M2 Max versus M2 Ultra
Apple Mac Studio (2023)
De nieuwe Mac Studio is vooral een stukje vlotter dan zijn voorganger, met meer cpu- en gpu-cores. Op wat kleine updates na, koop je verder toch vooral dezelfde machine. In de huidige staat blijkt de nieuwe Game Porting Toolkit niet bepaald een gamechanger voor wie wil gamen op zijn Mac, en ook nadelen als het gebrek aan repareer- en upgradebaarheid zijn onveranderd aanwezig. Daar staat tegenover dat je een indrukwekkend efficiënte en stille machine krijgt, die is voorzien van veel snelle aansluitingen. Voor vrijwel alle gebruikers maakt hij daarmee de nieuwe Mac Pro overbodig.
Tijdens WWDC ververste Apple zijn Mac Studio met de socs uit de M2-serie. Hoewel de nieuwe uitvoering vanbuiten amper te onderscheiden is van die van vorig jaar, moet de nieuwe hardware vanbinnen hem een stuk krachtiger maken. Hoeveel sneller is de nieuwe Mac Studio precies en hoe verhoudt hij zich tot de tegelijkertijd aangekondigde Mac Pro?
Net als de eerste generatie Mac Studio kun je de nieuwe Studio configureren met twee verschillende processors. De M2 Max kwamen we eerder al tegen in onze review van de MacBook Pro 16". Deze soc heeft twaalf cores, verdeeld over acht P-cores en vier E-cores. Dat zijn er twee meer dan bij de M1 Max, en daarnaast zijn ook de kloksnelheden met enkele honderden MHz verhoogd. Bovendien heeft de soc niet langer 32, maar 38 gpu-cores.
/i/2005833426.png?f=imagearticlefull)
Omdat de M2 Ultra oneerbiedig gezegd bestaat uit twee aan elkaar geplakte M2 Max-die's, is het aantal cpu-cores bij deze chip verhoogd van 20 naar 24 stuks, terwijl de gpu van 64 naar 76 cores gaat. Dat zou de chip volgens Apple twintig procent sneller moeten maken in cpu-taken, en wel dertig procent vlotter in gpu-taken. Overigens heeft ook de 'neural engine' een upgrade gekregen, maar die heeft geen extra cores en dus gaat het daarbij vermoedelijk puur om hogere kloks.
Als je de nieuwe Mac Studio gaat configureren, dan valt je waarschijnlijk op dat je moet bijbetalen voor een M2 Max of Ultra met een volledig ingeschakelde gpu, en dat er een nieuwe geheugenoptie bij is gekomen. In de krachtigste configuratie, die wij hebben getest, is er 192GB werkgeheugen beschikbaar. Bij de M1 Ultra was het maximum nog 128GB.
|
M2 |
M2 Pro |
M1 Max |
M2 Max |
M1 Ultra |
M2 Ultra |
Cpu (max.) |
8-core |
12-core |
10-core |
12-core |
20-core |
24-core |
Gpu (max.) |
10-core |
19-core |
32-core |
38-core |
64-core |
76-core |
Geheugen (max.) |
24GB |
32GB |
64GB |
96GB |
128GB |
192GB |
Geheugenbandbreedte |
100GB/s |
200GB/s |
400GB/s |
400GB/s |
800GB/s |
800GB/s |
Transistors |
20 miljard |
40 miljard |
57 miljard |
67 miljard |
114 miljard |
134 miljard |
De specificaties van alle Apple M2-processors in vergelijking met de M1 Max en M1 Ultra
Ontwerp, aansluitingen en prijzen
Over het ontwerp van de Mac Studio kan ik je weinig nieuws vertellen, want dat is volledig identiek aan dat van de eerste generatie. De behuizing is in feite een hogere Mac mini met meer poorten. Aan de voorkant zitten nog altijd twee USB-C-poorten en een fullsize SD-kaartlezer. Achterop kom je vier Thunderbolt-poorten, een 10Gbit/s-ethernetpoort, twee USB-A-poorten (5Gbit/s), een HDMI 2.1-poort en een jackplug tegen. Bij de vorige Mac Studio was dat nog een HDMI 2.0-poort, waardoor je nu een 8k- in plaats van 4k-scherm kunt aansluiten. Ook de draadloze connectiviteit is weer bij de tijd gemaakt, met Wi-Fi 6E en Bluetooth 5.3.
