Inleiding
Apple Mac mini M4 Pro 2024
Apple is erin geslaagd een krachtigere Mac mini in een veel kleinere behuizing dan de vorige generatie te bouwen. De M4 Pro-soc zet een grote stap in prestaties, met de winst in menige benchmark in de 'double digits'. De kleinere behuizing maakt de geluidsproductie in potentie wat hoger, maar dan moet je de Mac wel behoorlijk belasten. Voor de betere prestaties betaal je wel iets meer dan bij de vorige generatie, maar een soc-upgrade naar meer cpu- en gpu-cores is dan weer een stuk goedkoper. Upgrademogelijkheden zijn er uiteraard niet, dus je zult het moeten stellen met de prijzige upgrades voor geheugen en peperdure opslag. Ook zijn de praktische USB-A-poorten verdwenen, al krijg je daarvoor wel capabele Thunderbolt-poorten terug.
Apple heeft de nieuwe Mac mini niet alleen een stevige upgrade gegeven met een nieuwe M4- of M4 Pro-soc aan boord, maar het bedrijf uit Cupertino heeft dat ook gedaan in een jasje dat bijna tachtig procent compacter geworden is. De originele Mac mini uit 2005 was al geen bakbeest, met een volume van nog geen anderhalve liter, maar Apple heeft het formaat met de afslankcursus teruggebracht naar dat van een dik pocketboek. Dat miniontwerp herbergt desalniettemin de krachtigste soc die we tot dusver getest hebben. Die soc heeft niet alleen cpu-cores en gpu-cores aan boord, maar ook een npu voor 'AI-taken'.
:strip_exif()/i/2007033630.jpeg?f=imagenormal)
Apple verkoopt de Mac mini 2024 in twee basisconfiguraties. De versie met M4-soc heeft 16GB werkgeheugen, of 'Unified Memory' en een ssd van 256GB aan boord. Het model daarboven heeft een M4 Pro-soc gekregen en vergroot het geheugen naar 24GB; de ssd is standaard 512GB groot. De M4-versie is configureerbaar met 24GB of 32GB geheugen en een ssd tot 2TB groot. De M4 Pro daarentegen kan geüpgraded worden naar 48GB of 64GB geheugen, de ssd kan groeien tot 8TB en dit model kan van de standaard 12-core soc een upgrade krijgen naar een 14-core M4 Pro. Beide Mac mini-varianten kun je ten slotte upgraden van 1Gbit-ethernet naar 10Gbit-ethernet: dat kost 115 euro extra bij beide versies.
Prijs en configuratie
We hebben een geüpgradede versie van de M4 Pro getest, met een geheugencapaciteit van 48GB, een grotere ssd van 1TB en de 14-core M4 Pro. Die uitvoering kost 2589 euro: een flinke meerprijs ten opzichte van de startprijs van 1669 euro. De startprijs van de Mac mini met 16GB geheugen en 256GB-ssd is 719 euro, wat je kunt opkrikken naar 2214 euro, los van eventueel meegeleverde software. Als besturingssysteem levert Apple zijn nieuwste macOS 15.1 met codenaam Sequoia voorgeïnstalleerd.
