De thuiskopie: het blijft een controversieel onderwerp. Betalen terwijl je het recht hebt kopieën te maken, drm die kopiëren tegelijkertijd onmogelijk maakt, en heffingen op media waar je eigenlijk nooit zélf kopieën op zet, zoals smartphones. O, en de vele bochten waarin rechthebbenden en de stichting Thuiskopie zich altijd wringen om uit te leggen waarom je toch moet betalen. Tijd voor een juridische analyse: waar betalen we nu precies voor en welk recht heb je dan?
Historische thuiskopie
Arnoud Engelfriet
Mr.ir. Arnoud Engelfriet is ict-jurist, gespecialiseerd in internetrecht. Hij is algemeen directeur bij juridisch adviesbureau ICTRecht en al jaren actief op Tweakers.
De geschiedenis van de thuiskopie gaat terug tot de jaren zestig. In die tijd kwamen de eerste bandrecorders op de markt. Daarmee konden mensen thuis opnamen maken en dus auteursrechten schenden, want de meeste opnamen betroffen natuurlijk populaire muziek. De auteurswetgeving is dan duidelijk: alleen met toestemming. Niet zo gek als je bedenkt dat die wetgeving gemaakt is voor professionele kopieerders. Het wringt echter zodra je tegen consumenten zegt dat ze dus niets mogen opnemen met hun mooie recorders.
In sommige landen, zoals Nederland, stond er al langer een thuiskopie-uitzondering in de Auteurswet. Die was echter geschreven voor de echt triviale gevallen: een foto naschilderen, een tekst overschrijven, misschien een pagina of wat bladmuziek kopiëren. Een volledige en kwalitatief prima klinkende opname van populaire muziek voelde, zeker voor rechthebbenden, aan als een ander verhaal. Daarmee zou de verkoop van platen in gevaar komen en dat kon nooit de bedoeling zijn van zo’n uitzondering.
Diverse rechtszaken, met name in Duitsland, tegen verkopers van Magnettonbänder (geluidsbanden) en opnameapparaten maakten duidelijk dat het recht aan de zijde van de rechthebbenden stond. Een thema dat wel vaker terugkomt in het auteursrecht: als de conclusie is dat de rechthebbende iets lijdelijk moet toestaan, is de conclusie in principe fout.
:strip_exif()/i/2005009034.jpeg?f=imagenormal)
De Duitse wetgever kwam in 1965 met een innovatieve oplossing. In de wet werd opgenomen dat natuurlijke personen kopieën van muziek mochten maken, mits ze dat zonder winstoogmerk deden en een heffing betaalden. Die heffing werd dan als toeslag geïncasseerd op de lege opslagmedia, de eenvoudigste manier. De achterliggende gedachte was dat je moeilijk bij mensen thuis kunt nagaan wat ze kopiëren en dat je vanuit privacy-oogpunt, een dingetje in Duitsland, niet wilt dat verkopers gaan bijhouden wie er een recorder heeft gekocht. De thuiskopieheffing was geboren.
Piepen en kraken
Het systeem werkte zo’n 30 jaar redelijk goed. Nieuwe media zoals cassettebandjes, videobanden en daarna cd-r konden vrij makkelijk opgenomen worden in het systeem van heffingen. De heffingen waren op zich vrij redelijk en de meeste consumenten hadden ook niet echt een andere keuze. Daarna begon het echte piepen en kraken: opslagmedia werden groter en groter, en voor steeds meer zaken toepasbaar. Als ik een back-up van mijn thuiscomputer maak op een dvd-r, hoezo moet ik dan een thuiskopieheffing betalen? De rechtvaardiging kwam zelden verder dan 'administratief te ingewikkeld', 'het bedrag is maar klein' of 'veel mensen kopiëren er films op'.

Hirsch Ballin
Maar wie waren er ook aan het piepen en kraken? Rechthebbenden, want die zagen meer en meer kopieën op harde schijven, mp3-spelers en dergelijke gemaakt worden, terwijl daar géén heffing over gerekend werd. Dat werd een gang naar de rechter, diverse malen. In 2008 vingen ze nog bot; de minister, Hirsch Ballin, wilde er nog niet aan en dat was nu eenmaal zijn bevoegdheid. In 2012 werd in hoger beroep echter anders beslist. Vervolgens werd in 2013 het vergoedingenstelsel herzien, waarna inmiddels ook apparaten zoals mp3-spelers, mobieltjes, laptops en hardeschijfrecorders een thuiskopieheffing meekregen, en sinds 2018 ook USB-sticks en wearables. Voor legale én illegale kopietjes.