:strip_exif()/i/2005835028.jpeg?f=imagearticlefull)
Apple heeft vooral de behuizing van de Mac Studio weer wat duurzamer gemaakt. De belangrijkste wijziging op dat gebied ten opzichte van de eerste generatie Studio is dat al het aluminium nu hergebruikt is, wat eerder nog tachtig procent was. Daarnaast bestaat de verpakking weer voor een iets groter deel uit (papier)vezels, namelijk voor 99 procent in plaats van 96 procent. Overigens is de totale carbon footprint van de instap-Mac Studio juist toegenomen van 262kg CO₂e naar 290kg CO₂e.
Het koelsysteem zuigt lucht aan vanaf de onderkant en blaast de opgewarmde lucht weer naar buiten via het ventilatierooster aan de achterkant. Bij de versies met M2 Max wordt opnieuw een grotendeels aluminium heatsink gebruikt, terwijl dat bij de M2 Ultra een koperen koelblok betreft. Dat is de voornaamste reden waarom de variant met M2 Ultra-processor bijna een kilo zwaarder is.
Uitvoeringen, prijzen en upgrades
In beginsel kun je bij de aanschaf van een Mac Studio kiezen tussen de versie met M2 Max en die met M2 Ultra. Dat heeft niet alleen invloed op de beschikbare cpu- en gpu-rekenkracht, maar ook op de functionaliteit. Bij de M2 Max-variant zijn de twee USB-C-poorten aan de voorkant van het apparaat reguliere 10Gbit/s-aansluitingen, terwijl dat bij de M2 Ultra-versie om volwaardige Thunderbolt 4-poorten gaat. Mede daardoor kun je op de M2 Max-versie maximaal vijf schermen aansluiten, terwijl de M2 Ultra tot acht schermen gaat. Kies je voor hogere resoluties of refreshrates, dan loopt dat aantal wel terug.
Aan upgradebaarheid heeft Apple met de nieuwe Mac Studio niets gedaan. Het blijft dus onmogelijk om achteraf meer geheugen of opslag toe te voegen. Ook de repareerbaarheid lijkt Apple weinig serieus te nemen. De Mac Studio van dit jaar ontbreekt vooralsnog op Apple's zelfreparatiewebsite.
Dat is niet alleen vervelend als je eisen in de loop der tijd veranderen of wanneer je zelf een reparatie wilt uitvoeren, maar voorkomt ook dat je zelf goedkoper meer geheugen of opslag kunt plaatsen. De upgrades blijven namelijk erg aan de prijs, zeker die voor opslag. Voor 1TB ssd-opslag extra betaal je 460 euro, terwijl een losse 1TB-ssd voor minder dan 50 euro te koop is. En ook als je de soc graag met volledig ingeschakelde gpu wilt hebben, betaal je vooral in het geval van de M2 Ultra een welhaast bizarre meerprijs. Hoewel het basismodel van de Mac Studio met M2 Ultra-soc 'maar' 4849 euro kost, komt de totaalprijs voor de aan ons in bruikleen verstrekte configuratie daardoor op maar liefst 10.369 euro uit.
Configuraties |
M2 Max |
M2 Ultra |
Basisconfiguratie |
30-core gpu, 32GB ram, 512GB ssd € 2429 |
60-core gpu, 64GB ram, 1TB ssd € 4849 |
Volledige gpu |
38-core: + € 230 |
76-core: + € 1150 |
Geheugen |
64GB: + € 460 |
128GB: + € 920 192GB: + € 1840 |
Opslag |
1TB: + € 230 2TB: + € 690 4TB: + € 1380 8TB: + € 2760 |
2TB: + € 460 4TB: + € 1150 8TB: + € 2530 |
Benchmarks en gamen op macOS
Het is tijd om naar het voornaamste aspect van de nieuwe Mac Studio te kijken: de prestaties. In de grafieken vind je ter vergelijking natuurlijk de vorige Mac Studio met M1 Ultra-soc, diverse Macs met verschillende M1- en M2-processors en, waar mogelijk, enkele desktopprocessors van AMD en Intel.