Model |
Mac mini M4 2024 |
Mac mini M2 2023 |
Mac mini M4 Pro 2024 |
Mac mini M2 Pro 2023 |
Cpu |
M4 10-core |
M2 8-core |
M4 Pro 12-core |
M2 Pro 10-core |
Gpu |
10-core |
10-core |
16-core |
16-core |
Npu |
38Tops |
16Tops |
38Tops |
16Tops |
Geheugen |
16GB |
8GB |
24GB |
16GB |
Opslag |
256GB |
256GB |
512GB |
512GB |
Thunderbolt-poorten |
3 (TB4) |
2 |
3 (TB5) |
4 |
USB-poorten |
2x USB-C |
2x USB-A |
2x USB-C |
2x USB-A |
Adviesprijs basismodel |
€ 719 Actueel: € 629,- |
€ 719 Actueel: € 479,- |
€ 1.669 Actueel: € 1.549,- |
€ 1.569 Actueel: € 769,- |
Adviesprijs topmodel |
€ 2.214 |
€ 2.214 |
€ 5.464 |
€ 5.249 |
Upgrades |
24GB geheugen: + € 230 32GB geheugen: + € 460 512GB-ssd: + € 230 1TB-ssd: + € 460 2TB-ssd: + € 920 10GbE: + € 115 |
16GB geheugen: + € 230 24GB geheugen: + € 460 512GB-ssd: + € 230 1TB-ssd: + € 460 2TB-ssd: + € 920 10GbE: + € 115 |
14-core cpu, 20-core gpu: + € 230 48GB geheugen: + € 460 64GB geheugen: + € 690 1TB-ssd: + € 230 2TB-ssd: + € 690 4TB-ssd: + € 1380 8TB-ssd: + € 2760 10GbE: + € 115 |
12-core cpu, 19-core gpu: + € 345 32GB geheugen: + € 460 1TB-ssd: + € 230 2TB-ssd: + € 690 4TB-ssd: + € 1380 8TB-ssd: + € 2760 10GbE: + € 115 |
Buitenkant
Herinner je je de Beelink SER9 nog, die Tomas een paar weken terug reviewde? Die heeft uiterlijk nogal wat weg van de nieuwe Mac mini, met hier en daar wat verschillen. Van binnen zijn ze natuurlijk nauwelijks te vergelijken: daarom hebben we voornamelijk Apple-apparaten in de grafieken gezet.
Het ontwerp
De nieuwe Mac mini is, net als de mini's ervoor sinds 2010, opgetrokken rond een aluminium unibody-ontwerp. Zoals je al kon lezen is die body behoorlijk geminiaturiseerd. Hij is wel wat dikker geworden, of eigenlijk hoger, want de 2024-mini is 51mm hoog, waar de voorgaande modellen 36mm hoog waren. De footprint is wel fors kleiner geworden: van 197mm bij 197mm naar slechts 127mm bij 127mm. Dat is dus 161cm² in plaats van 388cm².
:strip_exif()/i/2007034918.jpeg?f=imagenormal)
In die aluminium behuizing zit bovenop in zwart plastic het Apple-logo ingefreesd. De voorkant heeft drie poorten: twee USB3-poorten en een audiopoort. Naast die mini-jackpoort zit een powerled. Het gros van de poorten zit echter aan de achterkant. Daar vind je drie Thunderbolt 5-poorten bij de M4 Pro-variant; bij de M4-Mac mini zijn het TB4-poorten. Daarnaast zit een fullsize HDMI-poort. De laatste poort voordat je bij de ingebouwde voedingsstekker komt, is de RJ45-netwerkpoort, die naar keuze 1Gbit- of 10Gbit-snelheden kan ondersteunen.
:strip_exif()/i/2007034920.jpeg?f=imagenormal)
Aan de onderkant zit de ronde voet annex koeling: de ingebouwde ventilator kan via sleuven rondom die voet de warmte afvoeren en de verhoging maakt airflow mogelijk. Aan de onderkant zit ook de powerbutton, verstopt linksachter. Wellicht overbodig om te benoemen, maar je kunt dus niets boven op je Mac mini zetten, want je moet hem een beetje optillen om bij de powerknop te kunnen. Met een gewicht van nog geen driekwart kilogram hoef je daarvoor overigens niet zo sterk te zijn.
