Al in 2019 pleitte André Jurjus, de toenmalige directeur van Netbeheer Nederland, voor een nieuw en volgens eigen zeggen eerlijker elektriciteitssysteem. Het Nederlandse energienet was tot zo'n tien jaar geleden nog een overzichtelijk transportsysteem. Zonnepanelen, windmolens en elektrische auto's waren er slechts op zeer kleine schaal. De energieproductie leunde vrijwel volledig op fossiele bronnen, zoals aardgas en steenkool, en op kleine schaal ook kernenergie. Het transportsysteem was overzichtelijk, evenals het aantal energieproducten. Het systeem was gebaseerd op eenrichtingsverkeer, van de energieproducent naar de afnemer. Jurjus stelde in zijn stuk dat het niet eerlijk is dat nieuwe energieproducenten, zoals exploitanten van zonne- of windparken, alleen betalen om aangesloten te worden op het net. "Zij leveren geen directe bijdrage aan de verzwaring en verslimming van het net die nodig zijn om de verwerking van ‘hun’ elektriciteit aan te kunnen. Die kosten komen via de transporttarieven volledig voor rekening van de aangeslotenen, de Nederlandse huishoudens en bedrijven.”
Van 1,6 naar 17kW bandbreedte
Van een eenrichtingssysteem is intussen geen sprake meer. Ook huishoudens leveren steeds meer elektriciteit terug aan het net in plaats van alleen afnemer te zijn. Stroom uit duurzame bronnen is relatief goedkoop en heeft een veel lagere ecologische footprint en milieu-impact, maar het is ook grillig en veranderlijk, en daardoor minder betrouwbaar. Ook wordt het net daardoor veel intensiever gebruikt. Waar fossiele-energiecentrales voorheen vooral in de buurt van steden en industriële wijken staan, zijn windmolens, zonneparken en zonnepanelen op daken juist vaak op het platteland te vinden. En terwijl een netaansluiting voor een gemiddeld huishouden berekend is op een belasting van 1,6kW, kun je met een 3x25A dus straffeloos 17kW bandbreedte gebruiken. Woonwijken zijn daar niet op berekend en ook steeds meer bedrijven, datacenters en zonneparken krijgen nul op het rekest vanwege netcongestie. Het net is niet berekend op deze zware belasting vanuit twee richtingen en moet dus verzwaard worden.
In het rapport Samen sneller het net op van begin 2022 stellen de publieke netbeheerders dat ze in de periode 2020 tot 2050 102 miljard euro in de energienetten willen investeren. Volgens de netbeheerders komt het geld hiervoor deels uit eigen inkomsten, maar wordt het eerst geleend op de kapitaalmarkt. Volgens eigen zeggen is dat echter niet voldoende, omdat de benodigde investeringen ver voorlopen op de inkomsten. In de komende jaren en deels al in de huidige kabinetsperiode is ten minste 4 tot 5 miljard euro nodig om vertraging van de ambities te voorkomen, aldus het rapport. Dat was nog voor de huidige hoge inflatie en hoge energiekosten. Ook het aanpassen van de nettarieven van huishoudens draagt hieraan bij.
Netcongestie en overbooking
Netcongestie wordt niet alleen veroorzaakt door woonwijken met veel zonnepanelen, warmtepompen en elektrische auto's. Bedrijven spelen een veel grotere rol in het geheel. Dat komt niet alleen doordat ze meer energie gebruiken, maar ook doordat de netaansluiting die ze afnemen, geheel voor hen gereserveerd is, terwijl bij huishoudens sprake is van overbooking.
Onbenut vermogen is vaak wel gereserveerd, waardoor andere bedrijven er geen gebruik van kunnen maken
Stel, een bedrijf op een industrieterrein heeft een netaansluiting van 1MW. Dan wordt dat volledige vermogen in principe voor dat bedrijf gereserveerd. Vaak betreft het piekcapaciteit die niet te allen tijde nodig is, maar alleen op bepaalde momenten, zoals bij het tegelijk starten van zware machines of intensieve industriële processen. Die tijdelijke piekbelasting kan soms deels worden afgevangen met accu's, waardoor de netaansluiting verlaagd kan worden, wat ook weer kosten scheelt. Stel dat het genoemde bedrijf 90 procent van de tijd maximaal 400kW van de 1MW-netaansluiting gebruikt, dan is 600kW vermogen grotendeels onbenut. Het is wel gereserveerd, waardoor andere bedrijven er geen gebruik van kunnen maken en het net vol zit. Op papier althans, bijvoorbeeld omdat het bedrijf plannen heeft om in de toekomst verder op te schalen en daar met de zware netaansluiting op voorsorteert. Als het beschikbare vermogen slimmer wordt verdeeld en benut, ontstaat er weer ruimte.
