De Opta en het KLPD hebben een protocol opgesteld om de onderlinge kennis- en informatieuitwisseling te verbeteren. De twee overheidsinstanties hopen zo de groeiende criminaliteit op internet efficiënter aan te kunnen pakken.
Vanuit het KLPD is de afdeling High Tech Crime van de Dienst Nationale Recherche verantwoordelijk voor het bestrijden van cybercrime op basis van het Wetboek van Strafrecht. De Opta moet toezien op naleving van de Telecommunicatiewet en de consument beschermen. De twee instanties mochten tot voor kort niet zonder meer informatie uitwisselen over lopende onderzoeken.
Het nieuwe protocol moet daar een einde aan maken. De telecomwaakhond en het KLPD mogen door de gemaakte afspraken nu binnen vastgestelde kaders informatie onderling uitwisselen. Bovendien kan de verkregen informatie over lopende onderzoeken de status van juridisch bewijs krijgen. Volgens de twee instanties is een nauwere samenwerking hard nodig om de groeiende dreiging van cybercrime te keren. Ook wijzen de organisaties op het groeiend economisch belang van een stabiel internet.
Ook de Nederlandse politiek lijkt het probleem van computercriminaliteit steeds serieuzer te nemen. De ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken kondigen in hun begrotingen een intensievere aanpak van cybercrime aan. Zo wil de regering de eenheid Cybercrime verder professionaliseren en de opsporing op regionaal niveau intensiveren. De Cybercrime-eenheid van het KLPD moet volgend jaar volledig operationeel zijn en het High Tech Crime Center opvolgen. In 2008 moet ook het nieuwe 'Havank'-vingerafdrukkensysteem gaan draaien, waarin alle beschikbare vingerafdrukken digitaal staan opgeslagen.