:strip_exif()/i/2007034922.jpeg?f=imagenormal)
De M4-soc
Sinds 2020, toen de M1 Mac mini uitkwam, maakt Apple gebruik van zijn eigen chips in de mini. De Arm-chips hebben snelle en zuinige cpu-cores, een gpu en een npu aan boord. Het werkgeheugen zit niet in de soc, maar wel in dezelfde package en wordt gedeeld door alle componenten in de soc. Dat is ook de reden waarom je het geheugen niet zelf kunt upgraden: het is immers geen losse of zelfs op een pcb gesoldeerde component. Apple heeft de M4 in diverse configuraties ontwikkeld; voor de Mac mini worden de M4 en M4 Pro ingezet. De M4 in de Mac mini heeft in totaal 10 cpu-cores, waarvan 4 P-cores, of performancecores, en 6 zuinige E-cores. In de M4 Pro kun je kiezen tussen 8 of 10 P-cores gecombineerd met 4 E-cores, voor een totaalaantal van 12 of 14 cores. De P-cores werken op maximaal 4,52GHz en zijn door TSMC op 3nm geproduceerd.
:strip_exif()/i/2007034938.jpeg?f=imagenormal)
Ook de gpu in de M4 en M4 Pro verschilt: in de Mac mini-M4 zitten 10 gpu-cores en in de M4 Pro zijn dat er 16. De gpu is Apples GPU Family 9 met ondersteuning voor hardwarematige raytracing en Metal 3. Je kunt overigens bij aanschaf ook de gpu een upgrade geven van een 16-core gpu naar een 20-core gpu, maar die moet je dan wel combineren met de 14-core M4 Pro. De npu, of Neural Engine, is bij beide varianten gelijk en heeft 16 cores, die een rekenkracht van 38Tops halen. Ter vergelijking: in Intels desktopchip Arrow Lake zit een npu van 13Tops, hoewel in de laptopchip Lunar Lake een npu van maximaal 48Tops zit. In AMD's nieuwste desktopprocessors (uitgezonderd een paar iets oudere Zen4-apu's) zit vooralsnog geen npu, maar in de laptopprocessors wel: de Ryzen AI-chips hebben een npu van maximaal 55Tops.
USB, Thunderbolt en displays
De USB3-poorten aan de voorkant zijn hetzelfde bij beide Mac mini-varianten, de M4 en M4 Pro dus, maar dat geldt niet voor de Thunderbolt-poorten achterop. Bij de M4 Mac mini zijn dat drie Thunderbolt 4-poorten met USB-C-connector, die maximale snelheden van 40Gbit/s halen. De Thunderbolt 5-poorten van de Mac mini M4 Pro kunnen snelheden van 120Gbit/s halen. Dat heeft ook gevolgen voor de resoluties en refreshrates van beeldschermen die je kunt aansluiten. Op de HDMI-poort kun je bij beide modellen een 8k-scherm met maximaal 60Hz aansturen, of een 4k-scherm op 240Hz. De TB4-poort van de M4-versie kan echter 'slechts' een 5k-scherm met 60Hz aansturen, terwijl de TB5-poorten van de M4 Pro een 6k-scherm op 60Hz kunnen aansturen. De Mac mini kan daarbij maximaal drie schermen aansturen; dat moet dan via de Thunderbolt-poorten gebeuren. Voor twee schermen kun je twee TB-poorten gebruiken of een TB- en HDMI-poort combineren, en voor één scherm kun je uiteraard gewoon kiezen.
Wat krijg je niet?
(In) de doos
Apple probeert klimaatneutraal te ondernemen en claimt de Mac mini CO2-neutraal te produceren. De verpakking van de Mac mini bestaat uit papier en karton; er wordt geen plastic meer gebruikt.
Als we de Mac mini even vergelijken met de zojuist al genoemde Beelink, valt op dat er geen powerbrick of adapter in de doos zit. De Mac mini heeft een ingebouwde voeding, dus een kabeltje direct naar je wandcontactdoos is voldoende. Om de poort een beetje compact te houden, maakt Apple gebruik van een C7-stekker, ook wel bekend als een 'achtje'. Fijn, want dat houdt het zowel op als onder je bureau netjes opgeruimd. Wat je ook niet meer krijgt, zijn USB-A-poorten, terwijl je die bij het vorige model nog wel kreeg. Dat is voor sommigen wat minder handig. Ook al gebruik je die niet voor je Magic Mouse of Magic Keyboard, als je een ander invoerapparaat of een USB-drive wilt aansluiten, zul je met verloopjes of een hub moeten werken. Het is daarentegen wel Apple-eigen om 'legacypoorten' te weren.
