Japanse geologen hebben op de bodem van de Grote Oceaan grote reserves 'zeldzame aardmetalen' gevonden. De op 100 miljard ton geschatte voorraden voor de hightech-industrie essentiële grondstoffen zouden op dieptes tot 6km liggen.
De Japanse onderzoekers van de Universiteit van Tokio, die hun bevindingen in het Britse blad Nature Geoscience publiceerden, hebben op diverse locaties tweeduizend sedimentmonsters genomen van de oceaanbodem. Zij concluderen dat er, verspreid over een enorm gebied, grote hoeveelheden zeldzame aardmetalen in de modder op de oceaanbodem liggen.
Behalve in een strook die zich uitstrekt van het oosten tot het westen van Hawaï, zijn er ook aardmetalen gevonden in de oceaan rondom het eiland Tahiti. Het zou gaan om een oppervlakte van meer dan 11 miljoen vierkante kilometer. Volgens de onderzoekers zou er circa 100 miljard ton aan zeldzame aardmetalen te winnen zijn. Het grootste deel zou bovendien in internationale wateren liggen, op dieptes tussen de 3,5 en 6 kilometer. Volgens de onderzoekers herbergt 1 vierkante kilometer in het gebied voldoende grondstoffen voor een vijfde van de jaarlijkse wereldwijde vraag naar dergelijke metalen.
Zeldzame aardmetalen, grondstoffen die essentieel zijn voor de hightech-industrie, zijn ondanks hun naamgeving verre van zeldzaam. In de laatste jaren wordt echter het leeuwendeel gewonnen in China en de Chinese regering heeft, mede uit politieke overwegingen, besloten om de export van metalen als neodymium en dysprosium te reduceren. Hierdoor zijn de prijzen op de wereldmarkt omhoog geschoten.
Ondanks de dominante positie van China en de hoge prijzen voor aardmetalen is het nog de vraag of de enorme voorraden op de oceaanbodem momenteel commercieel interessant zijn. Belangstellenden moeten dure technologie inzetten om de zeldzame aardmetalen op grote diepte te winnen. Daarnaast zouden er de nodige gevaren zijn voor het milieu.