Congestiemanagement
Dat is exact wat er momenteel gebeurt, los van de noodzakelijke verzwaring van het net. Deze maand, begin september, meldden TenneT en Enexis dat ze een gedeeltelijke oplossing hadden gevonden voor het aansluiten van nieuwe grootverbruikers en zonne- en windparken in Noord-Brabant en Limburg. Sinds juni dit jaar was daar geen ruimte meer voor op het stroomnet. Dankzij een aantal pilots kwam er een oplossing in zicht: congestiemanagement. Er worden dan afspraken gemaakt met bedrijven over het gebruik van hun aansluiting, waarbij de activiteiten deels of geheel worden afgestemd op de netcapaciteit. Het gaat dan bijvoorbeeld om een fabriek die zijn productie verschuift naar het weekend, wanneer de vraag naar stroom lager is.
Het gaat in dit geval om bedrijven met een aansluiting van minstens 1MW, die door de afspraak minder verbruiken dan de maximale capaciteit van hun aansluiting, in ruil voor een vergoeding op basis van de marktprijs. In Noord-Brabant en Limburg is op die manier 1700MW aan stroomnetruimte vrijgekomen, tien keer het verbruik van de stad Maastricht. En voor nieuwe wind- en zonneparken is nu 960MW beschikbaar. Volgens TenneT is dit niet genoeg om de hele wachtlijst weg te kunnen werken, maar helpt het wel. TenneT gaat kijken of dit op landelijke schaal kan worden uitgevoerd, maar er zijn hobbels op de weg.
'Wat techniek betreft kan bijna alles, maar de voornaamste drempel zit bij het juridische deel'
Volgens Freek Akkermans, beleidsadviseur economie en regelgeving bij Netbeheer Nederland, zijn er veel pilots die zich richten op een efficiënter gebruik van de capaciteit van het net. "Wat techniek betreft kan bijna alles, maar de voornaamste drempel zit bij het juridische deel. Er zijn immers aansluitovereenkomsten met bedrijven afgesloten en die willen kunnen blijven groeien als ondernemer. Je moet dus, op vrijwillige basis, goede afspraken maken over flexibilisering. Ook is er een politiek deel. Momenteel worden aansluitingen gerealiseerd op basis van first come, first serve. Dus ongeacht het type bedrijf. Er is een discussie gaande of er sprake zou moeten zijn van prioritering. Krijgt een zonnepark voorrang op een datacenter of andersom? Dat is een ingewikkelde discussie, die bovendien lokaal sterk kan verschillen. Netbeheerders willen en kunnen niet kiezen wie er voorrang moet krijgen. Dat is een maatschappelijke keuze."
Overigens stelt Akkermans dat er al langer communicatie over overcapaciteit is. "Grootverbruikers en energieleveranciers zijn verplicht om het verwachte gebruik van het net door te geven aan TenneT. Als dat niet lukt, komen ze op de onbalansmarkt terecht en dat is duurder. Vanaf een bepaald gebruik krijgen ze programmaverantwoordelijkheid. Denk bijvoorbeeld aan een grote partij als Tata Steel, dat de productie kan plannen."
Andere oplossingen die het net kunnen ontlasten en dus netcongestie helpen voorkomen, hebben we eerder uitgebreid besproken, zoals slim laden, v2g en buurt- en thuisaccu's. Simpel gezegd komt het neer op slimmer gebruik van het net. Bijvoorbeeld, een elektrische auto die om 18.00 uur wordt ingeplugd, gaat niet automatisch laden, maar stelt dit uit tot een bepaalde tijd of stemt dit af op de vraag- en aanbodstatus van het lokale elektriciteitsnet. Dit is al jaren mogelijk, maar niet iedere EV-bezitter met oprit maakt er gebruik van.