor onze neus, terwijl er nog andere previewsessies gepland staan. Zo verandert de normaal doodstille periode tussen de E3 en de Gamescom ineens in een periode vol previews van grote games die later dit jaar verschijnen. Een prima ontwikkeling, want zo hebben wij veel meer tijd per game dan we op de E3 ooit zouden krijgen, en wordt Tweakers niet anderhalve week lang platgegooid met gamecontent maar verschijnt alles in een wat rustiger tempo. Een situatie waar wij prima aan zouden kunnen wennen.
Assassin’s Creed: Valhalla werd enige tijd geleden aangekondigd, dus is de setting al bekend. Deze jongste telg in de langlopende serie neemt spelers mee naar de negende eeuw na Christus, de periode dat de Vikingen via de Noordzee richting Engeland trokken om daar voet aan land te zetten en een samenleving op te bouwen. Hoofdpersonage in dit Noors-Britse epos is Eivor, een leider van een Vikingclan. Zij - of hij, want opnieuw hebben spelers zelf de keuze of het personage mannelijk of vrouwelijk is, maar wij kozen in deze sessie voor de vrouwelijke optie - verliet met haar clan het thuisland en volbracht de barre tocht over de Noordzee. Het land waar ze na de reis terechtkomen, blijkt echter allesbehalve gastvrij. Engeland ligt in deze periode in stukken. Het ontbreekt het land aan een duidelijke leider en in plaats daarvan zijn allerlei lokale en regionale leiders opgestaan. Het nadeel daarvan is dat er overal onrust is, maar het voordeel is dat de situatie zich leent om bondgenoten te verzamelen die een legertje bloeddorstige Vikingen best kunnen gebruiken, in ruil voor hulp elders.
Die hulp is nodig, want ergens zullen de Vikingen wat welwillendheid moeten kweken, anders wordt het lastig je te vestigen op het Britse eiland. Dat is namelijk voor Eivor wel het hoofddoel: zorgen dat je clan een thuis vindt. Elk ander doel is daaraan ondergeschikt. Dat maakt Eivor anders dan haar Assassin-voorgangers en het zorgt ervoor dat we erg benieuwd zijn naar de link tussen de gebeurtenissen met Eivor en de Vikingen enerzijds, en de altijd aanwezige strijd tussen de Assassins en de Templars anderzijds. Eivor beschikt over de kenmerkende Assassin-kleding en eigenschappen, en de Templars zijn een prima match met de Engelse elite, maar of en op welke manier dat verhaal dieper gaat, weten we op dit moment nog niet. In de drie uur gameplay die we konden uitproberen, speelde die diepere laag geen rol.
Vergelijking met The Witcher III?
Wel konden we drie uur vrij rondrennen, questen en vechten in East Anglia, een van de regio’s in het spel en een gebied waar heden ten dage Norwich de grootste stad van is. Dat heeft meteen al gevolgen voor de game, want het gebied is vooral gevuld met bosrijk gebied en open velden, en het kent geen grote steden. Natuurlijk brak Assassin’s Creed met Origins en Odyssey gevoelsmatig al definitief met het aloude ‘speel in een grote stad en ren over daken’, dus helemaal verrassend is het zeker niet. Bovendien zal de game vast nog wel grotere dorpen en steden hebben dan we nu hebben gezien. Het zorgt er echter voor dat Assassin’s Creed weer wat verandert als het gaat om de eigen smoel en uitstraling die de serie heeft. Het meer open karakter en de Engelse, middeleeuwse stijl waarin Valhalla is gegoten, maken dat deze game niet ontkomt aan vergelijkingen met The Witcher III. Natuurlijk zijn het op diverse punten totaal verschillende games, maar doordat je op vergelijkbare wijze (te paard) in een vergelijkbaar gebied op een vergelijkbare manier quests verzamelt en uitvoert, is de vergelijking niet heel vreemd.
