Met de RTX 3050 brengt Nvidia een theoretisch betaalbare videokaart uit in een turbulente tijd van hardwaretekorten, inflatie en chipschaarste. De fabrikant hamert er zelf vooral op raytracing naar een lager prijspunt te brengen, met voor het eerst hardwarematige versnelling in een x50-model. Het feit dat raytracing nu ook in dit prijssegment aanwezig is, zou in deze optimistische visie een hoop moeten zeggen over hoe volwassen deze rendertechniek in games inmiddels is.
Presteert zoals een GTX 1660 Super, ook op PCIe 3.0
Op basis van de gebruikte GA106-gpu is de RTX 3050 weinig spannends; het is een deels uitgeschakelde RTX 3060 met minder videogeheugen. In onze testresultaten komt de kaart ook zo naar voren, maar de RTX 3050 kan nog bondiger worden samengevat als een GTX 1660 Super met raytracing. Dat is waar het op neerkomt bij de RTX 3050 in games, inclusief raytracingprestaties die indruk maken in vergelijking met een RX 6500 XT en tegelijkertijd te laag zijn om echt te gebruiken.
De RTX 3050 is op PCIe 4.0 gemiddeld net iets sneller en op PCIe 3.0 gemiddeld net iets langzamer dan de GTX 1660 Super. De acht PCIe-lanes op de RTX 3050 leiden weliswaar tot een kleine prestatiebeperking van zo'n vijf procent op PCIe 3.0, wat gelukkig lang niet zo erg is als bij de Radeon RX 6500 XT. Wat hier bovendien bij helpt, is dat de RTX 3050 met 8GB vram van meer geheugen is voorzien dan de RX 6500 XT.
Daadwerkelijke prijzen blijven kwestie van afwachten
Bekijken we de prijs-prestatieverhouding van de GeForce RTX 3050 ten opzichte van de GTX 1660 Super, dan is die weinig indrukwekkend als we uitgaan van de adviesprijzen. Iets betere prestaties voor iets meer geld, weliswaar nu met ondersteuning voor raytracing, maar dat is niet op een prestatieniveau om standaard in te schakelen. Omdat adviesprijzen voor videokaarten tegenwoordig vrijwel geen zinnige maatstaf meer zijn, is het beter om te kijken naar werkelijke prijzen en eventuele alternatieven. De GTX 1660 Super is momenteel vanaf ongeveer 500 euro verkrijgbaar en de RTX 3060 verschijnt in de Pricewatch vanaf zo’n 700 euro. De verwachting is dat de RTX 3050 hier ergens tussen komt te liggen, maar waar precies is op het moment van schrijven nog onduidelijk.
De GeForce RTX 3050 kan voor de 1080p-gamer een interessante videokaart worden, maar dat hangt vooral af van de prijs en verkrijgbaarheid. Een eerste batch voor de launch van deze kaart kan beschikbaar komen voor de door Nvidia verplichte adviesprijs. Het is vooral de vraag wat de prijzen daarna gaan doen. Lukt het Nvidia om de RTX 3050 ook na introductie voor een lagere prijs beschikbaar te hebben dan de GTX 1660 Super, dan heeft de RTX 3050 uiteraard de voorkeur. Of dat ook gaat gebeuren? Wij durven onze hoop er niet op te vestigen.