Een pijnpuntje is zoals altijd de mogelijkheid om te upgraden: die is er vanzelfsprekend niet. De behuizing is niet of nauwelijks te openen en als je meer geheugen of een grotere ssd wilt, zul je direct bij aanschaf daarvoor moeten kiezen en betalen. Dat laatste gaat gepaard met de bekende Apple-prijzen: voor de M4 Pro kost een geheugenupgrade van 24GB naar 48GB al 460 euro (de kleinere verdere upgrade naar 64GB 'slechts' 230 euro), van de standaard 512GB-ssd naar 1TB kost 230 euro en naar 2TB een extra 460 euro. Dezelfde stappen gelden voor de upgrades van het M4-model.
Benchmarks: cpu en gpu
We vergelijken de Mac mini M4 Pro met andere Apple-computers en waar mogelijk en relevant met andere minicomputers die we recent getest hebben. Die laatste categorie is uiteraard niet een volledig eerlijke vergelijking, omdat de Mac mini op macOS Sequoia draait en de mini-pc's op Windows 11.
Cpu-tests: Cinebench en Geekbench
Apple heeft met de M4-soc een flinke stap gezet in rekenkracht. De P-cores van de M4 Pro in zowel de nieuwe MacBook Pro als de Mac mini laten een winst van ongeveer 18 procent zien in de iets oudere Cinebench 23 en zijn maar liefst een kwart sneller dan de M3-cores in Cinebench 24. Dat is overigens geen ipc-vergelijking: de kloksnelheden zijn niet genormaliseerd. Op multicoregebied is de 24-core van de M2 Ultra in de Mac Studio nog sneller, maar dat mag ook wel met tien extra cores.
- Cinebench 23 - Single
- Cinebench 23 - Multi
- Cinebench 24 Single
- Cinebench 24 Multi
Het aantal Geekbench-resultaten op Macs is mager, maar we hebben wel resultaten van de iMac uit 2023, die de M3-soc aan boord heet. Die wordt met klinkende cijfers voorbijgestreefd, net als de AMD HX 370 uit de Mac mini-lookalike, de Beelink SER9.
- Geekbench 6.2 - Single
- Geekbench 6.2 - Multi
Browsing
We kunnen op macOS niet onze gebruikelijke PCMark-tests draaien, maar de renderspierballen die we in Cinebench zagen, geven een goede indruk van de rekenkracht. Voor dagelijks, licht gebruik geven de browsingtests WebXPRT en Jetstream een goede indruk, en ook daar komt de M4 Pro goed voor de dag. Zowel Apple's eigen Silicon als dat van AMD blijven een antwoord schuldig.
Gpu-tests: gaming
Om de gpu-prestaties in beeld te brengen, hebben we de games Total War Saga: Troy en Total War: Pharaoh gedraaid. De gebruikelijke 3DMark-test Wild Life Extreme wilde nog niet draaien op de M4-modellen.
De gpu met zijn 20 cores in de M4 Pro-modellen die we getest hebben, staat zijn mannetje. De gpu van de vorige generatie Macs wordt met gemak verslagen en gamen op je Mac, zonder losse videokaart of x86-processor, is comfortabel tot 1440p met Ultra-instellingen in iets oudere games. Voor nieuwere games zul je genoegen moeten nemen met iets minder zware grafische instellingen of je resolutie iets moeten terugdraaien.