:strip_exif()/i/2003714368.jpeg?f=imagearticlefull)
Of Assassin’s Creed: Valhalla de vergelijking met een van de beste games van de laatste generatie consoles aan kan, moet uiteraard nog blijken. Wie de games naast elkaar zou leggen, moet alvast constateren dat The Witcher III de soepeler spelende game van de twee lijkt te zijn. Dat komt op dit moment vooral doordat veel in Assassin’s Creed: Valhalla nog niet helemaal lekker werkt. Laten we die deur maar meteen open gooien: de game is nog erg buggy. Dat is niet ongewoon in deze fase van het jaar, want we zien wel meer games die ‘werk in uitvoering’ zijn en dus fouten bevatten, maar Valhalla maakte het best bont. In gevechten ging bijvoorbeeld veel mis. Af en toe viel een vijand neer die daarbij als een soort pingpongbal weer opstuiterde om een meter of vijftien verderop weer neer te komen. Kolderiek en daardoor best grappig, maar wel iets om een flinke rode vlag op te planten. Het bleef daar niet bij. Soms hoorden we gesprekken van personages die er niet waren. Soms verschenen vijanden spontaan op een plek, terwijl anderen juist verdwenen. Ja, het is een vroege versie van een later verschijnende game en die bugs kun je fixen, maar het zijn er behoorlijk veel. Nu staat Valhalla wel voor iets later op de kalender dan normaliter het geval is bij de Assassin’s Creed-games, maar het zou ons op voorhand niet verbazen als ‘december 2020’ nog verandert in ‘voorjaar 2021’.
Veelzijdige spelwereld
Dat gezegd hebbende gaan we snel terug naar de spelwereld, want zelfs met de vele bugs en foutjes die we tegenkwamen, hebben we ons prima weten te vermaken. Onze demo begon op het moment dat Eivor richting een klein dorpje trekt, voor een kort woordje met de lokale sheriff. Wat blijkt: Eivor heeft hulp nodig om een lokale legeraanvoerder genaamd Rued te grazen te nemen. De sheriff staat daar niet onwelwillend tegenover, maar wil eerst hulp inzake een ander probleem. Dus trekt Eivor even later richting een lokaal kerkje, om daar op hardhandige wijze wat raddraaiers te verwijderen. Tenminste: dat is optie één. De wereld van Assassin’s Creed: Valhalla zit zoals altijd vol met locaties die je kunt ontdekken, mysteries die je mag ontrafelen en mensen die je sidequests kunnen geven. Je eigen plan trekken is dus altijd een optie. In dit geval kan dat leiden tot interessante, grappige en soms angstaanjagende momenten. Zo speelden we een potje verstoppertje met wat kinderen, maar ontdekten we ook een plek waar ogenschijnlijk de duivel aanbeden werd en de sfeer, op zijn zachtst gezegd, behoorlijk sinister was. Dat ‘genoeg te ontdekken’ is uiteraard een van de duidelijke gelijkenissen die Valhalla deelt met The Witcher III, waar het afspeuren van alle vraagtekens op de kaart voor veel gamers al een spel op zich is.
:strip_exif()/i/2003714364.jpeg?f=imagearticlefull)
Door met de main quest, want daar kwamen we toch een beetje voor. Eivor slaagt erin om wat bondgenoten te verzamelen, en dan begint het meest spectaculaire deel van deze sessie. In Assassin’s Creed: Valhalla kunnen spelers hun leger met Vikingen op twee manieren inzetten: door het uitvoeren van een Raid of een Assault. Eigenlijk zijn die twee hetzelfde, alleen voer je een Raid uit op wat kleinere, minder goed bewaakte doelen zoals dorpjes en kloosters, terwijl de Assaults zijn gericht op moeilijk in te nemen plaatsen, zoals een fort. In dat laatste geval zul je dus meer worden getest en meer vijanden moeten verslaan voordat je de overwinning kunt claimen. De aanval begint met een grote groep Vikingschepen die op weg zijn naar het fort. Onderweg naar de kustlijn worden ze bestookt door een regen van pijlen, die je kunt ontwijken of waartegen je dekking kunt zoeken. Wanneer de schepen zijn gearriveerd, stormen de Vikingen naar voren en begint de slag. Dat uitgerekend dit tot het spectaculairste deel van de game behoort, zegt veel over waar Assassin’s nu als serie staat. De stealthy sluipmoorden lijken naar de achtergrond te zijn verdwenen, ten faveure van dit soort grote gevechten. Dat zagen we in Odyssey natuurlijk ook al deels, maar de balans lijkt in Valhalla verder te worden opgeschoven.
