Onderzoekers van Intel werken aan elektrolocatie-technologie die het mogelijk maakt voor robots om informatie over objecten te verzamelen zonder fysiek contact met de voorwerpen te maken. Zij doen dit door vissen te imiteren.
Vissen kunnen onder omstandigheden op plekken waar het zicht slecht is dankzij een aanpassing van het zijlijnorgaan elektrische signalen uit de omgeving opvangen. Zo kunnen haaien dankzij hun sensoren, die ampullen van Lorenzini genoemd worden, de spiersamentrekkingen van hun prooien detecteren en zo hun voedsel lokaliseren. De onderzoekers, onder leiding van Joshua R. Smith, van Intel Research Seattle werken aan een implementatie van deze elektrolocatie om robothanden een 'extra zintuig' te geven.
Een prototype van de hand kan niet alleen de globale vorm van een object detecteren voor het fysiek contact maakt, maar ook andere eigenschappen achterhalen, voor er daadwerkelijk contact optreedt. Zo kan de robothand meebewegen met objecten die het 'van plan' is te pakken, zoals in het filmpje te zien is, en onderscheid maken tussen verschillende objecten, zonder ze aan te raken. Een eerder prototype toont hoe de robot onderscheid kan maken tussen een met water gevulde fles en een lege fles.
De sensoren in de hand zijn van koper en aluminium gemaakt, waarover een oscillerend voltage wordt opgewekt. De andere sensoren, ook wel elektrisch veld-sensoren genoemd, detecteren het opgewekte elektrische veld middels inductie. Een object dat geleidend is, zoals organische materialen, dempt het opgevangen elektrische veld en dus de inductiestroom in de sensoren. Algoritmes zorgen voor interpretatie van de signalen, zodat toekomstige robots wellicht beter met alle variabelen in de omgeving om kunnen gaan.
