Samengevat
Hoewel Samsung de 980 voorziet van een dram-loze controller, zijn de prestaties nog steeds indrukwekkend, voornamelijk dankzij een ruim bemeten slc-cache, of TurboWrite-cache. De 1TB-uitvoering is lekker snel en groot genoeg: een aanrader als mainstreamdrive. Nu de prijs wat gezakt is, is een Excellent-award gezien de prima prestaties op zijn plaats.
In september 2020 bracht Samsung eindelijk zijn langverwachte 980 PRO-ssd's uit. Al in januari van dat jaar had het bedrijf de snelle drive met PCIe Gen4-interface getoond tijdens de CES, maar we moesten er nog lang op wachten. Zoals we gewend zijn van Samsung, bracht het niet alleen een PRO-versie uit, maar ook een meer mainstreamvariant, meestal met EVO-achtervoegsel. Voor de mainstreamvariant van de 980 is dat EVO-achtervoegsel echter niet het enige dat vervallen is.
De 'gewone' Samsung 980-serie, die vanaf begin maart verkrijgbaar is, heeft namelijk geen PCIe Gen4-interface, maar valt terug op een PCIe Gen3-interface. Dat betekent aanzienlijk tragere ssd's, aangezien de vier lanes beschikken over precies de helft van de bandbreedte die de PRO kan benutten. In het verleden kon je kiezen tussen de dure PRO-versies en de bijna even snelle, en in ieder geval prijstechnisch interessantere EVO-uitvoeringen, maar dit keer is het verschil op papier wel erg groot.
De 980-serie komt ook in beperkte capaciteiten beschikbaar: van 250GB via 500GB tot een maximum van 1TB. De voorlopers, de 970 EVO en EVO Plus, waren beide in capaciteiten tot 2TB verkrijgbaar, en dat geldt ook voor de 980 PRO. De kleinste variant, van 250GB, heeft een adviesprijs van 60 euro, de 500GB moet 80 euro kosten en de 1TB-versie kreeg een adviesprijs van 150 euro. Zoals we bij de 980 PRO-serie zagen, willen de prijzen overigens nogal eens vlot wat zakken.