Dual-wielden
‘Lijkt’, want op basis van drie uur gameplay is dat natuurlijk lastig te zeggen. Wat we wel al kunnen zeggen, is dat de aanval op het fort gaaf is om te spelen. Eivor rent tussen haar troepen door en mept de ene na de andere Engelsman tegen de grond. Dat doet ze in dit geval met een schild en een bijl, maar net als in vorige Assassin’s Creed-games kan er worden afgewisseld. Wanneer je het schild inruilt voor een tweede bijl, kost dat je natuurlijk je vermogen om aanvallen goed af te weren, maar het levert Eivor wel veel meer kracht op in de aanvallen. Wisselen van wapen is niet nieuw, maar de mogelijkheid om elke set van twee wapens waar je maar één hand voor nodig hebt, tegelijk te gebruiken, is dat wel. Het dual-wielden levert in elk geval actie op je beeldscherm op, zo veel is duidelijk. Ubisoft heeft duidelijk geprobeerd de woeste, brute uitstraling van de Vikingen goed naar voren te laten komen, en het resultaat daarvan is zichtbaar. Met het grootste gemak plant Eivor haar bijlen in vijanden, hakt ze ledematen en hoofden af, en ga zo maar door. Daarbij gutst het bloed in de rondte.
De strijd in het fort leidt via verschillende binnenplaatsen met steeds weer nieuwe vijanden uiteindelijk naar een baasgevecht. Legeraanvoerder Rued, toevallig ook een Viking, wacht Eivor op, met aan zijn zijde een vijandig ogende wolf. Rued blijkt geen fan van de plannen van Eivor om allianties te smeden met lokale leiders. Als het aan hem ligt, veroveren de Vikingen het hele eiland en maken ze de Engelsen gewoon af. Tja, die types heb je ook. Hoe dan ook: Rued en Eivor binden de strijd met elkaar aan, terwijl de wolf natuurlijk ook meevecht. Het gevecht blijkt niet overdreven moeilijk. Nadat we de wolf hebben uitgeschakeld, is het vooral zaak om Rued niet de kans te geven zichzelf te genezen, terwijl je ondertussen zijn sterkste aanvallen rollend ontwijkt. Over dat genezen valt ook nog iets te zeggen: dat gebeurt niet meer vanzelf. Eivor moet eetbare dingen als paddenstoelen en bessen verzamelen, die haar gezondheid weer op peil kunnen brengen. Voor je een groot gevecht in gaat kan het dus handig zijn om eerst even wat proviand te verzamelen, al is dat vaak rond de plaats waar gevochten wordt ook nog wel te vinden. Op zich is er niets mis met dit systeem, maar het zoeken naar bessen voor je verder gaat met je missie voelt als een extra hobbel die je niet elke keer wil nemen.
:strip_exif()/i/2003714362.jpeg?f=imagearticlefull)
Na zo’n strijd en het volbrengen van de bijbehorende quest verdient Eivor uiteraard ook ervaringspunten. Die zijn uit te geven aan allerlei soorten skills, waarvan er ook veel passief zijn en Eivor simpelweg beter maken in aanvallen, in stealth of in een ander aspect van haar kwaliteiten. Bij het vrijspelen van die skills bewandel je een soort route langs sterrenbeelden. Op diverse punten zitten actieve skills die iets toevoegen aan de mogelijkheden van Eivor. Om daar te komen moet je een route van diverse passieve skills afleggen. Behalve dat je skills iets toevoegen, horen ze ook bij een van de verschillende takken: Bear Power, Wolf Power of Raven Power. Dat vertaalt zich weer naar items en wapens die Eivor kan verzamelen. Skills in een bepaalde tak zorgen er ook voor dat de wapens die gelieerd zijn aan dezelfde tak effectiever worden. Daarnaast kun je die wapens en je armor trouwens ook gewoon upgraden om ze sterker te maken, zoals dat in vorige Assassin’s Creed-games ook al kon.