- Total War: Troy - 1080p - Medium
- 1080P - Ultra
- 1440p - Medium
- 1440p - Ultra
- 4k - Medium
- 4k - Ultra
- Total War: Pharaoh - 1080p - Medium
- 1080p - Ultra
- 1440p - Medium
- 1440p - Ultra
- 4k - Medium
- 4k - Ultra
Benchmarks: duurtest
Om te kijken hoe de prestaties van de computers al dan niet verminderen tijdens langdurige belasting is onze Blender-duurtest ideaal, want die maakt de werkelijke impact op de prestaties duidelijk en werkt op zowel Windows als macOS.
Tot de komst van de M4 Pro-soc in ons testlab was de Beelink SER9 de snelste mini-pc die we hebben getest. Een rondje renderen met Blender kostte de Zen AI-soc in die pc ongeveer 12 seconden. De M4 Pro verkort die tijd echter met pakweg twintig procent en doet er ongeveer 9,5 seconden over. Als we vergelijken met het instapmodel van de Mac mini uit 2023 is het verschil gigantisch: van 29 naar minder dan 10 seconden. Ook vergeleken met de M2 Pro in de Mac mini van 2023 is het verschil indrukwekkend: van bijna 20 seconden naar minder dan de helft. Na een paar runs loopt de rendertijd met een een paar tienden op, maar deze stabiliseert snel. De koeling lijkt daarmee afdoende voor zware belasting gedurende langere tijd.
Energiegebruik en geluidsproductie
We meten de opgenomen vermogens en de geluidsproductie van de mini-pc's uiteraard ook. Het vermogen testen we uitgeschakeld, idle en onder zware belasting van Cinebench. De geluidsproductie meten we tijdens licht gebruik met benchmark WebXPRT en tijdens zwaar gebruik: een Blender-render.
- Opgenomen vermogen - Uit
- Opgenomen vermogen - Idle
- Opgenomen vermogen - Load
Als je de Mac mini uit laat staan, is het opgenomen vermogen een nauwelijks meetbare 0,1W; daarover mogen we niet klagen. Ook als de Mac niets staat te doen, is het vermogen met nog geen 12 watt nog prima. Dat is wel wat hoger dan eerdere modellen mini's, maar daarvoor zijn ook slaapstanden uitgevonden. Onder belasting stijgt het opgenomen vermogen tot een behoorlijke 80 watt, wederom iets meer dan eerdere generaties, maar daarvoor krijg je ook een klap meer rekenkracht terug. Per saldo ben je dus sneller klaar met een zware taak, zodat je weer terug kunt zakken naar het idlegebruik.
Geluidstest
De ventilators van de Mac mini's (en die van de MacBook Pro) staan uit tijdens de webtest. De 12 en 14dB(A) in de grafiek zijn allebei de noisefloor van de testruimte. Die is sinds de verhuizing iets lager dan voorheen, wat het verschil tussen deze waardes verklaart. Tijdens Blender houdt geen actief gekoelde computer zijn fan uit en dat geldt dubbel voor de nieuwe Mac mini. Met een geluidsproductie van ruim 35dB(A) is het allerminst een herriebak, maar hij is wel duidelijk luider dan de rest en in een stille ruimte goed hoorbaar. Tijdens de overige tests hebben we de fan echter nauwelijks gehoord en was de geluidsproductie nooit storend; alleen tijdens de extreme belastingen hoor je de fan.
- Geluidsproductie WebXPRT 3
- Blender
Conclusie
Sinds Apple zijn eigen weg is ingeslagen met Apple Silicon en daarmee de x86-architectuur de rug toegedraaid heeft, zijn de prestaties van zijn eigen socs in rap tempo gestegen. Dat is ook het geval met de nieuwe Mac mini's met de M4 aan boord. De prestaties zijn wellicht wat lastig een-op-een te vergelijken, zoals we dat graag met ipc-tests bij processorgeneraties doen, omdat we geen controle over de kloksnelheden hebben. Kijken we echter naar de singlethreaded performance in een benchmark als Cinebench 23, waar we een enkele core van de M1, M2, M3 en M4 naast elkaar kunnen zetten, dan is het duidelijk dat Apple met de M4 een sprong gemaakt heeft. Waar voorgaande generaties nog prestatiewinst in de enkele cijfers lieten zien, is dat met de overgang naar M4 met overtuiging in de dubbele cijfers.
