Het versturen van foto's van slechte kwaliteit door WhatsApp stoort mij al jaren ontzettend. Ik leg voortdurend aan mensen uit dat ik liever geen leuke foto's via WhatsApp ontvang vanwege het kwaliteitsverlies. Wat dat betreft ben ik erg blij met deze trend.
Lastig uit te leggen aan de groep die schermt met het hun 50 megapixel camera

Aan de andere kant vraag ik me af hoeveel onnodige opslag/energie in datacenters we verbruiken vanwege de overbodige foto's die in de cloud opgeslagen blijven staan bij iedereen. Als we in de toekomst foto's in een hogere resolutie gaan versturen, zal dit probleem waarschijnlijk alleen maar toenemen.
Ik denk dat onze computers sneller efficiënter worden dan dat onze foto's in resolutie toenemen. Maar we fotograferen wel steeds meer en maken ook steeds vaker een filmpje in plaats van een foto.
Wat al veel zou helpen is dat we niet allemaal onze eigen kopie van een file moeten bewaren. Als je een foto aan 10 anderen stuurt kan je 10 kopietjes maken of je kan iedereen naar dezelfde centrale bron sturen. Of, nog mooier, dezelfde décentrale bron. Als je een foto maakt van 30 collega's dan is het niet nodig om die foto 30 keer op te slaan. Zolang er maar 1 iemand is die de foto heeft kan de rest die daar gaan halen.
Met het oog op backups wil je natuurlijk niet één kopie hebben maar een paar zodat de foto niet verloren gaat als die ene persoon z'n laptop in zee laat vallen, maar 30 keer hoeft ook weer niet.
Het is alleen niet handig als je zelf moet bijhouden welke collega's er nog een kopie hebben, dat stukje wil je automatiseren. Laat de computer maar bijhouden hoeveel kopietjes van die foto er in omloop zijn. Als het er te weinig worden moet je misschien zelf maar een extra kopie maken zolang het nog kan. En als de computer dat dan toch doet doen kun je anderen ook helpen door hun gebruik te laten maken van jouw lokale kopie. Dan is er geen centrale bron meer maar kun je files altijd terug vinden zolang er nog één iemand op internet is die een kopie heeft.
Je moet dan wel stoppen met bestanden herkennen aan hun filenaam want verschillende gebruikers zouden dezelfde naam aan foto's (of andere bestanden) kunnen geven. Je moet dus eigenlijk naar de inhoud van de file kijken en die gebruiken om de file uniek aan te duiden. Zodat je zeker weet dat je altijd exact dezelfde bits krijgt als je om een bepaalde file vraagt, ook als die bij iemand anders staat opgeslagen.
De typische manier in de IT om dat te doen is via een hash. Content adressable storage heet dat.
Als je dat allemaal hebt dan kom je op het terrein van decentrale opslag en protocollen als IPFS.
Het klinkt misschien duur om verschillende kopietjes van dezelfde file op internet te hebben staan maar dat is nu ook al het geval. Nu zijn er net zoveel kopietjes als gebruikers, en als die gebruikers aan backups of RAID doen of meerdere apparaten hebben dan zijn het waarschijnlijk verschillende kopietjes per gebruiker.
We kunnen dus ontzettend veel data besparen door bestanden niet langer (alleen) individueel op te slaan maar het collectief aan te pakken. Als we denken in termen van hoeveel kopietjes/backups er van een file wereldwijd beschikbaar zijn hebben we er in totaal veel minder nodig dan wanneer iedereen het voor zichzelf moet regelen. Hoe meer bestanden gebruikt worden hoe groter het voordeel is. Als heel Nederland een e-mail krijgt van de overheid met een plaatje er in zou dat plaatje tientallen miljoenen keren apart worden opgeslagen (1 keer bij gmail, 1 keer op je telefoon, 1 keer op je pc, 3 keer in je backup, 3 keer in de backup van gmail, 3 keer in de backups van je telefoon, etc. en dat voor iedere Nederlander). Met 10 kopietjes zou het ook wel genoeg zijn, zeker als er automatische nieuwe kopietjes gemaakt worden zolang mensen het bestand gebruiken.