De Mac Studio met M2 Ultra-soc komt uit op ruim 28.500 punten in de multithreadedtest van Cinebench 23. Dat is ruim 18 procent hoger dan de M1 Ultra, waarmee de M2 Ultra tussen de Core i5 13600K en i7 13700K in eindigt. De singlethreaded score komt uit op 1750 punten, 14 procent sneller dan de M1 Ultra en daarmee een record voor de Apple-processors. Zowel AMD als Intel blijven op dit punt echter snellere processors leveren.
- Cinebench 23 - Multi
- Cinebench 23 - Single
In Geekbench 5 - Multi is de prestatiewinst ten opzichte van de M1 Ultra vergelijkbaar. De M2 Ultra doet het in deze test 19 procent beter. Singlethreaded is het verschil met 15 procent wat kleiner.
- Geekbench 5 - Multi
- Geekbench 5 - Single
De Corona-benchmark is gebaseerd op de Corona Renderer, die beschikbaar is voor de renderprogramma's 3ds Max en Cinema 4D. Ook in deze test zien we een mooie prestatiewinst; de M2 Ultra is 14 procent sneller klaar dan de M1 Ultra. De score van 62 seconden is vergelijkbaar met wat bijvoorbeeld de AMD Ryzen 9 7950X en Intel Core i9 13900K halen in deze test.
In Blender is de prestatiewinst met bijna 20 procent zelfs nog wat groter.
Jetstream is een browserbenchmark die vooral leunt op JavaScript, dat grotendeels singlethreaded is. Daarin is de M2 Ultra amper sneller dan de M1 Ultra. Moderne desktop-cpu's van AMD en Intel zijn op dit vlak duidelijk vlotter.
In DaVinci Resolve is ons testproject een halve minuut oftewel 7 procent sneller gerenderd dan op de M1 Ultra. De extra cores doen bij videorendering wel iets, maar perfect schalen doet dit soort software niet.
Gpu-benchmark en gamen onder macOS
De 'normale' 3DMarks, zoals Time Spy en Fire Strike, werken niet onder macOS. Wild Life Extreme is eigenlijk beschikbaar voor Android, iOS en Windows, maar omdat je op de Macs met 'Apple silicon' ook iOS-apps kunt draaien, werkt de Metal-versie ook op macOS. In de grafische prestaties zien we een grote vooruitgang. De M2 Ultra scoort ruim 45.000 punten, een volle 10.000 punten meer dan de M1 Ultra, wat neerkomt op een indrukwekkende verbetering van 29 procent.
Apple kondigde tijdens WWDC niet alleen deze specbump van de Mac Studio aan, maar ook de beschikbaarheid van de Game Porting Toolkit. Officieel is dit softwarepakket bedoeld om gameontwikkelaars een handje te helpen bij het overzetten van hun game, maar enthousiastelingen kwamen er al snel achter dat je de toolkit ook zelf kunt gebruiken om Windows-games te emuleren.
Ik ging dus vol enthousiasme aan de slag met de instructies op de niet-officiële Apple Gaming Wiki. In feite emuleer je eerst de x86-architectuur, vervolgens daarbinnen Windows en dan worden de api-calls van DirectX 12 omgezet naar corresponderende functies in macOS. Je bent even aan het stoeien met de installatie van alle benodigde tools via de terminal, maar na een paar uur was ik zover dat ik een Windows-game kon opstarten.
In eerste instantie probeerde ik F1 22 te spelen, een game die doorgaans prima uit de voeten kan met wat langzamere hardware en daardoor ook vast wel te spelen viel door alle emulatielagen heen, dacht ik. De game crashte echter genadeloos bij het opstarten en daar viel ook niet omheen te werken.
Cyberpunk 2077 startte na de nodige laadtijd wel op. Omdat het menu soepeltjes draaide rond de 60fps, besloot ik de benchmark gewoon op de native 4k-resolutie met ultra-settings te draaien. Dat was te optimistisch, zo bleek, want dat leverde gemiddeld 9fps met een bizarre hoeveelheid spikes op. Ook het menu en zelfs de muisinput waren na het draaien van die test niet vooruit te branden; pas na een reboot was het gamemenu weer fatsoenlijk te bedienen.
