Van vooraf gezien bestaat de iMac 24" 2021 uit twee delen: het Retina-scherm met een '4,5K'-resolutie en een kin, waarin een rechthoekige printplaat met alle hardware is geplaatst. De metalen standaard heeft een kleurtint die bij de kleur van de iMac zelf past en biedt uitsluitend de mogelijkheid om te kantelen. In hoogte verstelbaar is de voet niet. Wil je de iMac ergonomisch kunnen instellen, dan kun je bij Apple zelf een variant met VESA-montage bestellen. Dat moet je wel vooraf beslissen; je kunt niet achteraf een VESA-mount toevoegen aan een iMac met poot.
Aansluitingen en connectiviteit
In de voet zit een uitsparing om de kabels te geleiden, met recht daarachter een magnetische stroomaansluiting. De bijgeleverde 143W-adapter dient echter niet alleen voor de stroomtoevoer, maar heeft behalve bij het instapmodel ook een gigabit-ethernetaansluiting. Zo kun je een bedrade netwerkverbinding leggen zonder dat je een van je weinige USB-poorten moet opofferen voor een netwerkadapter. Uiteraard beschikt de all-in-one ook over Wi-Fi-6 en Bluetooth 5.0.
Buiten de stroompoort zitten achter op de iMac namelijk nog maar vier andere aansluitingen: viermaal USB-C, waarvan twee geschikt voor Thunderbolt 4. Daarvoor worden ironisch genoeg componenten van Intel gebruikt. Het instapmodel beschikt uitsluitend over de twee Thunderbolt-poorten en heeft dus maar zeer beperkte aansluitmogelijkheden. Op de linkerzijkant heeft Apple tot slot nog een plekje gevonden voor een hoofdtelefoonaansluiting; achterop had hij vanwege de lengte van de jackplug niet gepast.
Webcam en audio
Op de specificaties en testresultaten van het beeldscherm komen we verderop in deze review terug. Boven het scherm zit een vernieuwde webcam, die niet langer een 720p-resolutie heeft, maar in full hd kan filmen. De signaalprocessor in de Apple M1-chip regelt onder meer de belichting, witbalans en tonemapping, waardoor de kwaliteit van het beeld duidelijk beter is dan wat we bijvoorbeeld van veel laptops gewend zijn: klik hier voor een voorbeeldfoto. Bovendien beschikt de nieuwe iMac over in totaal drie microfoons, waarvan er één naar voren is gericht. De andere twee worden gebruikt om omgevingsgeluid weg te filteren.
Ook aan het geluid heeft Apple speciale aandacht besteed. Een groot deel van de loze ruimte achter het scherm wordt gebruikt als kast voor de luidsprekers, waardoor zowel de kwaliteit als het volume van het geluid indruk maakt, zeker als je bedenkt hoe beperkt de ruimte daarvoor is. In totaal bestaat het geluidssysteem uit vier woofers en twee tweeters.
Magic Mouse, Magic Keyboard en Magic Trackpad
Voordat we aandacht besteden aan het binnenwerk, moeten we niet vergeten dat je bij de iMac ook nog een toetsenbord, muis en/of touchpad krijgt, dit keer zelfs in bijpassende kleuren. Bij het instapmodel krijg je een draadloos Magic Keyboard zonder Touch ID; bij alle andere uitvoeringen zit er rechtsboven een vingerafdruklezer. Wil je de variant met een numpad, dan kost dat 26 euro extra. Om te muizen wordt standaard een Magic Mouse meegeleverd. Wil je in plaats daarvan een Magic Trackpad, dan betaal je 50 euro extra, als je allebei wilt, levert dat een meerprijs van 135 euro op.
Aan de kwaliteit en het comfort van de randapparatuur is weinig veranderd ten opzichte van wat je bij de voorgaande iMacs kreeg. Het toetsenbord is erg compact en de feedback tijdens het typen is vergelijkbaar met wat je op een doorsnee laptop aantreft. De muis is vooral erg plat, wat handig is voor de gestures die je erop kunt doen, maar wat het comfort niet ten goede komt tijdens langere muissessies.