Illegaal downloaden
Dat illegaal downloaden was een veelbesproken kwestie in die tijd. Rechthebbenden hadden, naast jacht op downloadplatforms zoals, ahem, FTD, een mooi argument voor de thuiskopieheffing. Die illegale downloads moeten toch ergens door gecompenseerd worden, zeker toen de minister, alweer Hirsch Ballin, verklaarde dat zulk illegaal downloaden 'ruimhartig' bekeken moet worden?
Dat leverde natuurlijk leuke discussies op: hoe bepaal je de schade van illegaal downloaden? Een slordige 8 miljoen per jaar, aldus rechthebbenden. 'Volledig uit de lucht gegrepen', aldus brancheverenigingen bij monde van onderzoeker PwC in 2012. Een welles-nietes die sindsdien nooit meer weggegaan is, ook niet voor de legale kopieën en downloads trouwens. Maar goed, het uitgangspunt is dus dát er een vergoeding betaald moet worden.
Vervolgens kwam het Europese Hof van Justitie in 2014 tot een verrassend inzicht: illegaal downloaden toestaan mág helemaal niet, ook niet als je er een thuiskopievergoeding aan koppelt. De wet kon dus weer op de schop en de vergoeding kon omlaag. Of niet, want sindsdien is de vergoeding eigenlijk alleen maar gestegen.
Betalen moet, kopiëren hoeft niet?
En dan is het nu 2022, de meeste mensen kijken en luisteren via legale streamingdiensten of kopen muziek en films in online winkels. Nog maar weinigen maken structureel kopietjes van zulke muziek of films. Toch staat de thuiskopieheffing nog precies zo in de wet als vroeger en dat is vreemd. Zeker als je bedenkt dat je soms niet eens een kopie kúnt maken. De drm of kopieerbeveiliging op de muziek, film of serie gaat dat simpelweg tegen. Dus hoe zit dat dan?
Om even met die drm te beginnen. Ja, het is juridisch in orde als je geen thuiskopie kunt maken vanwege een kopieerbeveiliging. Je hebt namelijk geen récht om een thuiskopie te maken, als in 'dit moet gewoon kunnen'. In de wet (art. 16c Auteurswet) staat het als een uitzondering; als je het doet en de heffing betaalt, is het geen inbreuk op het auteursrecht. Lukt het je niet, dan is dat geheel jouw probleem.
Die drm kraken voor een thuiskopie is dan weer expliciet niet toegestaan (art. 29a Auteurswet). Een sprankje hoop biedt lid 4 van dit artikel; als blijkt dat er grootschalige misstanden ontstaan doordat mensen vanwege kopieerbeveiligingen iets niet kunnen citeren, thuiskopiëren, voor onderwijs gebruiken en nog een paar dingen, dan kan de minister daar een expliciete uitzondering voor maken. Dat is tot nu toe niet nodig geweest; geluiden over problemen hebben althans de wetgever nooit bereikt.
Nog een leuke: als je muziek (of series) downloadt via een officiële site, is dat dan een thuiskopie? Dat voelt gek aan, je koopt dan immers de FLAC of mp3 en krijgt dat geleverd van de rechthebbende. Dat is het equivalent van een cd kopen, zou je zeggen. Het rippen van de cd is de thuiskopie, maar een equivalent daarvan is er niet in zo’n download-to-ownsituatie. Je hebt maar één exemplaar na zo’n aanschaf.
Toch ziet de wet dat als een thuiskopie, om de simpele reden dat een thuiskopie nu eenmaal gedefinieerd is als 'reproduceren van het werk of een gedeelte ervan op een voorwerp dat bestemd is om een werk ten gehore te brengen, te vertonen of weer te geven'. Je máákt een reproductie; wat je downloadt uit de muziekshop van Apple of andere aanbieder, ís een kopie en die gaat naar je harde schijf. Dat voelt ontzettend dubbel aan en dat is het natuurlijk ook. Je hebt al betaald voor de download en je betaalt ook nog eens omdat het een digitale kopie is. Dit is een weeffout in de wet. Een uitzondering is de tijdelijke download binnen een streamingdienst; het Gerechtshof Den Haag bepaalde op 22 maart dat dit géén thuiskopie is.
Hoe lang houdt dit nog stand?
Ik heb het nog niet eens gehad over de wijze van verdelen van de thuiskopiegelden, grofweg de cd- en iTunes-verkoopcijfers, maar het is ondertussen wel duidelijk dat dit systeem niet echt meer houdbaar is. Het oorspronkelijke probleem uit 1965 bestaat eigenlijk niet meer; bij legale streaming- en downloaddiensten betaal je al voor je muziek en voor illegaal kopiëren mag geen compensatie worden geïncasseerd via zo’n heffingsstelsel. Dus welk probleem lost de heffing nu nog op? Wie het weet, mag het zeggen, maar één ding weet ik wel: eenmaal verworven rechten gaan in het auteursrecht niet snel meer weg.
Bannerfoto: Serg_Velusceac / Getty Images