De cijfers zijn indrukwekkend: in Nederland zijn naar verluidt in 2008 meer dan een miljoen high-end smartphones verkocht. Het leeuwendeel daarvan werd niet aangeschaft door zakelijke klanten - voorheen de grootste groep in smartphoneland - maar door consumenten. Het aandeel van high-end smartphones verdrievoudigde daarmee ten opzichte van 2007. Het waren niet allemaal touchscreentelefoons: modellen als de N95 8GB van Nokia vallen ook onder high-end smartphones, maar de succesvolste modellen van dit jaar kwamen niet uit Finland.
De meeste aandacht ging daarbij uit naar de iPhone 3G. De release van de smartphone, in juni aangekondigd en vanaf 11 juli in Nederland verkocht, ging gepaard met een zorgvuldig door T-Mobile geregisseerde hype. Informatie over abonnementen en beschikbaarheid kwam mondjesmaat beschikbaar, de eerste exemplaren werden verkocht tijdens een nachtelijke opening van een T-Mobile winkel in Rotterdam. Daarnaast waren er te weinig exemplaren beschikbaar. Dat was overigens van tevoren bekend: tussen de faq van T-Mobile stond al dagen van tevoren: 'Waarom heeft T-Mobile nu al geen iPhones meer? Dit revolutionaire toestel is ontzettend populair en op dit moment overtreft de vraag nog het aanbod.'
Het leek er dan ook op dat de iPhone 3G in Nederland een gigantisch succes zou worden: wie er een had besteld, moest vier tot zes weken wachten op zijn 'Jesusphone' en T-Mobile meldde juichend dat er in een maand al 35.000 waren verkocht. De hype bleek echter niet duurzaam: na september zakten de verkopen terug naar ongeveer tienduizend per maand. Onlangs ging de honderdduizendste iPhone over de toonbank. Hoewel het nog altijd veel is, is het voorstelbaar dat T-Mobile, na de overweldigende aandacht en de hype rond de release, had gehoopt dat er meer verkocht zouden worden.
Het grootste succes van de iPhone lag niet in de verkopen, maar in het gebruik. Bezitters van een iPhone gingen enthousiast met hun toestel aan de slag. Het dataverkeer van T-Mobile verdrievoudigde bijna. Ook de App Store, Apple's downloadwinkel voor software, kon op veel belangstelling rekenen. Veel sites lanceerden een iPhone-applicatie, waarvan die van Teletekst en Nu.nl onder andere een groot succes waren. Ook een sociale netwerksite als Hyves lanceerde een eigen applicatie.
Die grote belangstelling kan deels worden verklaard door de publicitaire waarde van zo'n applicatie: het aantal potentiële gebruikers ligt fors lager dan voor bijvoorbeeld een Symbian-applicatie, maar een iPhone-app was in 2008 hip. Een andere verklaring was de eenvoudige distributie die Apple had opgezet. In tegenstelling tot andere mobiele platformen, verzamelt Apple alle programma's in zijn eigen programma iTunes, waardoor ze makkelijk doorzoekbaar en installeerbaar zijn. Wie een applicatie voor Symbian of Windows Mobile wil installeren, moet eerst opzoeken waar hij dat kan vinden en hoe dat op de telefoon kan worden gezet. Het succes van de App Store viel dan ook op bij de concurrentie. Google, Microsoft, T-Mobile: allemaal kondigden ze aan met een eigen versie van de App Store te komen. Google is tot nu toe de enige die de daad bij het woord heeft gevoegd en zijn Android Market heeft geopend - speciaal voor zijn mobiele besturingssysteem.
Maar waar de iPhone alle publiciteit kreeg, verkochten andere telefoons minstens even goed. Een grote verrassing was de Omnia van Samsung. Ondersteund door een marketingcampagne met posters in bushokjes en banners op websites, groeide het Windows Mobile-toestel uit tot een van de best verkopende telefoons van 2008. Des te opvallender, omdat Samsung, die na Nokia de meeste mobieltjes verkoopt in Nederland, voor het eerst een toestel wilde verkopen aan consumenten met Windows Mobile. Een van de belangrijkste verkoopargumenten daarvoor was 'vingervriendelijkheid', een trend die door de komst van de iPhone werd versterkt: ondanks de aanwezigheid van Windows Mobile op het toestel, dat immers op gebruik van een stylus is ontworpen, beloofde Samsung dat de stylus niet meer nodig was. Daarvoor had Samsung eigen software op het toestel gezet, als een schil om Windows Mobile heen.
Samsung is niet de enige fabrikant die de nadelen van Windows Mobile probeert te verbloemen door eigen software eroverheen te plaatsen. De vorig jaar ingezette koers van HTC, toestellen met de eigen naam en eigen software erop gaan verkopen, wierp in 2008 zijn vruchten af. Na al redelijk succesvolle telefoons als de Touch en de Touch Dual te hebben gemaakt in 2007, kwam voor de Taiwanese fabrikant de grote klapper deze zomer met de Touch Diamond. Dit consumententoestel moest het vooral hebben van zijn vormgeving: hoekige vormen en een plat design. HTC verkocht dit jaar meer dan 100.000 exemplaren van het toestel, en naar eigen zeggen veelal aan vrouwen. Inmiddels is het aantal verkochte Diamonds volgens HTC 'ruim over de honderdduizend heen'.
Ook Sony Ericsson probeerde het met Windows Mobile dit jaar. In februari kondigde de Zweeds-Japanse fabrikant de Xperia X1 aan, een toestel die bij veel mensen een 'wow'-reactie opriep, vooral door de hoge resolutie van het scherm: 800x480. De telefoon kwam pas laat op de markt en kende in het begin de nodige leveringsproblemen. Toch vindt Sony Ericsson het toestel zelf een succes; er zijn er 'tienduizenden' van verkocht, al wil de fabrikant niet zeggen hoeveel precies.
En ook RIM kon niet meer achterblijven en presenteerde zijn eerste touchscreentoestel: de Storm kwam in november in Nederland uit. Inmiddels had Nokia ook al de stap genomen naar touchscreen. De 5800 Xpressmusic komt in het eerste kwartaal op de markt, vlaggenschip N97 volgt een paar maanden later.