De Icann heeft een voorstel gedaan om beheerders van nieuwe top-level-domeinen te verbieden een dns-redirection-dienst voor niet-bestaande domeinnamen op te zetten, tenzij ze daar een legitieme reden voor hebben.
Dns-redirection geeft bij een query voor een niet-bestaande domeinnaam niet het standaardantwoord 'nxdomain', maar verwijst gebruikers in plaats daarvan naar een webserver die de gebruiker een foutmelding voorschotelt. Vaak gaan deze fout-pagina's gepaard met advertenties en zijn ze bedoeld om geld te verdienen. De .nu-tld gebruikt dns-redirection om bezoekers van niet-bestaande domeinen te verleiden deze te registreren, terwijl een deel van het businessmodel van OpenDNS op inkomsten uit de foutmeldingspagina's is gebaseerd.
Volgens de Icann kleven er verschillende nadelen aan dns-redirection, waaronder dat bepaalde internettoepassingen, zoals e-mail, niet meer goed werken. Ook zijn er privacybezwaren, en zou het oneerlijk zijn: de aanbieder van de redirection-dienst kan zijn positie gebruiken om geld te verdienen met niet-bestaande domeinen, terwijl andere marktpartijen moeten betalen voor de domeinen waarop wordt geadverteerd.
Om die redenen stelt de Icann nu voor om dns-redirection op registrar-niveau te verbieden, zo meldt Ars Technica. Het voorstel houdt in dat beheerders van nieuwe tld's standaard geen dns-redirection mogen aanbieden, tenzij ze een goede reden hebben om dat toch te doen én hebben onderzocht welke negatieve gevolgen de redirection mogelijk heeft. Bovendien moet de uitzondering eerst expliciet worden goedgekeurd.
Hoewel de Icann dns-redirection in het algemeen 'ten zeerste' afraadt, zal het nieuwe beleid nog geen gevolgen hebben voor bestaande tld-beheerders die er gebruik van maken. Ook isp's en diensten als OpenDNS die er gebruik van maken, ondervinden vooralsnog geen gevolgen.