Het Nederlandse Openbaar Ministerie bevestigt dat doxing vanaf 1 januari 2024 strafbaar zal zijn. Wie zich schuldig maakt aan doxing, riskeert een geldboete, werkstraf of gevangenisstraf. Doxing tegen politici, journalisten en politieagenten kan tot een hogere strafeis leiden.
Het Openbaar Ministerie schrijft in een persbericht dat het bij het bepalen van de strafeis gebruik zal maken van de richtlijn voor strafvordering doxing. Die richtlijn maakt onderscheid tussen first offenders en recidivisten.
Het OM zal naar eigen zeggen ook rekening houden met het aantal slachtoffers en de gevolgen van doxing voor de slachtoffers. Volgens Sue Preenen, lid van het College van procureurs-generaal van het OM, kunnen de gevolgen voor de slachtoffers en hun omgeving immers 'heel groot' zijn en dat geldt volgens Preenen ook voor mensen met een publieke functie. Preenen stelt ook dat doxing een maatschappelijk probleem is dat niet enkel via het strafrecht opgelost kan worden. "Het is een stuk makkelijker dan een paar jaar geleden om online snel een groot publiek te bereiken", klinkt het. "Socialemediabedrijven hebben daarom ook een belangrijke verantwoordelijkheid in het tegengaan van strafbare uitingen via hun platforms."
Bij doxing delen kwaadwillenden in het openbaar persoonsgegevens van slachtoffers, zoals adressen, telefoonnummers of privégegevens van gezinsleden. Dat gebeurt bijvoorbeeld in chatgroepen en op sociale media. Het doel is dan om het slachtoffer angst aan te jagen. Doxing komt volgens de Rijksoverheid steeds vaker voor, onder meer tegen opiniemakers, wetenschappers, journalisten en politici. In de zomer van dit jaar heeft de Eerste Kamer al een wetsvoorstel aangenomen om doxing strafbaar te stellen.