De Nederlandse politie is begonnen met het inzetten van gezichtsherkenning bij het opsporen van verdachten. Daarbij worden databases ingezet met afbeeldingen van 800.000 gezichten van veroordeelde misdadigers, maar ook verdachten die nog niet zijn veroordeeld.
Rechercheurs kunnen een verdachte op een foto of video identificeren met behulp van herkenningssoftware die bekendstaat als 'Catch'. Die software is verbonden met databases waarin foto's staan van mensen die gearresteerd zijn voor een misdrijf waar minimaal een jaar cel op staat, zegt projectleider John Riemen van de politie tegen NOS.nl.
Als er een match is geconstateerd door het systeem, wordt deze door twee experts onafhankelijk van elkaar onderzocht, zegt de politie in een persbericht. Als daar een positieve conclusie uitkomt kan de vergelijking gezien worden als een sterke aanwijzing dat het de verdachte betreft. Het geldt echter niet als 'hard bewijs', zoals bij vingerafdrukken.
Foto's van verdachten die onschuldig blijken, worden verwijderd uit de database, maar het is niet duidelijk hoe snel dat gebeurt. Afhankelijk van het soort misdrijf blijven de foto's van veroordeelden twintig tot tachtig jaar in de database staan.
De politie heeft ook de mogelijkheid om gezichten van verdachten te vergelijken met die van asielzoekers, uitgeprocedeerden en aanvragers van een Nederlands visum, maar daarvoor is toestemming van het Openbaar Ministerie nodig.
Als bronmateriaal voor vergelijkingen kan de politie video's en foto's gebruiken die zijn aangeleverd, maar ook beelden van beveiligingscamera's, of bodycams waarmee agenten worden uitgerust. Vergelijken mag alleen als er iemand op de beelden staat die ergens van wordt verdacht. Riemen verwacht dat de politie de database 'honderden tot duizenden' keren per jaar zal inzetten.
Het gebruik van gezichtsherkenning door de politie is volgens privacyorganisaties en deskundigen controversieel. Bits of Freedom geeft tegenover NOS aan dat het steekt dat er geen debat is gevoerd over de invoering van het systeem. Onderzoeker Frederik Zuiderveen Borgesius van de Universiteit van Amsterdam zegt dat de foto's uit de database oorspronkelijk voor een ander doel zijn verzameld.
Volgens de politie is de database juist goed voor de privacy, omdat er nu minder snel via Opsporing Verzocht foto's naar buiten gebracht hoeven te worden. Om dat te doen heeft de politie echter toestemming nodig van het Openbaar Ministerie en dat is niet het geval bij het gebruik van de database.
Naar eigen zeggen is de politie met het systeem een van de voorlopers in Europa. De politie verwacht echter dat er op termijn een internationaal systeem komt, net zoals het systeem voor vingerafdrukken, waarbij zeventien Europese landen zijn aangesloten.