Het bedrijf Molycorp heeft een oude mijn in de Amerikaanse staat Californië heropend om daar zeldzame aardmetalen te gaan delven. Stijgende prijzen van deze grondstoffen zouden het opnieuw openen van de mijn economisch rendabel maken.
De mijn in Mountain Pass, gelegen in Californië, moet per jaar 40.000 ton aan zeldzame aardmetalen opleveren. Het gaat daarbij voornamelijk om cerium, lanthanium en yttrium. Alhoewel de Californische mijn lange tijd was gesloten, zouden stijgende prijzen van zeldzame aardmetalen het delven weer aantrekkelijk maken. Mountain Pass is momenteel de enige plaats in de Verenigde Staten waar zeldzame aardmetalen gedolven kunnen worden.
Voor de delvingswerkzaamheden heeft Molycorp toestemming gekregen van de staat Californië. Daarbij claimt het bedrijf zeldzame aardmetalen te kunnen delven zonder dat dit ten koste gaat van het milieu. Het is echter nog onduidelijk hoe Molycorp dit in de praktijk wil brengen. Inmiddels zouden de delvingsactiviteiten al zijn begonnen.
Met het binnenlands winnen van de grondstoffen wordt de Verenigde Staten mogelijk iets minder afhankelijk van China voor het verkrijgen van zeldzame aardmetalen. China heeft momenteel ongeveer 95 procent van de markt in handen. Eerder dienden de VS, EU en Japan een aanklacht in bij de WTO wegens exportrestricties die China oplegt.
Bedrijven hebben aardmetalen nodig om verscheidene consumentenproducten zoals mobiele telefoons, lcd-televisies en accu's voor hybride of geheel elektrisch aangedreven auto's te maken. Vanwege het verminderen van de export door China zouden de prijzen de laatste jaren aanzienlijk zijn gestegen.
Het heropenen van oude mijnen staat al enige tijd op de Amerikaanse planning. Enige tijd geleden liet het Amerikaanse Ministerie van Energie al weten op termijn af te willen van de afhankelijkheid van China, waarbij het heropenen van de mijn in Mountain View werd genoemd.