Ook de gpu mag er met deze generatie zijn en de npu is helemaal up-to-date, al is het nog afwachten hoe dat zich in combinatie met Apple Intelligence gaat ontwikkelen. De poorten volgen de modernste standaarden, met drie Thunderbolt 5-poorten, die gewoon als USB-C-poorten dienst kunnen doen, en twee 'gewone' USB-C-poorten aan de voorkant. Om displays aan te sluiten heeft de Mac mini met M4 Pro de beste papieren om twee van Apples 6k-XDR-schermen aan te sturen, maar voor alle andere Studio Displays voldoet ook de goedkopere Mac mini. Ook voor een enkel scherm kun je volstaan met de poorten van de M4-soc.
Over prijzen gesproken, dat is een klein beetje schrikken en een geval van 'buy once, cry once'. Je kunt niets upgraden, dus alles wat je niet direct configureert en betaalt, kun je in de toekomst niet benutten. In het geval van het geheugen is dat heel begrijpelijk: dat zit in de package en is dus bijna onderdeel van de soc. Dat rechtvaardigt die forse meerprijs bijna. Ik zou meer moeite hebben met de upgrades van de ssd: daar betaal je vrij exorbitante prijzen voor: pakweg 460 euro per terabyte. Hoewel het ongetwijfeld beter werkt dan externe opslag, zou je sterk kunnen overwegen om voor een snelle externe ssd te kiezen voor uitbreiding van je opslag, al ziet Apple natuurlijk alles het liefst in de cloud. De vanafprijs voor de Mac mini met instapspecs als M4, 16GB (geen 8GB!) en een vrij schamele 256GB-ssd is met ruim zevenhonderd euro wel schappelijk. Dat is evenveel als het vorige model, maar daarvoor krijg je dus twee extra cores, hogere prestaties en 16GB in plaats van 8GB geheugen. Een prima deal dus en op papier zou dat zomaar een Great Value-award kunnen opleveren, maar die delen we niet uit aan producten die we niet getest hebben.
Dat geldt in iets mindere mate voor de versie met M4 Pro-soc, al start je dan wel met 24GB geheugen en een ssd van 512GB. Je betaalt immers meer dan het dubbele en voor onze configuratie bijna vier keer zo veel. Great Value is niet op zijn plek, maar we hikken wel tegen een Excellent-award aan. Het gebrek aan upgrademogelijkheden en het ontbreken van praktische USB-A-poorten verhinderen die award nipt.
Toch is de Mac mini, al dan niet met dure upgrades, geen gekke investering als je deze een beetje uitsmeert over de levensduur van de Mac. Alle Mac mini's met Apple Silicon, dus vanaf 2020, worden nog geüpdatet naar deze nieuwste macOS Sequoia. Zelfs een Intel-generatie daarvóór, uit 2018 dus, blijft via updates nog actueel en oudere modellen zijn met patches nog te upgraden. Daarmee zou je je investering dus over ten minste zes jaar kunnen uitsmeren, waardoor die tweeduizend euro opeens minder dan een euro per dag wordt. Voor een betrouwbare, capabele, stille en compacte minidesktop is dat geen gekke investering. Of je met de Mac mini M4 2024 daadwerkelijk gebeiteld zit tot 2030 is koffiedik kijken, maar voorlopig heb je een uitstekende, moderne mini-pc vanaf zevenhonderd euro.
- Instapmodel Mac mini 2024 met M4-
- Instapmodel Mac mini 2024 met M4 Pro