Een tweede poging met 1080p-resolutie en medium-settings leverde gek genoeg exact hetzelfde resultaat op: alles leek te werken en goed te renderen, maar meer dan 9fps kwam er niet uit. Opvallend is dat de game de gebruikte 'videokaart' herkende als een exemplaar van AMD, waarbij ik ook FSR in kon schakelen, al had ook dat geen enkel effect op de prestaties.
Hoewel het even een gaaf gevoel geeft dat je een 'Windows-game' draaiende hebt onder macOS, is de praktische bruikbaarheid van de Game Porting Toolkit voor consumenten daarmee nihil. Ergens in de vele emulatielagen lijkt een serieuze bottleneck te zitten, die voorkomt dat de game schaalt met de enorme rekenkracht waar de cpu en gpu in de Mac Studio in theorie over beschikken. En als je configuratie van ruim tienduizend euro dan niet meer dan een slideshow weet weer te geven, voelt dat eigenlijk ook wel weer een beetje lullig.
Energiegebruik en geluidsproductie
Apple lijkt wat te hebben gesleuteld aan het verbruik wanneer de Mac volledig is uitgeschakeld; we meten nu nog minder verbruik dan bij de Mac mini. Wanneer de pc aanstaat, is het idleverbruik iets gestegen naar 20W. Ook onder maximale belasting verbruikt de M2 Ultra met zijn extra cpu- en gpu-cores wat meer dan zijn voorganger, namelijk 118W. Dat valt natuurlijk in het niet als je bedenkt wat een compleet systeem op basis van een vergelijkbaar presterende AMD- of Intel-processor zou verbruiken: al gauw een veelvoud in ieder geval.
- Opgenomen vermogen - uit
- - idle
- - maximale belasting
De Mac Studio blijft een heerlijk stil systeem, ook al valt onze meting marginaal hoger uit dan bij de versie van vorig jaar. Vooral onder belasting is het indrukwekkend hoe de Mac Studio amper van zich laat horen; 22 decibel gemeten op een halve meter afstand stelt echt niets voor.
- WebXPRT 3 - LAeq
- Blender - LAeq
Conclusie
De Mac Studio (2023) is voornamelijk een stukje sneller geworden dan zijn voorganger. Zowel de M2 Max- als M2 Ultra-socs hebben wat meer cpu- en gpu-cores dan de varianten uit de M1-generatie. In combinatie met iets hogere kloksnelheden leidt dat tot een prestatiewinst van rond de 18 procent voor de cpu en bijna 30 procent voor de gpu. De snelheidwinst per cpu-core is beperkter en op dat punt blijft het courante aanbod van AMD en Intel sneller.
Het blijft jammer dat je de op papier enorm krachtige gpu vooral voor hardwareversnelling in zakelijke toepassingen kan gebruiken. Hoewel de beschikbaarheid van een officiële Game Porting Toolkit een sprankje hoop bracht, vallen mijn ervaringen om daarmee zelf Windows-games te emuleren tegen. Wie zijn pc primair gebruikt om te gamen moet sowieso niet bij Apple zijn, maar juist voor wie na het werk nog even wil kunnen ontspannen, zou het heel fijn zijn als de fabrikant daar meer vaart achter zet.
Behoudens enkele kleine upgrades, zoals HDMI 2.1 en Wi-Fi 6E, blijven de sterke en zwakke punten van de Mac Studio gelijk. Het is een indrukwekkend efficiënte en stille machine, maar de configuratieopties zijn extreem duur en zelf upgraden of repareren is onmogelijk.
Nieuw is natuurlijk wel dat Apple naast de Mac Studio ook een Mac Pro aanbiedt. Dat is in feite een Mac Studio, maar dan in de formfactor van een klassieke desktoptoren en met enkele uitbreidingsslots. Die slots kun je niet gebruiken voor videokaarten, want er zijn geen AMD- of Nvidia-drivers meer voor de Arm-versie van macOS, dus voor het gebruik daarvan moet je denken aan enterpriseopslagoplossingen of specifieke beeld- en geluidsverwerkingskaarten. Dat maakt de nieuwe Mac Pro heel erg niche, en de Mac Studio de juiste keuze voor vrijwel iedereen die vroeger een Pro zou hebben gekocht.