Bennie G. Thompson, een Amerikaans Congreslid van de Democratische Partij, heeft uit hoofde van zijn functie als voorzitter van de Committee on Homeland Security vier grote techbedrijven gemaand om sneller gewelddadige terroristische content van hun platforms weg te halen.
Thompson heeft een brief geschreven aan de topmensen van Facebook, YouTube, Twitter en Microsoft waarin hij zich beklaagt over de snelheid waarmee deze bedrijven de gewelddadige video van de pleger van de recente aanslagen in Christchurch verwijderden. De terrorist pleegde vrijdag in de Nieuw-Zeelandse stad een aanslag op twee moskeeën waarbij vijftig mensen om het leven kwamen. Thompson vindt dat de bedrijven zich moeten beteren wat het snel verwijderen van dit soort content betreft en verwacht op 27 maart een briefing van deze bedrijven te krijgen.
De voorzitter van de commissie stelt dat de terrorist de platforms van deze techbedrijven 'heeft weten uit te buiten om een weerzinwekkende video van massaal geweld over de wereld te verspreiden'. Hij benadrukt hoe belangrijk het is om prioriteit te geven aan het verwijderen van dergelijke gevoelige, gewelddadige content. Daarbij wijst Thompson op het risico van anderen die door dergelijke video's worden geïnspireerd, wat volgens hem kan leiden tot de 'volgende geweldsdaad'.
Het Congreslid zegt dat de genoemde bedrijven melding maken van data over verwijderde terroristische content. Ze doen dat op de website van een gezamenlijke werkgroep om de verspreiding van dit soort content tegen te gaan. Thompson stelt dat Facebook claimt dat 99 procent van de aan ISIS of Al Qaeda gerelateerde content voortijdig wordt verwijderd, maar dat dit soort transparantie juist ontbreekt als het gaat om andere gewelddadige extremisten, zoals die uit extreemrechtse hoek.
Thompson wijst daarbij op berichten dat Facebook door de Nieuw-Zeelandse politie moest worden gewezen op de aanwezigheid van de video van de Christchurch-terrorist, in plaats van dat de algoritmes van het platform de bewuste video eruit hadden gepikt. Hij verwijst ook naar een bericht dat YouTube de hoeveelheid videoherplaatsingen die in de 24 uur na de aanslag werden geüpload, niet kon indammen. Thompson erkent dat de toevloed van deze videocontent sindsdien is beperkt, maar hij spreekt over 'systematische fouten' die de verspreiding van deze terroristische content op YouTube mogelijk maakten. Volgens hem zijn die fouten nog altijd niet opgelost.
Facebook stelt dat de originele livevideo van de terrorist die in Christchurch huishield, in totaal niet meer dan vierduizend keer is bekeken voordat hij van het eigen platform werd verwijderd. De daadwerkelijke live-uitzending is volgens Facebook slechts tweehonderd keer bekeken. Het bedrijf stelt verder dat het in de 24 uur na de aanslag wereldwijd ongeveer 1,5 miljoen video's van de aanslag heeft verwijderd. Zo'n 1,2 miljoen video's daarvan zouden al tijdens het uploaden zijn geblokkeerd.