Nadat we de main quest nog wat verder hebben gevolgd en onder meer dronken op een bruiloft hebben gestaan, zoeken we met hulp van de ontwikkelaar nog even wat bijzondere gevechten op. Die kom je normaliter tegen als onderdeel van een questlijn, maar je kunt ze uiteraard ook gewoon opzoeken. De eerste speciale vijand was een Legendary Beast, in dit geval een soort weerwolf-achtig beest dat op hoge snelheid aanvalt en veel schade aanricht met zijn onafweerbare aanvallen. De andere speciale vijand was een soort heks die een combinatie van melee en magische aanvallen gebruikte om ons te verslaan. Ook hier is weer het duistere randje te zien dat soms opduikt in deze Assassin’s Creed. Dat wist ons, in elk geval tot zover, prima te bekoren. Deze extra baasgevechten schetsen daarnaast het beeld dat deze Assassin’s Creed wat meer draait om dit soort confrontaties.
Sfeervol
Dan resteert nog de sfeer en de audiovisuele kant van het verhaal. Dankzij de sfeervolle achtergrondmuziek zit het met een kant van dat verhaal al aardig goed. Met de beelden weten we het zo net nog niet. Op momenten oogde de game prachtig, maar elders veranderde dat in ongeïnspireerd en nietszeggend of, nog erger: in herhalend. Als je binnen een paar uur meermaals dezelfde ‘assets’ tegenkomt in een spelwereld, stemt dat niet positief. Wat ook niet hielp is dat we de game speelden via een streamingdienst, een groot aantal visuele bugs zagen en de uiteindelijke beelden van onze sessie in 1080p kregen aangeleverd. Kan nog steeds best mooi zijn, maar waarom zijn die beelden niet gewoon in 4k? Dat is wel het niveau waarop alle concurrenten hun games laten zien. Hoe dan ook: het moge duidelijk zijn dat de game hier nog veel te bewijzen heeft.
De aankondiging van Assassin’s Creed: Valhalla stemde ons positief, maar dat geldt helaas een stuk minder voor de eerste speelsessie. Dat begint met bugs en rariteiten die je in deze fase van de ontwikkeling tot op zekere hoogte mag verwachten maar die onze speelsessie behoorlijk hebben geteisterd. Het is lastig om een game serieus te nemen als vijanden soms wegstuiteren en sommige soldaten als een kip zonder kop rondrennen zonder dat ze lijken te beseffen dat hun vijanden recht voor ze staan. En dan hebben we nog niet eens benoemd dat we met een vastlopende quest kregen te maken, waarbij een npc niet meer reageerde en we de quest niet konden afronden. Het geeft deze preview een flinke valse start die niet helemaal wordt goedgemaakt. De actie is bij vlagen weliswaar lekker, maar verloopt op andere momenten juist vrij moeizaam en ongecontroleerd. De spelwereld is soms prachtig, maar soms ongeïnspireerd en weinig bijzonder. Die wereld herbergt wel veel gave dingen om te ontdekken en Assassin’s Creed: Valhalla zal spelers zodoende vast lang bezig kunnen houden, maar bij ons ontbreekt het enthousiasme nog om dat te gaan doen. Dat is, na de eerste speelsessie met een gloednieuwe Assassin’s Creed-game, een pijnlijke voorlopige conclusie.
:strip_exif()/i/2003714358.jpeg?f=imagearticlefull)